Artikel 41 van het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017 met betrekking tot de bevoegdheden van de gemeenteraad bepaalt dat de gemeenteraad bepaalde bevoegdheden bij reglement kan toevertrouwen aan het college van burgemeester en schepenen. In hetzelfde artikel wordt tevens bepaald welke bevoegdheden niet kunnen worden gedelegeerd.
Bij raadsbesluit d.d. 02.09.2019 vertrouwt de raad de bevoegdheid tot het vaststellen en wijzigen van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel toe aan het college van burgemeester en schepenen.
Met het BVR RPR d.d. 23.01.2023 wordt voor lokale besturen een nieuw kader gecreëerd voor het vaststellen van de lokale rechtspositieregeling. Het bestuur wordt enerzijds, aangezien Lokeren na de fusie met gemeente Moerbeke in 2025 als "nieuwe" gemeente wordt beschouwd, verplicht een nieuwe rechtspositieregeling vast te stellen die volledig in lijn moet liggen met het nieuwe BVR RPR. Anderzijds biedt het kader ook heel wat quickwins die onmiddellijk voelbaar kunnen zijn binnen de organisatie en de dagelijkse werking.
Om beide redenen wordt voorgesteld nu reeds de lokale rechtspositieregeling aan te passen en in lijn te brengen met het nieuwe BVR RPR.
Intussen werd ook het ontslagdecreet gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad, en kan deze regelgeving ook worden geïntegreerd in de lokale rechtspositieregeling. Er wordt bijgevolg voorgesteld om de bepalingen van het ontslagdecreet te implementeren, en om tevens van de gelegenheid gebruik te maken om de rechtspositieregeling te conformeren aan gewijzigde wettelijke bepalingen.
Met de herwerking van de rechtspositieregeling wil de organisatie een eigentijdse wettelijke context bieden waarin volgende uitgangspunten centraal staan:
De organisatie wil bovendien de nadruk leggen op één organisatie door eenzelfde tekst te schrijven voor zowel het stads- als het OCMW-personeel.
Ten opzichte van de huidige rechtspositieregeling worden, naast de verplichte bepalingen uit het BVR RPR, in grote lijnen volgende inhoudelijke aanpassingen voorgesteld:
Titel 1. Toepassingsgebied: Conform artikel 2 van het BVR RPR kunnen bepaalde personeelscategorieën worden uitgesloten uit de rechtspositieregeling. Dit werd reeds toegepast voor de jobstudenten en doelgroepmedewerkers art. 60. Er wordt voorgesteld om ook de medewerkers met een flexi-arbeidsovereenkomst en de verenigingswerkers uit te sluiten uit het toepassingsgebied.
Titel 2. De Loopbaan:
Titel 7. Het salaris: De organisatie wenst bij de valorisatie van vorige ervaring niet langer een onderscheid te maken tussen ervaring bij andere overheden of ervaring in de privésector of als zelfstandige. Er wordt voorgesteld om voortaan alle beroepservaring te valoriseren op basis van de relevantie voor de uitoefening van de functie waarin het personeelslid aangesteld is.
Titel 8. De toelagen, vergoedingen en sociale voordelen:
Titel 9. Verloven en afwezigheden:
Richtlijn 2003/88/EG van het Europees Parlement en de raad van 04.11.2003 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd;
Het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur;
Het decreet van 16.06.2023 tot wijziging van het Provinciedecreet van 09.12.2005 en het decreet van 22.12.2017 over het lokaal bestuur, wat betreft de beëindiging van de hoedanigheid van het statutaire personeelslid (ontslagdecreet);
Het besluit van de Vlaamse Regering van 07.12.2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20.01.2023 tot vaststelling van de minimale voorwaarden van de rechtspositieregeling van het personeel van lokale en provinciale besturen, zoals later gewijzigd;
De rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel, vastgesteld bij raadbesluit van 01.02.2010, zoals later gewijzigd;
Het college keurt de voorgestelde rechtspositieregeling goed, en stelt ze met ingang van 15 april 2024 vast zoals bepaald in de bijlage aan dit besluit.
Het raadsbesluit van 1 februari 2010 houdende de vaststelling van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel, zoals later gewijzigd, wordt met ingang van dezelfde datum opgeheven.