De gemeenteraad is bevoegd in uitvoering van artikel 31 van het Decreet betreffende de Omgevingsvergunning.
Er wordt een omgevingsvergunning aangevraagd voor de heraanleg van de wegenis en aanleg van fietsvoorzieningen in de Rechtstraat, met de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel.
De bestaande fietsvoorzieningen zijn verouderd. De aanleg van de nieuwe fietspaden kaderen in een verhoogde leefbaarheid en verkeersveiligheid langsheen het tracé van de Rechtstraat
De heraanleg gebeurt vanaf de Hoekstraat tot aan de Calaignestraat. Ter hoogte van het kruispunt met de Calaigenstraat, de Tramroute, de Stenenbrug en de Hoekstraat worden verkeersplateaus voorzien. Ter hoogte van huisnummer 315 wordt een wegversmalling voorzien.
De rijweg wordt aangelegd in bitumineuze verharding en gaat over in kantstroken. Aanvullend worden er langs het volledige tracé van de Rechtstraat 4 bushaltes voorzien (nabij de Stenenbrug en ter hoogte van de Tramroute), deze worden telkens voorzien met een busperronband. De opritten en voetpaden worden aangelegd in betonstraatstenen en grasbetontegels. Er worden ook diverse groenzones langsheen de rijweg voorzien.
Door de aanleg van de fietspaden, met een breedte van 1,75m, aan weerszijden van de rijweg van de Rechtstraat is er op enkele plaatsen een wijziging van de bestaande gemeenteweg/buurtweg (Chemin nr. 3). Om deze wijzigingen vast te leggen werd er een nieuw rooilijnplan opgemaakt, en zijn er beperkte grondinnames nodig.
De wijziging aan een weg dient door de gemeenteraad gemotiveerd te worden aan de hand van de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen: "Het decreet gemeentewegen heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om deze doelstelling te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1 de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau:
De nieuwe rooilijn wordt voorzien ifv het nieuwe ontwerp en de aanleg van nieuwe wegenis, met aanleg van fietspaden om de veiligheid voor het langzaam verkeer te verbeteren.
2 de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak:
De rooilijn wijzigt niets aan de bestaande trage wegenstructuur.
3 de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen:
De aanpalende percelen blijven bereikbaar. Het ontwerp wordt opgemaakt om de verkeersveiligheid te vergroten.
4 wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief:
Niet van toepassing.
5 bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke actíviteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
De behoeften van de toekomstige generaties worden niet aangetast omdat er geen functionele verbindingen verdwijnen.
Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 18/06/2023 tot 18/07/2023. Omwille van een gewijzigde projectinhoudversie werd een nieuw tweede openbaar onderzoek georganiseerd van 11/08/2023 tot 10/09/2023. Er werden 4 bezwaren ingediend.
Deze bezwaren handelen over volgende elementen:
- (bezwaar 1) De bezwaarvoerder vraagt dat de aannemer en de stad zich zouden houden aan "standaardbestek 250". Dit ter bescherming van hun 2 zeer oude doch gezonde bomen welke aan de straatkant staan op het huisnummer 333/Rechtstraat te Eksaarde. Hiervan werd ten tijde van het OO een ETWverslag/ rapport opgemaakt. Er wordt gevraagd zowel bij de graafwerken als bij de bronbemaling hier rekening mee te houden.
- Vrees voor droogtrekken eigen grondwaterwinning bezwaarvoerder welke gebruikt wordt bij gebrek aan aansluiting drinkwaternet. Er wordt gevraagd of er gewerkt kan worden met een retourbemaling.
Behandeling bezwaar:
De werken worden uitgevoerd conform het standaardbestek 250. Er wordt bij de uitvoering van de werken door de nutsmaatschappijen en de aannemer rekening gehouden met de bestaande bomen.
Het bemalingswater wordt geloosd in het oppervlaktewater. De VMM heeft een gunstig advies verleend: De bemaling wordt verleend voor een termijn van 1 jaar vanaf de start van de werken en een debiet van max. 2.200 m³/dag. In de periode dat de bemaling actief is gebeurt er een monitoring.
- (bezwaar 2) Het voorgenomen plan voorziet volgens de bezwaarvoerder onnodige onteigening van de grond op adres Rechtstraat 380 (Eksaarde) voor de aanleg van een nieuwe bushalte. De onteigening is volgens de bezwaarvoerder onnodig en betreft een ingrijpende stap die vermeden kan worden gezien er voldoende ruimte beschikbaar is op het openbare domein in de onmiddellijke omgeving van de onteigening. De bezwaarvoerder vraagt het voorgenomen plan grondig te heroverwegen en stelt dat een breder onderzoek naar andere mogelijke locaties voor de bushalte kunnen leiden tot een meer bevredigende oplossing voor alle betrokken partijen.
Behandeling bezwaar:
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het rooilijnplan en ontwerpplan aangepast zodat er geen inname van privaat domein nodig is. Door een beperkte inkorting en verschuiving van de bushalte ter hoogte van de Oude Tramroute kan deze volledig op het openbaar domein voorzien worden, en is er geen inname van private grond nodig. Door de aanpassing wordt de draaibeweging voor landbouwvoertuigen vanuit het ruilverkavelingsbaantje iets minder vlot, maar dit is gelet op het beperkte verkeer toch aanvaardbaar.
Er wordt aan de gemeenteraad een gecoördineerd rooilijnplan voorgelegd, dat werd aangepast naar aanleiding van de ingediende bezwaren tijdens het openbaar onderzoek.
- (bezwaar 3) Er wordt een bushalte voorzien voor de woning van de Rechtstraat 450 zonder dat hierover contact werd opgenomen of er een gemeenschappelijk overleg is geweest. De inplanting betreft de gehele breedte van de woning, de woning ligt in een landelijke woonzone, de rooilijn zal mogelijks overschreden worden, de inplanting en gekoppelde infrastructuur zullen leiden tot een waardeverlies van het eigendom, de inplanting zorgt voor een visuele impact door het uitzicht op een bushok, de woning zal geen volwaardige en vrije toegang meer hebben en daardoor zullen de toe- en afrit onveilig zijn. De bezwaarvoerder ontving voor het OO met betrekking tot PIV3 een aangepast plan van de betrokken stedelijke diensten, doch werd het oorspronkelijke plan in PIV3 niet aangepast naar het “aangepast plan dd. 13 juli 2023”.
Behandeling bezwaar:
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het ontwerpplan aangepast.
Voor de aanleg van de bushalte ter hoogte van het perceel D317D is er geen inname van privaat domein nodig, dus het rooilijnplan moet op deze locatie niet aangepast worden.
De aanpassing bestaat eruit dat het bushokje werd verwijderd (halte wordt beperkt gebruikt) en er op het perceel naast nr 450 een extra uitrit wordt voorzien voor eventuele toekomstige inplantingen. Deze wijziging wordt meegenomen in het gecoördineerd plan dat wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.
- (bezwaar 4) De bezwaarindieners stellen in eerste instantie vast dat de aanvraag zich beperkt tot de omgevingsvergunningsaanvraag voor de aanleg van de wegenis (en de IIOA voor de bemaling). Uit het schrijven dat bezwaarindieners ontvingen, blijkt evenwel dat een inname van hun eigendom vereist is voor de effectieve aanleg (van de verhoogde bushalte). Naar het oordeel van de bezwaarindieners is de aanvraag op verschillende punten onvolledig of minstens onduidelijk:
- Omtrent de onvolledigheid van de aanvraag en de foutieve aannames. De aanleg van de wegenis (met verhoogde bushalte) gaat gepaard met een wijziging van de wegenis én een aanpassing van de rooilijn.
Het bezwaar stelt dat het dossier omtrent de aanpassing van de wegenis dan ook zondermeer onvolledig is wegens het ontbreken van een door de gemeenteraad voorlopig vastgesteld rooilijnplan, terwijl ook de procedure niet correct is gevoerd (geen aanschrijving van de eigenaars) en ook de nodige motivering tot aanpassing en wijziging van de rooilijn ontbreekt.
Er wordt foutief gesteld dat de noodzakelijke grondinnames om het volledige ontwerp te kunnen uitvoeren reeds deels onderhandeld zijn en uitgevoerd door de stad Lokeren.
De noodzaak tot onteigening is onvoldoende onderzocht gezien het ontbreken van enig alternatievenonderzoek i.k.v. de omgevingsaanvraag.
- De noodzaak van een verhoogde busstop met bushokje op deze locatie wordt niet geargumenteerd in de aanvraag, evenmin wordt het bushokje op alle plannen weergegeven, wat ervoor zorgt dat de aanvraag gebrekkig is.
- Omtrent de impact van de bushalte op (de ontwikkelingsmogelijkheden van) het bouwperceel.
Op basis van het dwarsprofiel blijkt dat zo goed als over de volledige straatbreedte van het (onbebouwde!) perceel (= 70 m) wordt voorzien in een verhoogde verharding. De eigenaars overwegen een verkaveling van het perceel, wat niet meer kan wanneer de verhoogde bushalte ervoor zorgt dat het perceel ontoegankelijk zal worden en de ontwikkelingsmogelijkheden in kader van woningbouw sterk worden beperkt.
Daarnaast zal een bushalte onmiddellijk aan de voorzijde zorgen voor overlast (geluidshinder en visuele hinder door het bushokje). Tevens wordt nog aangehaald dat de stopplaats nabij een kruispunt wordt voorzien waardoor dit een verkeersremmend effect zal veroorzaken. De bezwaarvoerder haalt aan dat de eigen ‘bushaltegids’ van De Lijn aangeeft dat het de voorkeur geniet om een bushalte bij voorkeur op 35 m van het kruispunt aan te leggen. Op basis hiervan stelt de bezwaarvoerder dat de voorgestekde locatie zelfs niet voldoet aan de eigen voorkeuren van De Lijn.
- Omtrent de onvolledigheid van de mer-screening. De bezwaarindiener stelt vast dat in de mer-screening geen enkele overweging is gemaakt omtrent de impact van deze nieuwe opstapplaatsen. Er wordt gesteld dat noch de impact op de mobiliteit (en de verkeersveiligheid) noch de impact voor de onmiddellijk aanpalenden werd onderzocht. Naast het verlies aan ontsluitingsmogelijkheden kan er volgens de bezwaarindienen worden gewezen op geluidsoverlast, maar ook op visuele hinder of hinder door de eventuele verlichting (van het bushokje). In de volledige aanvraag ontbreekt volgens hem elke informatie, elke overweging en dus ook elke afweging van de hinderaspecten van deze infrastructuur, wat de mer-screeningsnota zondermeer onvolledig maakt.
- Opmerkingen omtrent infiltratie en afwatering. De aanvraag voorziet in het dichten van bestaande grachten en gaat hierdoor rechtstreeks in tegen het principe dat het bestaande grachtenstelsel zo maximaal mogelijk dient behouden te worden. Bijkomend stellen de bezwaarindieners zich ook vragen bij de toepassing van de verordening inzake hemelwater nu hierin als uitgangspunt wordt gehanteerd dat de verhardingen zich volledig op het openbaar domein bevinden wat op vandaag geenszins correct is nu de nodige innames nog geenszins zijn gerealiseerd.
Behandeling bezwaar:
De wijziging van de rooilijn maakt deel uit van de procedure voor de omgevingsvergunningsaanvraag conform art. 12 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Bij het opmaken van het ontwerp werd wel degelijk gezocht naar mogelijke inplantingsplaatsen voor de bushaltes, maar het is zeer moeilijk een geschikte locatie te vinden.
De voorziene inname ter hoogte van de bushalte aan de Stenenbrug is echter zeer beperkt en is enkel nodig ifv een berm voor de aanleg van nutsleidingen. Echter kunnen de nutsleidingen ook voorzien worden onder het fietspad, zodat er geen inname van private grond nodig is.
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het rooilijnplan en ontwerpplan dan aangepast zodat er geen inname van privaat domein nodig is op deze plaats.
Het bezwaar vermeldt ook de mogelijke storende invloed van het bushokje. Er wordt tegemoet gekomen aan dit bezwaar door het niet voorzien van het bushokje. Dit is mogelijk omwille van het beperkte gebruik van deze bushalte.
De Lijn heeft een gunstig advies verleend aan het ontwerp op de projectstuurgroep van 18/03/2021. De inplanting van de bushalte en dus ook de afstand tot Stenenbrug werden goedgekeurd.
Het verhoogde perron wordt wel voorzien om de goede toegankelijkheid te behouden. Dit verhoogde perron zal ook geen onaanvaardbare hinder veroorzaken voor het aanpalende perceel. Het busperron kent een beperkt gebruik waarbij geen onaanvaardbare geluidshinder zal bestaan. Het busperron wordt voorzien in functie van het stimuleren van het openbaar vervoer.
Het verhoogde perron verhindert niet de ontsluiting van de aanpalende percelen. Voor de ontsluiting van aanpalende percelen (mogelijke toekomstige verkaveling) kan er steeds gewerkt worden met een ventweg op het eigen perceel die een gemeenschappelijke aantakking voorziet langs de Rechtstraat of de Stenenbrug.
Er wordt aan de gemeenteraad een gecoördineerd rooilijnplan voorgelegd, dat werd aangepast naar aanleiding van de ingediende bezwaren tijdens het openbaar onderzoek.
Er dienen grachten te worden gedempt om voldoende ruimte te verkrijgen voor de aanleg van de fietspaden. Het rioleringsstelsel wordt gescheiden aangelegd dmv een DWA en RWA stelsel.
De aan te leggen verhardingen en de te dempen grachten worden gecompenseerd door de aanleg van nieuwe grachten, de verbreding van een waterloop, overgedimensioneerde RWA-leidingen en de nodige knijpopeningen.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd het tracé van de wegenis met het gecoördineerd rooilijnplan goed te keuren.
Er werd een aanvraag voor een omgevingsvergunning ingediend voor de heraanleg van de wegenis in Rechtstraat. De aanvraag betreft ook de goedkeuring van de rooilijn.
De gemeenteraad dient zich uit te spreken over de rooilijn.
Er wordt een omgevingsvergunning aangevraagd voor de heraanleg van de wegenis en aanleg van fietsvoorzieningen in de Rechtstraat, met de aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel.
De bestaande fietsvoorzieningen zijn verouderd. De aanleg van de nieuwe fietspaden kaderen in een verhoogde leefbaarheid en verkeersveiligheid langsheen het tracé van de Rechtstraat
De heraanleg gebeurt vanaf de Hoekstraat tot aan de Calaignestraat. Ter hoogte van het kruispunt met de Calaigenstraat, de Tramroute, de Stenenbrug en de Hoekstraat worden verkeersplateaus voorzien. Ter hoogte van huisnummer 315 wordt een wegversmalling voorzien.
De rijweg wordt aangelegd in bitumineuze verharding en gaat over in kantstroken. Aanvullend wordt er langs het volledige tracé van de Rechtstraat 4 bushaltes voorzien (nabij de Stenenbrug en ter hoogte van de Tramroute), deze worden telkens voorzien met een busperronband. De opritten en voetpaden worden aangelegd in betonstraatstenen en grasbetontegels. Er worden ook diverse groenzones langsheen de rijweg voorzien.
Door de aanleg van de fietspaden, met een breedte van 1,75m, aan weerszijden van de rijweg van de Rechtstraat is er op enkele plaatsen een wijziging van de bestaande gemeenteweg/buurtweg (Chemin nr. 3). Om deze wijzigingen vast te leggen werd er een nieuw rooilijnplan opgemaakt, en zijn er beperkte grondinnames nodig.
De bestaande rooilijn moet worden gewijzigd. De gemeenteraad moet een beslissing nemen over de zaak der wegen.
De wijziging aan een weg dient door de gemeenteraad gemotiveerd te worden aan de hand van de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen: "Het decreet gemeentewegen heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om deze doelstelling te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1 de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau:
De nieuwe rooilijn wordt voorzien ifv het nieuwe ontwerp en de aanleg van nieuwe wegenis, met aanleg van fietspaden om de veiligheid voor het langzaam verkeer te verbeteren.
2 de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak:
De rooilijn wijzigt niets aan de bestaande trage wegenstructuur.
3 de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen:
De aanpalende percelen blijven bereikbaar. Het ontwerp wordt opgemaakt om de verkeersveiligheid te vergroten.
4 wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief:
Niet van toepassing.
5 bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke actíviteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
De behoeften van de toekomstige generaties worden niet aangetast omdat er geen functionele verbindingen verdwijnen.
Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 18/06/2023 tot 18/07/2023. Omwille van een gewijzigde projectinhoudversie werd een nieuw tweede openbaar onderzoek georganiseerd van 11/08/2023 tot 10/09/2023. Er werden 4 bezwaren ingediend.
Deze bezwaren handelen over volgende elementen:
- (bezwaar 1) De bezwaarvoerder vraagt dat de aannemer en de stad zich zouden houden aan "standaardbestek 250". Dit ter bescherming van hun 2 zeer oude doch gezonde bomen welke aan de straatkant staan op het huisnummer 333/Rechtstraat te Eksaarde. Hiervan werd ten tijde van het OO een ETWverslag/ rapport opgemaakt. Er wordt gevraagd zowel bij de graafwerken als bij de bronbemaling hier rekening mee te houden.
- Vrees voor droogtrekken eigen grondwaterwinning bezwaarvoerder welke gebruikt wordt bij gebrek aan aansluiting drinkwaternet. Er wordt gevraagd of er gewerkt kan worden met een retourbemaling.
Behandeling bezwaar:
De werken worden uitgevoerd conform het standaardbestek 250. Er wordt bij de uitvoering van de werken door de nutsmaatschappijen en de aannemer rekening gehouden met de bestaande bomen.
Het bemalingswater wordt geloosd in het oppervlaktewater. De VMM heeft een gunstig advies verleend: De bemaling wordt verleend voor een termijn van 1 jaar vanaf de start van de werken en een debiet van max. 2.200 m³/dag. In de periode dat de bemaling actief is gebeurt er een monitoring.
- (bezwaar 2) Het voorgenomen plan voorziet volgens de bezwaarvoerder onnodige onteigening van de grond op adres Rechtstraat 380 (Eksaarde) voor de aanleg van een nieuwe bushalte. De onteigening is volgens de bezwaarvoerder onnodig en betreft een ingrijpende stap die vermeden kan worden gezien er voldoende ruimte beschikbaar is op het openbare domein in de onmiddellijke omgeving van de onteigening. De bezwaarvoerder vraagt het voorgenomen plan grondig te heroverwegen en stelt dat een breder onderzoek naar andere mogelijke locaties voor de bushalte kunnen leiden tot een meer bevredigende oplossing voor alle betrokken partijen.
Behandeling bezwaar:
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het rooilijnplan en ontwerpplan aangepast zodat er geen inname van privaat domein nodig is. Door een beperkte inkorting en verschuiving van de bushalte ter hoogte van de Oude Tramroute kan deze volledig op het openbaar domein voorzien worden, en is er geen inname van private grond nodig. Door de aanpassing wordt de draaibeweging voor landbouwvoertuigen vanuit het ruilverkavelingsbaantje iets minder vlot, maar dit is gelet op het beperkte verkeer toch aanvaardbaar.
Er wordt aan de gemeenteraad een gecoördineerd rooilijnplan voorgelegd, dat werd aangepast naar aanleiding van de ingediende bezwaren tijdens het openbaar onderzoek.
- (bezwaar 3) Er wordt een bushalte voorzien voor de woning van de Rechtstraat 450 zonder dat hierover contact werd opgenomen of er een gemeenschappelijk overleg is geweest. De inplanting betreft de gehele breedte van de woning, de woning ligt in een landelijke woonzone, de rooilijn zal mogelijks overschreden worden, de inplanting en gekoppelde infrastructuur zullen leiden tot een waardeverlies van het eigendom, de inplanting zorgt voor een visuele impact door het uitzicht op een bushok, de woning zal geen volwaardige en vrije toegang meer hebben en daardoor zullen de toe- en afrit onveilig zijn. De bezwaarvoerder ontving voor het OO met betrekking tot PIV3 een aangepast plan van de betrokken stedelijke diensten, doch werd het oorspronkelijke plan in PIV3 niet aangepast naar het “aangepast plan dd. 13 juli 2023”.
Behandeling bezwaar:
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het ontwerpplan aangepast.
Voor de aanleg van de bushalte ter hoogte van het perceel D317D is er geen inname van privaat domein nodig, dus het rooilijnplan moet op deze locatie niet aangepast worden.
De aanpassing bestaat eruit dat het bushokje werd verwijderd (halte wordt beperkt gebruikt) en er op het perceel naast nr 450 een extra uitrit wordt voorzien voor eventuele toekomstige inplantingen. Deze wijziging wordt meegenomen in het gecoördineerd plan dat wordt voorgelegd aan de gemeenteraad.
- (bezwaar 4) De bezwaarindieners stellen in eerste instantie vast dat de aanvraag zich beperkt tot de omgevingsvergunningsaanvraag voor de aanleg van de wegenis (en de IIOA voor de bemaling). Uit het schrijven dat bezwaarindieners ontvingen, blijkt evenwel dat een inname van hun eigendom vereist is voor de effectieve aanleg (van de verhoogde bushalte). Naar het oordeel van de bezwaarindieners is de aanvraag op verschillende punten onvolledig of minstens onduidelijk:
- Omtrent de onvolledigheid van de aanvraag en de foutieve aannames. De aanleg van de wegenis (met verhoogde bushalte) gaat gepaard met een wijziging van de wegenis én een aanpassing van de rooilijn.
Het bezwaar stelt dat het dossier omtrent de aanpassing van de wegenis dan ook zondermeer onvolledig is wegens het ontbreken van een door de gemeenteraad voorlopig vastgesteld rooilijnplan, terwijl ook de procedure niet correct is gevoerd (geen aanschrijving van de eigenaars) en ook de nodige motivering tot aanpassing en wijziging van de rooilijn ontbreekt.
Er wordt foutief gesteld dat de noodzakelijke grondinnames om het volledige ontwerp te kunnen uitvoeren reeds deels onderhandeld zijn en uitgevoerd door de stad Lokeren.
De noodzaak tot onteigening is onvoldoende onderzocht gezien het ontbreken van enig alternatievenonderzoek i.k.v. de omgevingsaanvraag.
- De noodzaak van een verhoogde busstop met bushokje op deze locatie wordt niet geargumenteerd in de aanvraag, evenmin wordt het bushokje op alle plannen weergegeven, wat ervoor zorgt dat de aanvraag gebrekkig is.
- Omtrent de impact van de bushalte op (de ontwikkelingsmogelijkheden van) het bouwperceel.
Op basis van het dwarsprofiel blijkt dat zo goed als over de volledige straatbreedte van het (onbebouwde!) perceel (= 70 m) wordt voorzien in een verhoogde verharding. De eigenaars overwegen een verkaveling van het perceel, wat niet meer kan wanneer de verhoogde bushalte ervoor zorgt dat het perceel ontoegankelijk zal worden en de ontwikkelingsmogelijkheden in kader van woningbouw sterk worden beperkt.
Daarnaast zal een bushalte onmiddellijk aan de voorzijde zorgen voor overlast (geluidshinder en visuele hinder door het bushokje). Tevens wordt nog aangehaald dat de stopplaats nabij een kruispunt wordt voorzien waardoor dit een verkeersremmend effect zal veroorzaken. De bezwaarvoerder haalt aan dat de eigen ‘bushaltegids’ van De Lijn aangeeft dat het de voorkeur geniet om een bushalte bij voorkeur op 35 m van het kruispunt aan te leggen. Op basis hiervan stelt de bezwaarvoerder dat de voorgestelde locatie zelfs niet voldoet aan de eigen voorkeuren van De Lijn.
- Omtrent de onvolledigheid van de mer-screening. De bezwaarindiener stelt vast dat in de mer-screening geen enkele overweging is gemaakt omtrent de impact van deze nieuwe opstapplaatsen. Er wordt gesteld dat noch de impact op de mobiliteit (en de verkeersveiligheid) noch de impact voor de onmiddellijk aanpalenden werd onderzocht. Naast het verlies aan ontsluitingsmogelijkheden kan er volgens de bezwaarindienen worden gewezen op geluidsoverlast, maar ook op visuele hinder of hinder door de eventuele verlichting (van het bushokje). In de volledige aanvraag ontbreekt volgens hem elke informatie, elke overweging en dus ook elke afweging van de hinderaspecten van deze infrastructuur, wat de mer-screeningsnota zondermeer onvolledig maakt.
- Opmerkingen omtrent infiltratie en afwatering. De aanvraag voorziet in het dichten van bestaande grachten en gaat hierdoor rechtstreeks in tegen het principe dat het bestaande grachtenstelsel zo maximaal mogelijk dient behouden te worden. Bijkomend stellen de bezwaarindieners zich ook vragen bij de toepassing van de verordening inzake hemelwater nu hierin als uitgangspunt wordt gehanteerd dat de verhardingen zich volledig op het openbaar domein bevinden wat op vandaag geenszins correct is nu de nodige innames nog geenszins zijn gerealiseerd.
Behandeling bezwaar:
De wijziging van de rooilijn maakt deel uit van de procedure voor de omgevingsvergunningsaanvraag conform art. 12 van het decreet houdende de gemeentewegen.
Bij het opmaken van het ontwerp werd wel degelijk gezocht naar mogelijke inplantingsplaatsen voor de bushaltes, maar het is zeer moeilijk een geschikte locatie te vinden.
De voorziene inname ter hoogte van de bushalte aan de Stenenbrug is echter zeer beperkt en is enkel nodig ifv een berm voor de aanleg van nutsleidingen. Echter kunnen de nutsleidingen ook voorzien worden onder het fietspad, zodat er geen inname van private grond nodig is.
Naar aanleiding van dit bezwaar werd het rooilijnplan en ontwerpplan dan aangepast zodat er geen inname van privaat domein nodig is op deze plaats.
Het bezwaar vermeldt ook de mogelijke storende invloed van het bushokje. Er wordt tegemoet gekomen aan dit bezwaar door het niet voorzien van het bushokje. Dit is mogelijk omwille van het beperkte gebruik van deze bushalte.
De Lijn heeft een gunstig advies verleend aan het ontwerp op de projectstuurgroep van 18/03/2021. De inplanting van de bushalte en dus ook de afstand tot Stenenbrug werden goedgekeurd.
Het verhoogde perron wordt wel voorzien om de goede toegankelijkheid te behouden. Dit verhoogde perron zal ook geen onaanvaardbare hinder veroorzaken voor het aanpalende perceel. Het busperron kent een beperkt gebruik waarbij geen onaanvaardbare geluidshinder zal bestaan. Het busperron wordt voorzien in functie van het stimuleren van het openbaar vervoer.
Het verhoogde perron verhindert niet de ontsluiting van de aanpalende percelen. Voor de ontsluiting van aanpalende percelen (mogelijke toekomstige verkaveling) kan er steeds gewerkt worden met een ventweg op het eigen perceel die een gemeenschappelijke aantakking voorziet langs de Rechtstraat of de Stenenbrug.
Er wordt aan de gemeenteraad een gecoördineerd rooilijnplan voorgelegd, dat werd aangepast naar aanleiding van de ingediende bezwaren tijdens het openbaar onderzoek.
Er dienen grachten te worden gedempt om voldoende ruimte te verkrijgen voor de aanleg van de fietspaden. Het rioleringsstelsel wordt gescheiden aangelegd dmv een DWA en RWA stelsel.
De aan te leggen verhardingen en de te dempen grachten worden gecompenseerd door de aanleg van nieuwe grachten, de verbreding van een waterloop, overgedimensioneerde RWA-leidingen en de nodige knijpopeningen.
Decreet betreffende de Omgevingsvergunning d.d. 25/04/2014, afdeling 2 voor de Gewone Vergunningsprocedure.
Decreet houdende de gemeentewegen d.d. 3 mei 2019, artikel 3, 4 en 12.
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening d.d. 27 maart 2009, artikel 4.2.20.
Het tracé van de wegenis met het gecoördineerd rooilijnplan wordt vastgesteld en goedgekeurd.