Notulen  Gemeenteraad

De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad van 19 september 2022 werden opgemaakt conform de artikelen 32 en 278 van het Decreet Lokaal Bestuur. Aan de raad wordt gevraagd de notulen en het zittingsverslag goed te keuren. 

De notulen en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 19 september 2022 werden opgemaakt en aan dit agendapunt toegevoegd. Er waren geen opmerkingen en zij worden dus als goedgekeurd beschouwd. 

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 artikel 32 en 278.

Na de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 werden in de gemeenteraadsvergadering van 29 april 2019 de afgevaardigden uit de verschillende politieke fracties die in de gemeenteraad zetelen, aangeduid voor de jeugdraad.

Namens de Vooruit-fractie werd de heer Ron Van Kersschaver aangeduid. 

Er wordt nu voorgesteld om de heer Wout Haentjens aan te duiden als afgevaardigde in de Jeugdraad, namens de Vooruit-fractie, in vervanging van de heer Van Kersschaver.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze vervanging. 

In het gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019 werden de afgevaardigden voor de jeugdraad, namens de politieke fracties die in de gemeenteraad zetelen, aangeduid.

De heer Ron Van Kersschaver werd namens de Vooruit-fractie aangeduid om als afgevaardigde te zetelen in de jeugdraad.

Met mailbericht van 27 september 2022 wordt gevraagd om de heer Van Kersschaver te vervangen door de heer Wout Haentjens.

De gemeenteraad stemt over deze vervanging. 

Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 nl. artikel 304 §3

Gemeenteraadsbesluit van 19 april 2019 over de aanduiding van de afgevaardigden politieke facties met raadgevende stem

In de gemeenteraadsvergadering van 29 april 2019 werden de afgevaardigden uit de verschillende politieke fracties die in de gemeenteraad zetelen, aangeduid voor de raad voor toerisme.

Namens de N-VA - fractie werd mevrouw Maartje Maes aangeduid als afgevaardigde.

De N-VA-fractie vraagt nu de vervanging van mevrouw Maartje Maes door de heer Johan Maes, als afgevaardigde in de raad voor toerisme.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze vervanging. 

Namens de N-VA-fractie wordt de heer Johan Maes voorgesteld als opvolger van mevrouw Maartje Maes. 

Er wordt gestemd over het al dan niet aanduiden van de heer Johan Maes als afgevaardigde namens de N-VA-fractie in de raad voor toerisme. 

Het  Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017 en volgende wijzigingen.

Het gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019 waarbij mevrouw Maartje Maes werd aangeduid als afgevaardigde.

De statuten van de Raad voor Toerisme, vastgesteld tijdens de gemeenteraadszitting dd. 31 maart 2003.

In de gemeenteraadsvergadering van 29 april 2019 werden de afgevaardigden uit de verschillende politieke fracties die in de gemeenteraad zetelen, aangeduid voor de Seniorenraad, nu ouderenraad.

Namens de N-VA - fractie werd mevrouw Monique De Witte aangeduid als afgevaardigde.

De N-VA-fractie vraagt nu de vervanging van mevrouw Monique De Witte door de heer Dirk Robert, als afgevaardigde in de ouderenraad. 

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze vervanging. 

Namens de N-VA-fractie wordt de heer Dirk Robert voorgesteld als opvolger van mevrouw Monique De Witte. 

Er wordt gestemd over het al dan niet aanduiden van de heer Dirk Robert als afgevaardigde namens de N-VA-fractie in de ouderenraad. 

Het  Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017 en volgende wijzigingen.

Het gemeenteraadsbesluit van 29 april 2019 waarbij mevrouw Monique De Witte werd aangeduid als afgevaardigde.

Jaarlijks wordt er in onze stad de verkiezing Meest Verdienstelijke Lokeraar (MVL) georganiseerd.  Tijdens deze verkiezing gaan we op zoek naar een individu, een groep of een vereniging, organisatie of bedrijf die een ambassadeur van Lokeren is, die m.a.w. Lokeren buiten de grenzen bekendheid en uitstraling geeft, of die zich belangeloos inzet voor de Lokerse burger, in verenigingen of buurten. De werkwijze waarop deze verkiezing wordt georganiseerd, ligt vast in het reglement Meest Verdienstelijke Lokeraar dat in de gemeenteraad van 13 september 2021 werd goedgekeurd. Exacte data worden jaarlijks door het college van burgemeester en schepenen goedgekeurd.

Tijdens de evaluatie van de editie MVL 2021 kwamen volgende verbeterpunten naar voor:
1. Nood aan aanpassing welke “groepen” kunnen worden voorgedragen.
Bij de kandidaturen ontvangen we vaak groepen of verenigingen zonder overkoepelend orgaan of duidelijke voorzitter.
2. Nood aan beperking in de mogelijkheid aantal keer dat een kandidaat kan worden voordragen. Sinds het nieuwe concept van de verkiezing MVL 2020 merken we op dat we jaarlijks dezelfde kandidaturen ontvangen wat de dynamiek van de verkiezing niet ten goede komt en lijdt tot dezelfde laureaten bij meerdere verkiezingen.

Om hieraan tegemoet te komen wordt een wijziging van het reglement voorgesteld:
Artikel 2 Voordragen
 Behoud huidig artikel + toevoeging: Wanneer de voorgedragen kandidaat een groep mensen omvat dan dient deze groep een overkoepelend orgaan/voorzitter te hebben vb. feitelijke vereniging, vzw,…

Artikel 5 Procedure vaststelling laureaten
 Behoud huidig artikel + toevoeging bij 5.2.: Een kandidaat kan maximaal 2 opeenvolgende jaren als laureaat bij de verkiezing worden meegenomen.

Aan de raad wordt gevraagd om het gewijzigde reglement goed te keuren.

Het reglement ‘Meest Verdienstelijke Lokeraar’ werd goedgekeurd in de gemeenteraad van 13 september 2021.

Uit de evaluatie van de editie 2021 kwamen enkele verbeterpunten binnen de werkwijze naar voor:
1. De nood aan aanpassing welke ‘groepen’ kunnen worden voorgedragen en de toevoeging van ‘Wanneer de voorgedragen kandidaat een groep mensen omvat dan dient deze groep een overkoepelend orgaan/voorzitter te hebben vb. feitelijke vereniging, vzw,…’ wordt voorgesteld in artikel.
2. De nood aan beperking in de mogelijkheid aantal keer dat een kandidaat kan worden voorgedragen en de toevoeging ‘Een kandidaat kan maximaal 2 opeenvolgende jaren als laureaat bij de verkiezing worden meegenomen.’  wordt voorgesteld in artikel 5.2.

Het reglement Meest Verdienstelijke Lokeraar met bovenvermelde wijzigingen is toegevoegd in de bijlage.

De gemeenteraad is bevoegd om de gemeentelijke reglementen vast te stellen conform artikel 40 §3 van het Decreet Lokaal Bestuur.

Op 25 juni 2018 werd door het college een verkavelingsvergunning afgeleverd voor het verkavelen van gronden in de Leeuwerikstraat - Rozenstraat. In de vergunning werd een last opgelegd van kosteloze grondafstand nl. de fiets- wandeldoorsteek tussen de Leeuwerikstraat en Rozenstraat. De grond is beschreven en opgenomen als LOT B in het proces-verbaal van splitsing van 28 april 2021 opgemaakt door landmeter-expert Jim Waegeman. De grondafstand heeft een totale oppervlakte van 214,82m² en zal na het verlijden van de akte opgenomen worden in het openbaar domein.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met de inlijving van de verkregen grond in het openbaar domein.

De regelgeving op ruimtelijke ordening laat toe dat de vergunningverlenende overheid lasten koppelt aan het verlenen van een vergunning. In dit dossier is de last het kosteloos afstaan van gronden die aangelegd en bestemd zijn als doorsteek voor fietsers en voetgangers tussen de Leeuwerikstraat en Rozenstraat. De verkaveling betreft 18 loten waarvan op 16 loten een éénsgezinswoning en op 2 loten een meergezinswoning kan gebouwd worden. De opgelegde last heeft dus een geringe impact op de verkaveling. 

De grond is actueel ter plaatse reeds ingelijfd in het openbaar domein maar de juridische verwerking, het verlijden van de akte, moet nog gebeuren. Notaris Liesbeth Muller is door de grondeigenaar / verkavelaar aangesteld om de akte op te maken en te verlijden.

Het doel van de grondverwerving is het realiseren van een doorsteek voor fietsers en voetgangers maw de verkregen grond wordt opgenomen in het openbaar domein van de stad Lokeren. Om die reden wordt in de akte toepassing gevraagd van kosteloze registratie.

Het innemen van standpunten met betrekking tot het vervreemden van onroerende goederen, eigendom van de stad Lokeren, is conform het decreet lokaal bestuur artikel 41,11° een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad

De Stad Lokeren is sinds 20 juni 1949 eigenaar van een perceel grond langs de Bergendriesstraat. Het perceel is kadastraal gekend als 1e afdeling sectie A nr.627D4 en heeft een oppervlakte van 1059m². Op het perceel is jarenlang het "Scheikundig Centrum van de stad Lokeren" actief geweest. Vanaf 1952 tot het einde van de haarsnijderijnijverheid in Lokeren werden daar  de kwikpreparaten voor de vele haarsnijderijen voorbereid. Door deze activiteit is het perceel tot op vandaag ingekleurd als vervuilde grond en moet er een sanering gebeuren.

Projectvennootschap "Heirbrug" is eigenaar van het perceel grond langs de Vijgenstraat / Zwenghoutstraat. Het perceel is kadastraal gekend als 3e afdeling sectie D nr.824 en heeft een oppervlakte van 3330m². Het perceel is gekend als verspreidingsperceel door de voormalige aangrenzende haarsnijderij Epouse Jacobs.

Partijen zijn principieel overeengekomen om de gronden te ruilen zonder opleg. Dit principe is mogelijk omdat uit schattingsverslagen, opgemaakt door Klaas Claeyssens, schatter van Claeyssens en Couckuyt BV uit Sint-Martens-Latem op 17 december 2021, blijkt dat de gronden gelijkwaardig zijn. De gronden hebben een verschillende oppervlakte maar door de verschillende bouwmogelijkheden opgenomen in de respectievelijke ruimtelijke uitvoeringsplannen is de ontwikkelingswaarde gelijkwaardig. 

De stad heeft de ambitie om de gronden langsheen de Durme tussen Vijgenstraat en Ploegstraat niet te ontwikkelen als woonproject en heeft gekozen voor de aanleg van het Heirbrugpark. Om deze ambitie te verduidelijken is het wenselijk de grondpositie van het perceel nr.824 te verwerven zodat dit perceel geïntegreerd kan worden in het aan te leggen Heirbrugpark. 

Voor de overdracht van vervuilde gronden geldt in het Bodemdecreet een bijzondere regeling. Om het dossier van overdracht gedetailleerd te kunnen voorbereiden is het noodzakelijk dat partijen in deze fase een principieel akkoord ondertekenen (aankoop-/verkoopbelofte) waarbij zij zich engageren om de beschreven gronden aan elkaar over te dragen. Teneinde zekerheid te hebben dat de grondruil geen financieel risico inhoudt voor de stad Lokeren wordt in de op te maken overeenkomst tussen partijen voorzien in een clausule die er in voorziet dat de ruiling zonder opleg van de genoemde goederen slechts tot stand komt onder de vervulling van de opschortende voorwaarde dat de stad Lokeren eerst het statuut verkrijgt van onschuldig eigenaar en/of wordt vrijgesteld als saneringsplichtige.

Aan de raad wordt gevraagd principieel akkoord te gaan met het principe van ruiling zonder opleg. De verdere details van de ruiling, met oa de voorwaarden inzake sanering, zullen in een latere fase maar voor het verlijden van de akte, ter goedkeuring aan de raad voorgelegd worden. 

Om te voldoen aan de voorwaarden bij de overdracht van verontreinigde gronden moeten een aantal specifieke studies opgemaakt en waarborgen gesteld. Voorafgaandelijk is het noodzakelijk dat beide partijen zich formeel engageren voor de ruiling van de gronden zonder opleg. Het is aan de gemeenteraad om dergelijke engagementen uit te spreken.

Ten gepaste tijde, wanneer de noodzakelijke studies ed zijn opgemaakt en de specifieke voorwaarden van de overdracht gekend zijn, zal het dossier nogmaals ter goedkeuring aan de raad voorgelegd worden.

Het innemen van standpunten of het nemen van beslissingen met betrekking tot het aankopen of verkopen van onroerende goederen of het vestigen van erfdienstbaarheden op onroerende goederen is conform het decreet lokaal bestuur (artikel 41) een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad.

Fluxys Belgium NV (BE 0402 954 628) voorziet in het voorjaar van 2023 de aanleg van een gasvervoerinstallatie tussen Zomergem (Oostwinkel) en Herent (Winksele). De installatie zal komen te liggen evenwijdig naast de reeds bestaande installatie met een tussenafstand van 7m. De aanleg van de installatie valt onder toepassing van "erfdienstbaarheid tot openbaar nut - landinrichting" zoals omschreven in het decreet landinrichting van 28 maart 2014.

De installatie gaat door een privatief perceel, eigendom van de Stad Lokeren, kadastraal gekend als 4e afdeling sectie C nr.1822/02 over een lengte van 1m. De Stad moet hiervoor een doorgangsovereenkomst afsluiten oa in functie van het vermijden dat de installatie via het recht van natrekking eigendom zou worden van de stad. De stad ontvangt een financiële vergoeding van 5 euro.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met het afsluiten van een doorgangsovereenkomst met Fluxys Belgium NV.

Fluxys Belgium NV levert een dienst van openbaar nut nl. het vervoeren van aardgas via (ondergrondse) leidingen. Deze activiteiten vallen onder de regelgeving inzake landinrichting. Waar een ondergrondse inname dient ingericht, gebeurt dit op administratieve wijze via een onderhandse doorgangsovereenkomst welke dient beschouwd als een erfdienstbaarheid van openbaar nut. 

De overeenkomst bevat een aantal praktische afspraken, zoals het ontvangen van een financiële vergoeding (5 euro), het herstellen van de bovengrond na plaatsing van de installaties en het eigendomsrecht ivm de te plaatsen installaties.

Het innemen van standpunten met betrekking tot het vestigen van zakelijke rechten op onroerende goederen, eigendom van de stad Lokeren, is conform het decreet lokaal bestuur artikel 41,11° een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad.

In functie van een toekomstige sanering van de waterhuishouding in het gebied tussen de Zamanstraat en de Ledebeek wordt de aanleg van een bufferbekken gepland in dit gebied. Met de eigenaar van de percelen, kadastraal gekend als 3e afdeling sectie D nr.1624H en 1625E, samen 7408m² groot, werd een akkoord bereikt over de aankoop van de gronden. De gronden zijn gelegen tussen de Nijsstraat en de spoorweg en worden via een erfdienstbaarheid ontsloten langs de percelen 1623Y en 1623V.

De gronden zijn momenteel verpacht en in afwachting van de realisatie van het project wordt de pacht verdergezet.

De aankoop gebeurt in functie van openbaar nut waardoor in de akte toepassing zal gevraagd worden van kosteloze registratie.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met de aankoop.

Voor de inrichting van een bufferbekken, op de percelen kadastraal gekend als 3e afdeling sectie D nrs.1624H (4595m²) en 1625E (2813m²), samen 7408m², is er een akkoord met de grondeigenaars om de gronden te verkopen aan de stad. De aankoop gebeurt kadastraal.

De aankoop gebeurt tegen de totale prijs van 69.636 euro. 

In de akte wordt op vraag van de verkoper voorzien in een meerwaardebeding. Indien binnen een periode van 20 jaar de gronden ten gevolge van een bestemmingswijziging een meerwaarde zou verkrijgen, heeft de verkoper recht op 50% van deze meerwaarde.

De lopende pacht wordt momenteel niet onderbroken en zal beëindigd worden wanneer er duidelijkheid is omtrent de uitvoering van de werkzaamheden.

De aankoop gebeurt om reden van openbaar nut, nl. de aanleg van een bufferbekken om de waterhuishouding in het gebied tussen de Ledebeek en de Zamanstraat op te waarderen. Om die reden wordt in de akte toepassing gevraagd van kosteloze registratie.

Het innemen van standpunten of het nemen van beslissingen met betrekking tot het aankopen van onroerende goederen of het vestigen van erfdienstbaarheden op onroerende goederen is conform het decreet lokaal bestuur (artikel 41) een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad. 

Bij akte van 2 december 2004 werd een perceel grond met een oppervlakte van 8ha 90a 25ca, gelegen in de Brandstraat, verkocht aan NV Eco Print Center. Door de koper werd vervolgens een bedrijfsgebouw opgericht dienstig voor drukkerij, verzending, afwerking, distributie, stockage, administratieve en andere overkoepelende diensten. Op 25 januari 2016 verleende de gemeenteraad toelating voor een fusie waarbij NV Eco Print Center een fusie aanging met NV Persgroep Publishing. Op 30 augustus 2019 wijzigt de naam van de vennootschap naar NV DPG Media Services. Op 27 januari 2020 verleende de gemeenteraad toelating tot verhuring van het nog braakliggend gedeelte van het perceel aan BVBA Mertens Lokeren.

Op 13 september 2021 werd door de gemeenteraad toelating verleend voor een sale & lease back transactie waarbij Warehouses De Pauw, Blakebergen 15, 1861 Wolvertem, via een inbreng in natura van de terreinen, gebouwen en installaties eigenaar werd van het vastgoed Brandstraat 30, kadastraal gekend als 2^de afdeling sectie B nr. 1470A. In diezelfde beslissing werd tevens akkoord gegaan met de overeenkomst van terbeschikkingstelling tussen WDP en DPG Media Services waarbij de bestaande bedrijfsactiviteiten behouden bleven.

Intussen nam DPG Media Services de beslissing het gebouw te verlaten.

Warehouses De Pauw vraagt nu toelating om het bedrijfsgebouw te verhuren aan de firma stow Robotics, onderdeel van stow Group, de wereldleider in industriële opslagoplossingen. 

stow Robotics heeft het voornemen zijn high-end productie-activiteiten verder uit te bouwen op de site van WDP in Lokeren. De specialist in innovatieve warehouse automation oplossingen neemt begin 2023 zijn intrek in de zichtlocatie langs de E17 in Lokeren die WDP in 2021 verwierf via een sale-and-lease-back operatie met DPG Media Services

Het gedeelte van de gebouwen dat voorheen was ingericht voor de drukkerij-activiteiten van DPG Media Services, zal worden omgevormd tot een campus voor stow Robotics (onnr.0774.931.416). stow Robotics werd pas eind 2021 opgericht, groeit snel, en richt zich specifiek op de ontwikkeling, productie en commercialisatie van geautomatiseerde en gerobotiseerde magazijnoplossingen. Het pand zal als volwaardige stow-campus worden ingericht met een multi-level productie-unit, een R&D-center, een showroom en kantoren voor sales en after-sales. stow Robotics zal op deze site beschikken over een oppervlakte van in totaal circa 24.000 m² op basis van een langetermijn huurcontract.

stow Robotics wil in totaal 250 mensen tewerkstellen op de site.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze verhuring op voorwaarde dat de firma stow Robotics kennis neemt van alle verkoopsvoorwaarden en zich tegenover de stad Lokeren verbindt tot het naleven van alle verplichtingen voortvloeiend uit de koopakte voor de oorspronkelijke koper, voor zover die van toepassing kunnen zijn voor de huurder.

Conform artikel 14 van de verkoopakte van 2 december 2004 is er toelating vereist van de gemeenteraad om het perceel industriegrond en de intussen opgerichte gebouwen, geheel of gedeeltelijk te verhuren aan derden. Deze voorwaarde is eveneens ingeschreven in de akte van 7 oktober 2021.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze verhuring op voorwaarde dat de stow Robotics kennis neemt van alle verkoopsvoorwaarden en zich tegenover de stad Lokeren verbindt tot het naleven van alle verplichtingen voortvloeiend uit de koopakte voor de oorspronkelijke koper (Warehouses De Pauw) voor zover die van toepassing kunnen zijn voor de huurder).

Decreet 19 december 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2004

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikel 41 § 2, 9° 

Verkoopakte van 2 december 2004 over de verkoop van 8ha 90a 25ca industriegrond aan NV Eco Print Center.

Verkoopakte van 7 oktober 2021 over de verkoop van 8ha 90a 25ca industriegrond met bedrijfsgebouw aan Warehouses De Pauw. 

Het wegdek van de Everslaarstraat, de Bokslaarstraat en Spoele bevinden zich niet overal in even goede staat. De weg is op sommige plaatsen vrij smal waardoor de randen worden stukgereden telkens verkeer elkaar moet passeren. Bovendien ligt in een groot deel van de Everslaarstraat en de Bokslaarstraat nog geen riolering: de woningen wateren af naar (al dan niet ingebuisde) grachten, waardoor de afwatering bijgevolg niet optimaal is wat verontreiniging in de grachten en waterlopen tot gevolg kan hebben.

In functie van de Europese Kaderrichtlijn Water, is het noodzakelijk dat de stad investeert in de aanleg van riolering met als doel de verontreiniging van oppervlakte- en grondwater tegen te gaan.

De stad draagt bovendien verkeersveiligheid hoog in het vaandel. Vanuit de buurtcomités werden het rijgedrag en de soms te hoge snelheden van voertuigen aangekaart waardoor de veiligheid van de trage weggebruikers in het gedrang komt.  Deze straten zullen daarom met de nodige aandacht voor de veiligheid van alle weggebruikers en met als doel het ontraden van sluipverkeer, worden heraangelegd.

In collegezitting van 16 december 2019 werd de opdracht “Aanstelling van een ontwerper voor het wegen- en rioleringsproject Everslaarstraat-Spoele-Bokslaarstraat en aanstelling van een afkoppelingsdeskundige voor de optimale afkoppelingen op particulier domein” gegund aan Tractebel Engineering nv, als volgt: 

• Deel 1 : Opmaak ontwerp riolerings- en wegeniswerken Everslaarstraat, Bokslaarstraat en Spoele: tegen een ereloonpercentage van 3,85% op de totale kostprijs van de werken (excl. btw),

• Deel 2 : Studie m.b.t. de optimale afkoppelingswerken op particulier domein : tegen een totale prijs van €133.320,22 incl. btw.

Ondertussen heeft de ontwerper het definitief ontwerp opgemaakt, samen met het aanbestedingsbundel.

Het bestek en de uitvoeringsplannen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad.

In het bestek is voorzien om de opdracht in 2 fases uit te voeren. Om deze reden werd de opdracht onderverdeeld in een vast en een voorwaardelijk gedeelte, meer bepaald:

Vast gedeelte:

• Fase 1: Bokslaarstraat en Spoele
• Fase 1A: kruispunt Spoele X Naastveldstraat
• Fase 1B: Spoele
• Fase 1C: Bokslaarstraat

Voorwaardelijk gedeelte:

• Fase 2: Everslaarstraat en Smeierstraat

Het voorwaardelijk gedeelte zal pas in de volgende legislatuur al dan niet besteld worden.

De raming voor het  vaste gedeelte (fase 1) bedraagt € 3.544.954,62 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 3.778.277,75.
De raming voor het voorwaardelijk gedeelte (fase 2) bedraagt € 6.562.554,00 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 6.939.142,60.
 De globale kostenraming van de volledige opdracht wordt bijgevolg begroot op € 10.107.508,62 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 10.717.420,35.

De stad kan daarbij rekenen op 90% subsidies voor fietsvoorzieningen op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk (Fietsfonds), 40% subsidies van de provincie voor fietsvoorzieningen op het lokaal fietsroutenetwerk en op 75% subsidies van de Vlaamse Milieu Maatschappij voor de aanleg van riolering. Dit komt op:

• € 90.058,50 (fase1) + 166.650,21€ (fase 2) – fietsfonds
• 5.676,00€ (fase 1) + € 86.820,00 (fase 2) – fietssubsidie provincie
• € 13.959,55 (fase 2) – subsidie hoppinpunt MOW
• € 1.252.796,40 (fase1) + € 2.687.005,88 (fase 2) – VMM-subsidie.

Gelet op de aard van de werken, dient een veiligheidscoördinator ontwerp/verwezenlijking aangesteld te worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor de stedelijke veiligheidscoördinator aan te stellen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten is van toepassing op deze opdracht.

Als wijze van gunnen wordt een openbare procedure op Europees niveau voorgesteld (artikel 36 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten).

In de investeringsbudgetten is er in het meerjarenplan 2020-2025 een verbinteniskrediet voorzien ten bedrage van € 5.900.000 onder de investeringsenveloppe PRIOR 2014-7, subproject P2014/7/01, onder de algemene rekening 22700007, beleidsitem 031001 en actiecode ST13B01AP01A03. Dit is voldoende voor het vast gedeelte van deze opdracht (fase 1). Het saldo voor fase 2 zal in het volgend meerjarenplan door de volgende legislatuur desgevallend bij voorzien worden.
Het nodige zal tevens gedaan worden voor het bekomen van alle mogelijke subsidies.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het bestek, de wijze van gunnen en de bijhorende kostenraming, goed te keuren. 

Het bijzonder bestek en bijhorende plannen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad.

In het bestek is voorzien om de opdracht in 2 fases uit te voeren. Om deze reden werd de opdracht onderverdeeld in een vast en een voorwaardelijk gedeelte, meer bepaald:

Vast gedeelte:

• Fase 1: Bokslaarstraat en Spoele
• Fase 1A: kruispunt Spoele X Naastveldstraat
• Fase 1B: Spoele
• Fase 1C: Bokslaarstraat

Voorwaardelijk gedeelte:

• Fase 2: Everslaarstraat en Smeierstraat

Het voorwaardelijk gedeelte (fase 2) zal pas in de volgende legislatuur al dan niet besteld worden.

De raming voor het  vaste gedeelte (fase 1) bedraagt € 3.544.954,62 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 3.778.277,75.
De raming voor het voorwaardelijk gedeelte (fase 2) bedraagt € 6.562.554,00 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 6.939.142,60.
 De globale kostenraming van de volledige opdracht wordt bijgevolg begroot op € 10.107.508,62 + deels btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 10.717.420,35.

De stad kan daarbij rekenen op 90% subsidies voor fietsvoorzieningen op het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk (Fietsfonds), 40% subsidies van de provincie voor fietsvoorzieningen op het lokaal fietsroutenetwerk en op 75% subsidies van de Vlaamse Milieu Maatschappij voor de aanleg van riolering. Dit komt op:

• € 90.058,50 (fase1) + 166.650,21€ (fase 2) – fietsfonds,
• 5.676,00€ (fase 1) + € 86.820,00 (fase 2) – fietssubsidie provincie,
• € 13.959,55 (fase 2) – subsidie hoppinpunt MOW,
• € 1.252.796,40 (fase1) + € 2.687.005,88 (fase 2) – VMM-subsidie.

Gelet op de aard van de werken, dient een veiligheidscoördinator ontwerp/verwezenlijking aangesteld te worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor de stedelijke veiligheidscoördinator aan te stellen.

Als wijze van gunnen wordt een openbare procedure op Europees niveau voorgesteld (artikel 36 van de wet van 17 juni 2016).

In de investeringsbudgetten is er in het meerjarenplan 2020-2025 een verbinteniskrediet voorzien ten bedrage van € 5.900.000 onder de investeringsenveloppe PRIOR 2014-7, subproject P2014/7/01, onder de algemene rekening 22700007, beleidsitem 031001 en actiecode ST13B01AP01A03. Dit is voldoende voor het vast gedeelte van deze opdracht (fase 1). Het saldo voor fase 2 zal in het volgend meerjarenplan door de volgende legislatuur desgevallend bij voorzien worden.

 Het nodige zal tevens gedaan worden voor het bekomen van alle mogelijke subsidies.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Op 27/4/2020 heeft de gemeenteraad beslist om toe te treden tot het ‘Burgemeestersconvenant 2030’ met een joint SECAP (Sustainable Energy and Climate Action Plan of een actieplan voor duurzame energie en klimaat) en beslist tot een gezamenlijke ondertekening van het convenant samen met de andere Wase lokale besturen. Hierbij heeft de stad het engagement vernieuwd om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn. De indiening voor het Burgemeestersconvenant 2030 van het gezamenlijk (regionaal) klimaatplan, adaptatiedeel en mitigatiedeel, dient ten laatste te gebeuren in januari 2023. Het “Regionaal Adaptatieplan Waasland” werd reeds door de gemeenteraad goedgekeurd op 24/1/2022. Nu dient het regionaal mitigatieplan goedgekeurd te worden door de elf gemeenten, Interwaas en de provincie.
Het mitigatieplan vertrekt, net zoals het adaptatieplan, vanuit strategische doelstellingen. Beide plannen hebben 5 doelstellingen die specifiek inzetten op adaptatie of mitigatie, en 1 gedeelde doelstelling die inzet op de regionale ondersteuning van lokale besturen bij de uitvoering van de plannen. Strategische doelstellingen van het mitigatieplan: renovatie, koolstofvrije mobiliteit, energietransitie, maatschappelijk verantwoorde economie en duurzame lokale voeding, met als doelstelling een reductie van 40% CO2 t.o.v. 2011 tegen 2030.
Het mitigatieplan is het resultaat van verschillende participatie- en feedbackmomenten.
Na goedkeuring zal voor elke stad/gemeente bekeken worden hoe het regionale plan lokaal vertaald kan worden. Het regionale plan bevat vele acties, waarvan sommige strikt lokaal opgenomen zullen worden door 1 of meerdere gemeenten, en enkele regionaal uitgewerkt zullen worden. Interwaas ondersteunt de lokale besturen in deze oefening.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het voorliggend “regionaal mitigatieplan Waasland” en de daarbij horende maatregelen- en actietabel goed te keuren. Dit regionaal mitigatieplan gaat in vanaf de goedkeuring door de gemeenteraad en loopt tot eind 2030.

Op 27/4/2020 heeft de gemeenteraad beslist om toe te treden tot het ‘Burgemeestersconvenant 2030’ met een joint SECAP en beslist tot een gezamenlijke ondertekening van het convenant samen met de andere Wase lokale besturen. Hierbij heeft de stad het engagement vernieuwd om tegen 2050 klimaatneutraal te zijn.  Het “Regionaal Adaptatieplan Waasland” werd reeds door de gemeenteraad goedgekeurd op 24/1/2022. Nu dient het regionaal mitigatieplan goedgekeurd te worden door de elf gemeenten, Interwaas en de provincie. Aan de gemeenteraad zal gevraagd worden om het voorliggend “regionaal mitigatieplan Waasland” en de daarbij horende maatregelen- en actietabel goed te keuren. Dit regionaal mitigatieplan gaat in vanaf de goedkeuring door de gemeenteraad en loopt tot eind 2030.
Er zal tevens aan de gemeenteraad gevraagd worden om, samen met de Provincie Oost-Vlaanderen en Interwaas en in het kader van het Burgemeestersconvenant en het project “Waasland Klimaatland”, uitvoering te geven aan de regionale maatregelen en acties opgesomd in dit plan, middels volgende stappen:
• de gezamenlijke doelstelling erkennen om 40% CO2-reductie in de regio te behalen tegen 2030 en hierbij de acties te selecteren, verfijnen en vertalen naar het lokaal niveau om samen de regionale doelstelling te behalen;
• de oprichting van een “klimaatteam” van medewerkers en beleidsverantwoordelijken die de uitrol van deze klimaatacties op lokaal niveau initiëren en opvolgen;
• maatschappelijke betrokkenheid creëren op het grondgebied via het actief betrekken van stakeholders bij het uitvoeren van acties;
• de gemeentelijke structuren waar nodig aanpassen en het nodige personeel inzetten om de vereiste acties te kunnen ondernemen;
• de klimaatdoelstellingen zoveel mogelijk te verankeren in het meerjarenplan.

Goedkeuring door de Vlaamse Regering van het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030 op 9 december 2019.

Provincieraadsbesluit van 2 september 2015 tot goedkeuring van het klimaatplan en het klimaatactieplan 2015-2020 van de Provincie Oost-Vlaanderen.

Besluit van de deputatie van 21 juli 2021 om het Lokaal energie- en klimaatpact te ondertekenen als ondersteunende partner en dus om de Oost-Vlaamse gemeenten en steden te ondersteunen bij de uitvoering van hun klimaatplannen.

De erkenning van de Provincie als territoriaal coördinator i.h.k.v. het burgemeestersconvenant en daaruit volgende ondersteuning van de Oost-Vlaamse gemeenten bij de opmaak en uitvoering van klimaatplannen.

De erkenning van Interwaas als territoriaal coördinator en daaruit volgende ondersteuning van de Wase gemeenten bij de opmaak en uitvoering van klimaatplannen

Gemeenteraadsbeslissing dd. 27/04/2020 tot gezamenlijke ondertekening “Burgemeesterconvenant 2030” en de opmaak van een gezamenlijk klimaatplan via Waasland Klimaatland.

Gemeenteraadsbeslissing dd. 25/10/2021 tot goedkeuring van de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP), waarbij de gemeente o.m. het engagement aangaat om het Burgemeestersconvenant 2030 te ondertekenen en uit te werken.

De gemeenteraad ging op 25/10/2021 akkoord met het ondertekenen van het Lokaal Energie- en Klimaatpact (LEKP 1.0) en engageerde zich om in samenwerking met diverse partnerorganisaties de doelstellingen van het Pact na te streven. Voor LEKP 1.0 ontvangt de stad in 2022 een subsidie van 147.501 EUR.  Er dient voor een dubbel bedrag aan middelen voor het uitvoeren van acties in het kader van dit LEKP te worden verantwoord in 2021.  Voor LEKP 1.0. zal de subsidie in 2023 150.405 EUR bedragen. Door de aangescherpte Europese Klimaatambities (‘Fit for 55’) besliste de Vlaamse regering in november 2021 over een pakket extra maatregelen om de CO2-uitstoot sterker te verminderen. De CO2- reducties gaan niet snel genoeg, klimaatverandering treft ons sneller en intenser dan verwacht en de keuzes die in dit decennium gemaakt worden, zullen bepalend zijn om de doelstelling van Parijs te halen en om de transitie naar een klimaatneutrale samenleving in te zetten. Daarbij werd ook de rol van de lokale besturen herbevestigd en nieuwe doelstellingen voorgesteld.
De  focus van dit LEKP 2.0 is duidelijk: we gaan onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen versneld afbouwen, wijk per wijk en sector per sector. De verhoogde ambities worden om die reden voornamelijk op de mitigatiewerven gericht en er wordt gekozen voor een additionele ambitie binnen energiebesparing, fossielvrije gebouwen en mobiliteit, waaronder een uitgebreide laadinfrastructuur. Indien LEKP 2.0 wordt ondertekend, wordt het subsidiebedrag voor 2023  verhoogd naar 203.322 EUR (150.405 + 52.917 EUR). Er dient voor een dubbel bedrag aan middelen voor het uitvoeren van acties in het kader van dit LEKP 2.0 te worden verantwoord in 2022. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om dit LEKP 2.0 goed te keuren. 

Door de aangescherpte Europese Klimaatambities (‘Fit for 55’) besliste de Vlaamse regering in november 2021 over een pakket extra maatregelen om de CO2-uitstoot sterker te verminderen. De CO2- reducties gaan niet snel genoeg, klimaatverandering treft ons sneller en intenser dan verwacht en de keuzes die in dit decennium gemaakt worden, zullen bepalend zijn om de doelstelling van Parijs te halen en om de transitie naar een klimaatneutrale samenleving in te zetten. Daarbij werd ook de rol van de lokale besturen herbevestigd en nieuwe doelstellingen voorgesteld.  De  focus van dit LEKP 2.0 is duidelijk: we gaan onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen versneld afbouwen, wijk per wijk en sector per sector. De verhoogde ambities worden om die reden voornamelijk op de mitigatiewerven gericht en er wordt gekozen voor een additionele ambitie binnen energiebesparing, fossielvrije gebouwen en mobiliteit, waaronder een uitgebreide laadinfrastructuur.
Er zijn  wijzigingen in werf 2 ("Verrijk je wijk", renovatie, hernieuwbare energie) en werf 3 (Elke buurt deelt (koolstofvrije (deel)mobiliteit) en is duurzaam bereikbaar), geen wijzigingen in de adaptatiewerven 1 (vergroening) en 4 (water, droogteproblematiek).

Voor de uitvoering van het LEKP worden samenwerkingen tussen de gemeentes onderling, samenwerkingen met partners zoals lokale stakeholders, intercommunales, provincies… sterk aangemoedigd. Elk lokaal bestuur kan de eigen troeven uitspelen om zo gezamenlijk de finish te halen. Zoals in de tekst van het Pact als voorbeeld is opgenomen, zal het in de ene gemeente gemakkelijker zijn om meer vergroening door te voeren en in de andere gemeente zal deelmobiliteit sneller kunnen uitbreiden. Er zijn echter ook individuele verbintenissen, zoals de verscherpte doelstellingen voor CO2-reductie en energiebesparing voor eigen gebouwen en technische infrastructuur.
Het zijn niet louter investeringskosten die gesubsidieerd kunnen worden. Flankerende uitgaven, zoals de samenwerking met een andere partner alsook de eigen personeelskosten kunnen hiermee gefinancierd worden. Uitgaven kunnen verantwoord worden via zowel bestaande of lopende acties (aanleg fietspaden, autodelen, ontharding bij rioleringsprojecten, aanplanting van bomen,…)  als via nieuwe acties voor zover daarvoor budgetten zijn

Het uiteindelijk doel is het behalen van alle doelstellingen in alle steden en gemeenten tegen 2030. Als lokaal bestuur kan men zelf bepalen hoe de verschillende doelstellingen zo efficiënt mogelijk kunnen behaald worden en zelf bepalen wat de eigen prioriteiten zijn en kiezen waar men eerst op zal gaan inzetten. Het gaat  om een inspanningsverbintenis. De wederzijdse engagementen staan  in het pact en de financiële ondersteuning wordt gekoppeld aan het ondertekenen van het Pact. Het betreft een trekkingsrecht met 50% cofinanciering:  het “1 euro voor 1 euro”-principe. De totale uitgaven voor klimaatacties moeten dus minstens het dubbele van de verkregen subsidie bedragen.
Het Agentschap Binnenlands Bestuur werkt momenteel aan een monitoringstool om de vorderingen in de verschillende engagementen en werven op te volgen. De doelstelling is om dit te doen met zo weinig mogelijk administratieve impact voor de lokale besturen. Er wordt zo veel mogelijk beroep gedaan op bestaande databronnen. Waar deze niet beschikbaar zijn (zoals voor de adaptatiewerven) wordt bekeken wat hiervoor de alternatieven zijn.

Het is aangewezen dat de gemeente het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 ondertekent en de gewenste en mogelijke acties uitvoert. Bijgevolg heeft de gemeente recht op financiële ondersteuning van de Vlaamse overheid d.m.v. trekkingsrecht. Er wordt voorgesteld aan de gemeenteraad om dit LEKP 2.0 te ondertekenen. 

De  internationale conferentie inzake milieu en ontwikkeling gehouden in Rio de Janeiro in 1992 en het internationaal verdrag van Kyoto van 1997 met betrekking tot het nemen van maatregelen ter bescherming van het klimaat en ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen.
Het ondertekenen van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen door de federale overheid in New York in 2015 aangaande het engagement om aan de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen te werken.
De beslissing van de gemeenteraad dd. 27/4/2020 om toe te treden tot het ‘Burgemeestersconvenant 2030’ met een joint SECAP (Sustainable Energy and Climate Action Plan of een actieplan voor duurzame energie en klimaat), een gezamenlijke ondertekening van het convenant samen met de andere Wase lokale besturen.
Het Vlaams Energie- en Klimaatplan (VEKP) 2021-2030.
Het Regeerakkoord Vlaamse Regering 2019-2024: ook de Vlaamse en lokale overheden nemen hun verantwoordelijkheid en geven het goede voorbeeld. Net zoals de Vlaamse Overheid zullen gemeenten, steden, intercommunales, OCMW’s, provincies en autonome gemeentebedrijven worden gevraagd om hun broeikasgassen met 40% te reduceren in 2030 ten opzichte van 2015 en vanaf 2020 per jaar een energiebesparing van 2,09% te realiseren op het energieverbruik van hun gebouwenpark (inclusief technische infrastructuur, exclusief onroerend erfgoed).
Het besluit van de Vlaamse Regering (BVR) dd. 4 juni 2021 legt de toekenning van een subsidie aan de Vlaamse gemeenten voor klimaatacties ter uitvoering van het Lokaal Energie- en Klimaatpact vast.
Het ‘FIT for 55’-pakket van de Europese Commissie waardoor Europese regelgeving in overeenstemming wordt gebracht met de doelstelling van de Europese Unie om in 2030 de netto-uitstoot van broeikasgassen met ten minste 55% te verminderen ten opzichte van 1990, met als gevolg de visienota van de Vlaamse Regering van 5 november 2021 ‘Bijkomende maatregelen Klimaat’ met een extra pakket aan maatregelen voor een minimum reductie van 40% broeikasgasuitstoot (ten opzichte van 2005) voor de sectoren transport, bouw, landbouw, afval en industrie.
Art. 2 van het Decreet Lokaal Bestuur: “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de
verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”

Voor elke academie wordt het artistiek-pedagogisch project geconcretiseerd in een schoolwerkplan.

Het schoolwerkplan bevat bepalingen omtrent lerarenadministratie (o.a. lesverplaatsingen, formaliteiten bij ziekte, evaluatoren, nascholing, …) en leerlingen (o.a. aanwezigheidslijsten, evaluatiefiches, …)

Verder zijn er nog allerlei andere voorschriften: interne inspraakorganen, examens, buitenschoolse activiteiten, algemene voorschriften, …

Het schoolwerkplan 2022 - 2023 heeft volgende wijzigingen ten opzichte van het goedgekeurde schoolwerkplan 2021 - 2022:
- Data met betrekking schooljaar 2022 - 2023 werden vastgelegd.
- Organigram werd geüpdatet.
- Interne afsprakenorgaan werd aangevuld met de namen nieuwe verantwoordelijken.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het schoolwerkplan goed te keuren.

Voor elke academie wordt het artistiek-pedagogisch project geconcretiseerd in een schoolwerkplan. In dit schoolwerkplan worden daarenboven alle data met betrekking het lopende schooljaar vastgelegd. 

Dit document dient door de gemeenteraad vastgelegd te worden.

Het besluit van de Vlaamse Regering van 04.05.2018 betreffende het opleidingsaanbod, de organisatie, de personeelsformatie, de inning van het inschrijvingsgeld en de certificering van het deeltijds kunstonderwijs.

Het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017 en latere wijzigingen.

Sinds september 2021 is het voor elk schoolbestuur wettelijk mogelijk om een beleidsplan uit te stippelen voor zijn kunstacademie. Vorig jaar was er te weinig tijd tussen de bekendmaking van de wetgeving en het begin van het schooljaar om een degelijk beleidsplan op te stellen.

Een beleidsplan bevat concreet geformuleerde strategische en operationele doelen en geldt voor meerdere jaren. Het houdt rekening met de visie van het schoolbestuur, met de opdracht en finaliteit van het DKO en met het artistiek-pedagogisch project van de academie.

In het beleidsplan wordt vooraleerst aangegeven dat er vanuit de Kunstacademie Ter Beuken een leerlinggericht beleid zal gevoerd worden. Zo wordt er zoveel mogelijk getracht om leerkrachten met de juiste competenties in te zetten in hun specifieke kunstvak. Indien er een nieuw onderwijsaanbod komt zullen we de kans bieden aan bestaande personeelsleden en ze de mogelijkheid geven zich te professionaliseren in deze richting.
Hierboven kan er een nieuw aanbod georganiseerd worden op meerdere of nieuwe vestigingsplaatsen om zo in te gaan op de verscheidenheid van de leervragen.

Verder zal de Kunstacademie als werkgever trachten om terbeschikkingstellingen wegens ontstentenis van de betrekkingen van vastbenoemde leerkrachten te beperken. Door de huidige situatie van te snelle vacantverklaring en korte benoemingsperiode is het evenwicht tussen een stabiel bestaand lesaanbod en de kans tot vernieuwing in het lesaanbod zoek. Om dit op te lossen wordt via het beleidsplan de mogelijkheid gecreëerd om nieuwe vaste benoemingen geleidelijk en met zorg uit te breiden. Vernieuwingen zullen stapsgewijs doorgevoerd worden en deze uren zullen pas vacant verklaard worden indien een stijging in leerlingenaantallen (en bijgevolg lerarenuren) gedurende drie jaren bestendigd zijn. 

In ieder domein zal er ook naar gestreefd worden om een benoemingsgraad van maximum 80% van de beschikbare uren te hebben. De overige 20% zullen voorbehouden worden voor eventuele groei- en/of innovatie-uren. 

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om het beleidsplan goed te keuren.

Het beleidsplan Kunstacademie Ter Beuken werd voorgelegd aan de vakbond op het overleg van 27.09.2022 en na onderhandeling goedgekeurd. 

Dit document dient door de gemeenteraad goedgekeurd te worden.

Decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs, artikel 33 van 27.03.1991.

Gecoördineerd door het Lokaal OverlegPlatform gelijke onderwijskansen secundair onderwijs Lokeren (LOP) en in nauwe samenwerking met het lokaal bestuur wordt er voorafgaand aan de inschrijvingsperiode voor het gewoon secundair onderwijs gewerkt met aanmeldingen. Op 1 september 2022 trad een nieuw inschrijvingsdecreet in werking in het gewoon onderwijs voor de inschrijvingen vanaf het schooljaar 2023-2024 en volgende. In dit nieuwe decreet kan gekozen worden om voor een of meer van de scholen voorrang te verlenen aan een of meerdere ondervertegenwoordigde groepen. Een ‘ondervertegenwoordigde groep’ is een groep die relatief ondervertegenwoordigd is in de school ten aanzien van een referentiepopulatie. Deze voorrang kan toegepast worden per capaciteitsniveau (voor 1A en/of voor 1B), voor maximaal 20% van de capaciteit. Het LOP werkte een voorstel uit inzake de ondervertegenwoordigde groepen nl. om geen voorrang te verlenen aan ondervertegenwoordigde groepen, dit totdat het LOP SO een nieuw initiatief neemt.

Aan de raad wordt gevraagd om het voorstel van het LOP SO inzake de ondervertegenwoordigde groepen te bekrachtigen.

Uit het dossier van het LOP blijkt dat aan de beslissing om geen voorrang aan ondervertegenwoordigde groepen te verlenen een grondige afwegingen voorafgingen. Na elke aanmeldingsperiode zal het LOP op basis van de resultaten en de implementatie van ondervertegenwoordigde groepen in vraag stellen en zo nodig bijsturen. 

• Het Besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002 betreffende de lokale overlegplatforms inzake gelijke onderwijskansen.
• Decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen.
• Het decreet van 04 februari 2022 (B.S. 16/03/2022) tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat betreft het inschrijvingsrecht in het gewoon onderwijs buiten het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad en de regelgeving over het LOP en de CLR

Gecoördineerd door het Lokaal OverlegPlatform gelijke onderwijskansen basisonderwijs Lokeren (LOP) en in nauwe samenwerking met het lokaal bestuur wordt er voorafgaand aan de inschrijvingsperiode voor het gewoon basisonderwijs al sinds 2010 gewerkt met aanmeldingen. Een keuze die er voor zorgde dat kamperen aan de schoolpoorten verdween.  Op 1 september 2022 trad een nieuw inschrijvingsdecreet in werking in het gewoon onderwijs voor de inschrijvingen vanaf het schooljaar 2023-2024 en volgende. In dit nieuwe decreet kan gekozen worden om voor een of meer van de scholen voorrang te verlenen aan een of meerdere ondervertegenwoordigde groepen. Een ‘ondervertegenwoordigde groep’ is een groep die relatief ondervertegenwoordigd is in de school ten aanzien van een referentiepopulatie. Deze voorrang kan toegepast worden per capaciteitsniveau (voor 1A en/of voor 1B), voor maximaal 20% van de capaciteit.  Door de voorrangsregeling te wijzigen is het huidige protocol inzake de voorrangsregels niet meer van toepassing.  

Het LOP werkte een voorstel uit inzake de ondervertegenwoordigde groepen nl. om geen voorrang te verlenen aan ondervertegenwoordigde groepen, dit totdat het LOP BaO een nieuw initiatief neemt.

Aan de raad wordt gevraagd om het voorstel van het LOP BaO inzake de ondervertegenwoordigde groepen te bekrachtigen.

Uit het dossier van het LOP blijkt dat aan de beslissing om geen voorrang aan ondervertegenwoordigde groepen te verlenen een onderzoek voorafging. Na elke aanmeldingsperiode zal het LOP op basis van de resultaten en de implementatie van ondervertegenwoordigde groepen in vraag stellen en zo nodig bijsturen. 

• Het Besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002 betreffende de lokale overlegplatforms inzake gelijke onderwijskansen.
• Decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen.
• Het decreet van 04 februari 2022 (B.S. 16/03/2022) tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010 en de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, wat betreft LOP Basisonderwijs Lokeren het inschrijvingsrecht in het gewoon onderwijs buiten het tweetalige gebied Brussel Hoofdstad en de regelgeving over het LOP en de CLR
• Besluit van de gemeenteraad van 26 november 2012 betreffende de goedkeuring van het protocol basisonderwijs tussen basisscholen in Lokeren. 

In de gemeenteraadszitting van 27 juni 2022 werd het reglement voor de Erkenning van Lokerse Verenigingen goedgekeurd mits een aantal opmerkingen.

Er werden enkele vragen en suggesties meegegeven om een aantal artikels van het voorgestelde reglement ‘Erkenningsreglement voor Lokerse Verenigingen’ te wijzigen of om extra duiding te krijgen omtrent enkele artikels van dit reglement.

Er werd een antwoord voorgelegd aan de Gemeenteraadscommissie Cultuur en Vrije tijd op 27 september 2022 en een suggestie meegegeven om enkele artikels te herwerken. 

De gemeenteraadscommissie gaf een positief advies op de herwerkte artikels 11 en 32.

Aan de raad wordt gevraagd om het gewijzigde reglement goed te keuren.

Er wordt voorgesteld om artikel 11 en artikel 32 van het reglement aan te passen als volgt:

Het woord 'grotendeels' wordt vervangen door 'meer dan de helft'.

Artikel 11:

Indien de werking en de sportactiviteit van een sportvereniging voor meer dan de helft buiten het Lokerse grondgebied wordt beoefend (cfr. uitzondering artikel 1) dan moet minstens 2/3 van de leden uit Lokeren afkomstig zijn.

Enkel de gemeenteraad is bevoegd om wijzigingen aan te brengen aan het reglement. 

Echter indien een vereniging toch een uitzondering wenst aan te vragen op vlak van vereiste ledenaantallen of aantal activiteiten, wordt er de mogelijkheid gecreëerd om dit gemotiveerd voor te leggen aan het College van burgemeester en schepenen.

Artikel 32:
Afwijkende bepalingen omtrent vereiste ledenaantallen en aantal activiteiten kunnen op basis van een gemotiveerde vraag van de aanvrager en een positief advies van de respectievelijke adviesraad behandeld worden door het college van burgemeester en schepenen.

Het Gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2022 betreffende het Reglement tot Erkenning als Lokerse Vereniging.

De molensite wordt momenteel ontwikkeld tot een familiepark in een beschermde erfgoedomgeving.  De laatste restauratiefase van de Heirbrugmolen wordt voorzien in het voorjaar van 2023. Erfgoeddag (23 april 2023) en bij uitbreiding de maand april (inclusief paasvakantie vanaf 1 april) is vastgelegd als inhuldigingsmoment om de Heirbrugmolen en de site in de kijker te zetten. Vanaf dat moment wordt een divers publiek in het park en op de molensite verwacht. De horecazaak wordt verondersteld een gepast aanbod voor verschillende gebruikers van de site (fietsers, scholen, families, Samentuinders,…) te bieden. 

De concessie van de horecazaak op de Heirbrugmolensite liep van 1 juli 2017 tot en met 30 juni 2022. Er werd geen verlenging aangevraagd. 

Op 5 september 2022 beslist het College van Burgemeester en Schepenen de concessie voor de horecazaak op de Heirbrugmolensite opnieuw uit te schrijven volgens nieuwe concessievoorwaarden die ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad. Het gebruik door de voormalige concessienemer wordt onder voorwaarde van betaling van een gebruiksvergoeding die gelijk is aan de voormalige concessievergoeding gedoogd tot en met 30 november 2022. Er werd aan de voormalige concessienemer gevraagd om het pand tegen 31 december 2022 leeg te maken. 

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om de toekennings- en concessievoorwaarden goed te keuren.

De molensite wordt momenteel ontwikkeld tot een familiepark in een beschermde erfgoedomgeving.  De laatste restauratiefase van de Heirbrugmolen wordt voorzien in het voorjaar van 2023. Erfgoeddag (23 april 2023) en bij uitbreiding de maand april (inclusief paasvakantie vanaf 1 april) is vastgelegd als inhuldigingsmoment om de Heirbrugmolen en de site in de kijker te zetten. Vanaf dat moment wordt een divers publiek in het park en op de molensite verwacht. De horecazaak wordt verondersteld een gepast aanbod voor verschillende gebruikers van de site (fietsers, scholen, families, Samentuinders,…) te bieden. 

De concessievoorwaarden vereisen in functie van de huidige context een hoger bedrag als bankgarantie en een werking in functie van de verschillende gebruikers van het park. De concessievoorwaarden goedgekeurd door de gemeenteraad op 24 april 2017 dienen daarom licht aangepast te worden. 

Voor een vlotte gang van zaken wordt als uiterste indiendatum 30 december 2022 voorgesteld. De beoordeling van de dossiers kan dan in januari gebeuren en de concessie kan door het college gegund worden uiterlijk op 30 januari 2023. De concessie kan dan ingaan op 1 april (start van de paasvakantie) met voldoende voorbereidingstijd voor de concessionaris. 

Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en zijn latere wijzigingen; Art. 41, 11° de daden van beschikking over onroerende goederen, behalve die, vermeld in artikel 56, § 3, 8°, b);

De concessie op naam van Karin Mechant en Dagobert Caals liep van 1 juli 2017 tot en met 30 juni 2022. De toekennings- en concessievoorwaarden voor de concessie werden door de gemeenteraad goedgekeurd op 24 april 2017. De gunning aan Karin Mechant en Dagobert Caals werd goedgekeurd op het college van 19 juni 2017.

Op 5 september 2022 beslist het College van Burgemeester en Schepenen de concessie voor de horecazaak op de Heirbrugmolensite opnieuw uit te schrijven uitgeschreven volgens nieuwe concessievoorwaarden die ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad op de zitting van 24 oktober 2022. Het gebruik door de voormalige concessienemer wordt onder voorwaarde van betaling van een gebruiksvergoeding die gelijk is aan de voormalige concessievergoeding gedoogd tot en met 30 november 2022. Er werd aan de voormalige concessienemer gevraagd om het pand tegen 31 december 2022 leeg te maken.