Notulen  Gemeenteraad

De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de gemeenteraad van 24 januari 2022 werden opgemaakt conform de artikelen 32 en 278 van het Decreet Lokaal Bestuur. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd de notulen en het zittingsverslag goed te keuren. 

De notulen  en het zittingsverslag van de gemeenteraad van 24 januari 2022 werden opgemaakt en aan dit agendapunt toegevoegd. Er waren geen opmerkingen en zij worden dus als goedgekeurd beschouwd. 

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 artikel 32 en 278.

De herontwikkeling van de ziekenhuissite houdt oa de sloop in van de 16 sociale huurwoningen site 'Apostelhuizen', gelegen in de Zelestraat, eigendom van sociale huisvestingsmaatschappij Tuinwijk.

Ter compensatie van het verdwijnen van 16 woongelegenheden binnen het patrimonium Tuinwijk, wordt op de Hoedhaarsite door de stad grond ter beschikking gesteld om een gelijkaardig equivalent (+/- 16 woningen) te realiseren. Het gaat hierbij over een deel van de gronden waar vroeger de (gesloopte) Hoedhaarblokken stonden. Bedoeling is om gebruik te maken van de bestaande infrastructuur en zoveel mogelijk openbare groene ruimte te behouden. Binnen een aantal stedenbouwkundige randvoorwaarden zal Tuinwijk hiervoor opdracht geven aan een ontwerper. Op basis van dit ontwerp zal de nodige grond kosteloos ter beschikking gesteld worden. Voor de opstart van het dossier bij shm Tuinwijk is een principiële beslissing over de ter beschikkingstelling van de grond wel noodzakelijk (ikv subsidiëring van de kosten).

 Tussen 2004 en 2014 heeft de stad in verschillende etappes een krotopruimingsproject gerealiseerd op de Kouter. De gronden situeren zich tussen de bestaande woningen Kouter 87 en 107. Het grootste deel van de site werd aangekocht door gebruik te maken van het voorkooprecht conform de Vlaamse Wooncode waardoor er in een volgende fase een sociaal huisvestingsproject moet gerealiseerd worden. Sinds de sloop ligt het terrein braak en wordt het deels gebruikt als buurtparking. Het totale perceel heeft een oppervlakte van 1934m² maar heeft slechts een straatbreedte van circa 21m.

De grond worden aan Tuinwijk kosteloos overgedragen om enkele sociale woongelegenheden te realiseren. Ook de inrichting van een buurtparking met aandacht voor groen is noodzakelijk om de huidige behoefte verder op te vangen. Voor de opstart van het dossier bij shm Tuinwijk is een principiële beslissing over de ter beschikkingstelling van de grond wel noodzakelijk (ikv subsidiëring van de kosten).

Aan de raad wordt gevraagd  een principiële beslissing te nemen omtrent de kosteloze overdracht van de gronden langsheen de Haarsnijderslaan en Kouter ten gunste van shm Tuinwijk. De individuele verkoopdossiers voor deze gronden, worden ten gepaste tijde integraal ter goedkeuring aan de raad voorgelegd.

Gelet op de plannen van het algemeen bestuur van Verenigde Ziekenhuizen van Waas en Durme (verderop VZWD genoemd) om de ziekenhuissite in Lokeren, gelegen Lepelstraat - Zelestraat, structureel te hervormen; dat op het meest recente gebouw na (gebouw waar momenteel oa de dienst radiologie is gevestigd), alle bestaande gebouwen gesloopt zullen worden; dat de hertekening van de site oa tot doel heeft om de ontsluiting van de volledige site te voorzien langs de kant van de Zelestraat;

Overwegende dat de ontwikkeling van de nieuwe ziekenhuissite invloed heeft op een 5 tal vastgoedtransacties tussen het OCMW, de VZWD, sociale huisvestingsmaatschappij Tuinwijk en de de stad Lokeren; dat deze 5 vastgoedtransacties als volgt kunnen samengevat worden: 1. OCMW verkoopt het gebouw 'Sociaal Huis' aan VZWD, 2. shm Tuinwijk verkoop de site van de 'Apostelhuizen' aan VZWD, 3. OCMW en VZWD ruilen om niet grond in functie van een gunstige perceelsindeling, 4. stad Lokeren schenkt om niet grond op de Hoedhaarsite aan shm Tuinwijk voor de bouw van een 16 tal sociale woningen (vervanging van de 'Apostelhuizen') 5. stad Lokeren schenkt om niet grond op de Kouter aan shm Tuinwijk voor de bouw van enkele sociale woningen en de aanleg van een buurtparking.

Overwegende dat de stad recent het voormalig financiëngebouw Grote Kaai 20 heeft aangekocht met de bedoeling alle sociale en welzijnsdiensten binnen onze organisatie te centraliseren en samen te brengen onder één dak; dat het gebouw momenteel wordt gebruikt als vaccinatiecentrum maar het gebouw nadien zal aangepast worden om alle sociale en welzijnsdiensten te huisvesten;

Overwegende dat alle dossiers inzake vastgoedtransacties waar het OCMW of de stad Lokeren in betrokken is, ten gepaste tijde ter goedkeuring aan de respectievelijke raden ter goedkeuring zal voorgelegd worden;

Overwegende dat voor deeldossiers 4 en 5 waarbij door de stad op kosteloze wijze grond zal overgedragen worden aan shm Tuinwijk voor de bouw van sociale woningen en dit op de Hoedhaarsite, in bijzonder in de zone waar voorheen de Hoedhaarblokken gevestigd waren, en de Kouter (open ruimte tussen de woningen met huisnummer 87 en 107), reeds principieel de beslissing tot kosteloze grondoverdracht dient vastgelegd;

Overwegende dat het aangewezen is om voor de invulling van het project op de Hoedhaarsite een aantal randvoorwaarden vast te leggen waar het toekomstig project moet aan voldoen:
- Er worden 15 tot 20 woongelegenheden voorzien,
- De bouwhoogte bedraagt maximaal 3 bouwlagen,
- De woongelegenheden worden minimum over twee bouwlagen gestapeld om de terreininname te beperken,
- De bebouwbare zone bedraagt maximaal 4 200m²,
- De bebouwing wordt voorzien binnen de 50m vanaf de Hoedenmakerstraat, en zo compact mogelijk op het terrein,
- De ontsluiting van de woongelegenheden gebeurt via de Hoedenmakerstraat,
- Er dient minimum 1 parkeerplaats per woongelegenheid te worden voorzien,
- De bomen ter hoogte van het kruispunt Hoedenmakerstraat – Haarsnijderslaan moeten behouden blijven,
- Deze zone ter hoogte van het kruispunt moet als groenzone (min 300m²) worden aangelegd,
- Langsheen de Haarsnijderslaan wordt ter hoogte van de rooilijn een groenzone voorzien van minimum 10m breed;

Overwegende dat het aangewezen is voor de invulling van het project langsheen de Kouter een aantal randvoorwaarden vast te leggen waar het toekomstig project moet aan voldoen nl.
naast een aantal sociale woongelegenheden moet er ook een buurtparking ingericht worden met aandacht voor publiek groene ruimte (cfr. gerealiseerde parking in de Brugstraat);

Overwegende dat de kosteloze overdrachten van de gronden op de Hoedhaarsite en Kouter ten gunste van shm Tuinwijk als volgt kan gemotiveerd worden:
- de stad Lokeren en OCMW zijn hoofdaandeelhouder van shm Tuinwijk,
- het beschikbaar stellen van betaalbare huisvesting is een taak van algemeen belang voor een lokale overheid en het kosteloos ter beschikking stellen van grond aan bouwheer shm Tuinwijk er toe bijdraagt dat er geen grondwaarde moet gerekend worden bij het bepalen van de huurprijs of koopprijs van de woning;

 Gelet op het decreet lokaal bestuur;

Het innemen van standpunten met betrekking tot het vervreemden van onroerende goederen, eigendom van de stad Lokeren, is conform het decreet lokaal bestuur een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad.

De publieke parkeerplaatsen langs de Zelestraat, gelegen tussen het kruispunt Lepelstraat-Krekelstraat en de site met sociale woningen, gekend als 'de Apostelhuizen', zijn deel van het kadastraal perceel 4e afdeling sectie E nr.1026F2 en eigendom van het OCMW. Deze strook heeft een gemeten oppervlakte van 1181,52m² en staat beschreven als LOT 1b in het metingsplan van 12 januari 2022 opgemaakt door Kristof Taillieu, landmeter-expert. 

Na de herontwikkeling van de ziekenhuissite zal de Zelestraat, gedeelte vanaf het kruispunt Lepelstraat-Krekelstraat richting Martelarenlaan, een totaalrenovatie ondergaan. Om die reden is het ook belangrijk dat het juridisch statuut van de strook correct wordt gekwalificeerd. De grond wordt kosteloos overgedragen aan de Stad Lokeren en zal ingelijfd worden in het openbaar domein (wegenis). Om die reden wordt ook toepassing van kosteloze registratie gevraagd.

Aan de Raad wordt gevraagd akkoord te gaan met de kosteloze grondafstand ten gunste van de Stad Lokeren.

Het metingsplan van 12 januari 2022 opgemaakt door Kristof Taillieu, landmeter-expert, heeft perceel 4e afdeling sectie E nr.1026 F2 gesplitst in 2 loten.  LOT 1b met een oppervlakte van 1181,52m² zijnde de parkeerstrook, wordt overgedragen aan de Stad Lokeren. Rekening houdende met de huidige en toekomstige bestemming nl. publieke parking, wordt de grond kosteloos overgedragen. De grond zal door de stad ingelijfd worden in het openbaar domein (wegenis).

Om bovenvermelde reden zal in de akte gevraagd worden om kosteloze registratie omwille van het doel van de overdracht nl. openbaar nut.

De akte zal verleden worden door notaris Hutsebaut.

Beslissing dient door de gemeenteraad genomen conform artikel 41,11° van het decreet lokaal bestuur. Dit artikel bepaalt dat beslissingen inzake daden van beschikking over onroerende goederen, dit omvat ook de beslissing ivm het verwerven van onroerende goederen, de exclusieve bevoegdheid zijn van de gemeenteraad.

De raad keurde op 20 december 2021 de aankoop goed van het onroerend goed Eksaarde-dorp 22, kadastraal gekend als 5e afdeling sectie B nr.109R. Gelijktijdig werd beslist om een opstalrecht toe te staan op de achterbouw aan vzw Gildenhuis. Het specifieke deel waarop een opstalrecht wordt toegestaan staat beschreven als LOT 1a in een metingsplan opgemaakt door Kristof Taillieu, landmeter-expert, en heeft een oppervlakte van 548,33m².

Mede door de recente aanpassingen aan het Burgerlijk Wetboek en de meer uitgebreide omschrijving van de begrippen 'opstalrecht' (= bouwrecht) en 'erfpacht' (= zakelijk recht op bebouwde onroerende goederen) is het echter aangewezen om de achterbouw in erfpacht te geven aan de erfpachthouder ipv opstalrecht. Gezien dit een wijziging is van het soort zakelijk recht, is het aangewezen deze beslissing formeel te herzien en ter goedkeuring aan de raad voor te leggen. De overige voorwaarden blijven ongewijzigd met uitzondering van de duurtijd nl. de erfpacht wordt toegestaan voor een periode van 49 jaar ipv het oorspronkelijke opstalrecht van 30 jaar. Op deze manier hebben alle lopende erfpachtdossiers eenzelfde duurtijd.

Tijdens de voorbereidingen van de sloop van de voorbouw is gebleken dat het wenselijk is om een klein bijgebouw, dat aanvankelijk voorzien was om te slopen, te behouden. Hierdoor was het noodzakelijk het metingsplan te herzien, in bijzonder de scheidingslijn tussen LOT 1a, de achterbouw, en LOT 1b, de te slopen voorbouw. LOT 1a, de achterbouw die in erfpacht wordt gegeven aan vzw Gildenhuis heeft hierdoor een oppervlakte van 577,49m², LOT 1b de te slopen voorbouw heeft hierdoor een oppervlakte van 221,66m².

In de akte zal eveneens formeel voorzien worden dat LOT 1a ten eeuwigen dage, ten kosteloze titel en te allen tijde een onbelemmerd recht van doorgang heeft lastens LOT 1b met een minimum breedte van 4m en een minimum hoogte van 2,5m teneinde LOT 1a te kunnen bereiken.

Aan de raad wordt gevraagd akkoord te gaan met deze wijzigingen.

In de raadsbeslissing van 20/12/2021 werd voorzien om een opstalrecht toe te staan op LOT 1a met een oppervlakte van 548,33m², zoals beschreven in het metingsplan van 1/10/2021 van Kristof Taillieu, landmeter-expert. Notaris De Brabander, gelast met het verlijden van de aankoopakte en de akte opstalrecht ten gunste van vzw Gildenhuis van Eksaarde, wijst echter op de recente wijzigingen van het Burgerlijk Wetboek, in bijzonder de meer uitgebreide en toegelichte zakelijke rechten 'opstalrecht' en 'erfpacht' en de specifieke verschillen terzake. Gezien het hier gaat over bestaande bebouwde onroerende goederen is een 'erfpacht' meer aangewezen dan een 'opstalrecht'. Om die reden wordt de eerder genomen beslissing om een opstalrecht toe te staan herzien en gaat het over het verlenen van een erfpacht aan vzw Gildenhuis van Eksaarde.

Met het oog op een gelijke behandeling van alle erfpachten die de Stad Lokeren heeft toegestaan, wordt de termijn van erfpacht op 49 jaar gebracht. De jaarlijkse vergoeding ten laste van de erfpachthouder blijft ongewijzigd nl. 0,6 euro/m²/jaar.

Tijdens de voorbereidingen van het sloopdossier is ter plaatse vastgesteld dat het wenselijk is de oorspronkelijke scheiding tussen LOT1a (te behouden bebouwing) en LOT 1b (te slopen bebouwing) aan te passen. Deze aanpassing werd doorgevoerd in het metingplan waardoor LOT 1a een oppervlakte heeft van 577,49m² en LOT 1b een oppervlakte heeft van 221,66m². Het definitieve metingsplan is opgemaakt op 1/02/2022 door Kristof Taillieu, landmeter-expert.

In de akte wordt tevens opgenomen dat LOT 1a ten eeuwigen dage, ten kosteloze titel en te allen tijde een onbelemmerd recht van doorgang heeft lastens LOT 1b met een minimum breedte van 4m en een minimum hoogte van 2,5m teneinde LOT 1a te kunnen bereiken. Deze formulering is noodzakelijk om te vermijden dat LOT1a als 'hermetisch onbereikbaar' kan beschouwd worden.

Het innemen van standpunten met betrekking tot het verlenen van zakelijke rechten op onroerende goederen, eigendom van de stad Lokeren, is conform het decreet lokaal bestuur een 'daad van beschikking' die exclusief is voorbehouden aan de gemeenteraad.

Op 23 december 1988 werd de verkoopakte verleden waarbij 4510 m² industriegrond in de Zoomstraat werd verkocht aan de NV Solideal. Er werd een bedrijfsgebouw opgericht voor de aan- en verkoop van banden voor vorklift-trucks. 

In haar zitting van 20 januari 1997 verleende de gemeenteraad toelating aan de NV Solideal om het bedrijfsterrein en opgericht bedrijfsgebouw te verkopen een de NV Asef voor de uitbating van een handel in vruchtbaarmakende stoffen, producten of bijproducten, potgronden en bodemverbeterende middelen en alle producten die de land- en tuinbouw aanbelangen. 

De gemeenteraad verleende in haar zitting van 25 oktober 1999 toelating aan de NV Asef om het bedrijfsterrein en -gebouw te verkopen aan de NV AVK Belgium voor de uitbating van een groothandel in afsluiters en toebehoren voor water- en gasdistributie en waterzuivering.

Ondertussen wijzigde de NV Asef haar naam naar NV Henweest.

Met mailbericht van 4 januari 2022 meldt notariskantoor Van Damme dat de NV AVK Belgium het bedrijfsterrein en bedrijfsgebouw wenst te verkopen aan de NV Hevadex Real Estate. De NV Hevadex Real Estate is momenteel gevestigd in de Spinnerslaan 6. Zij hebben als bedrijfsactiviteiten de ontwikkeling, productie, verkoop, distributie, marketing, consulting en applicatie van producten en systemen voor de bouw en industrie.
Verder zijn er eigenlijk 2 exploitatievennootschappen nl. Hevadex staat in voor de productie en de BVBA Hevadex Applications zorgt meer voor de plaatsing van de producten nl. het aanbrengen en toepassen van beschermings-, waterdichtings-, luchtdichtings- en isolatiewerken, het aanbrengen en appliceren van coatingssystemen voor diverse toepassingen.
In de Spinnerslaan worden op dit moment een 15-tal personeelsleden tewerkgesteld.  

Notariskantoor vraagt of de stad haar terugkooprecht en voorkeurrecht zal uitoefenen.

Aan de raad wordt gevraagd om akkoord te gaan met het niet-uitoefenen van het terugkooprecht en het niet-uitoefenen van het  voorkeurrecht en akkoord te gaan met de wijziging van de bedrijfsactiviteiten. 

Conform artikel 14 van de initiële verkoopakte van 23 december 1988 heeft de stad een terugkooprecht.
Conform artikel 16 is een verkoop toegestaan maar heeft de stad een voorkeurrecht.
Conform artikel 13 c kan de oorspronkelijke bedrijfsactiviteit gewijzigd worden mits akkoord van de gemeenteraad.

Er blijven bedrijfsactiviteiten bestaan op het industrieterrein in de Zoomstraat en de stad zal haar voorkeurrecht en haar terugkooprecht niet uitoefenen.

Er zijn dus geen redenen om bezwaar te hebben tegen de geplande verkoop en tegen de wijziging van de bedrijfsactiviteiten.  

Wet betreffende de economische expansie van 30 december 1970 en latere wijzigingen

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikel 41 § 2, 9° 

Verkoopakte van 23 december 1988 over de verkoop van 4510 m² industriegrond aan NV Solideal

Gemeenteraadsbesluit van 20 januari 1997 over de verkoop door NV Solideal aan NV Asef

Gemeenteraadsbesluit van 25 oktober 1999 over de verkoop voor NV Asef aan NV AVK Belgium

Per brief van 16 december 2021 laat de Gouverneur van Oost-Vlaanderen weten dat het dossier betreffende de begrotingswijziging 2021-2 voor de gewone- en buitengewone dienst van de Politiezone Lokeren, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 25 oktober 2021, in het kader van het federaal toezicht (art. 71 e.v. WGP) werd goedgekeurd.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om kennis te nemen van de goedkeuring door de Gouverneur van Oost-Vlaanderen.

Ingevolge een verkeerde interpretatie werden de parameters bij het besluit per vergissing op 'neen' gezet waardoor de bijlagen 'niet in het besluit zelf' zijn opgenomen maar apart als bijlagen.

Gelet op de aard van de opmerkingen laat de Gouverneur per brief van 16/12/2021 weten dat de begrotingswijziging in het kader van het federaal toezicht (art. 71 e.v. WGP) van de Politiezone Lokeren, zoals vastgesteld door de Raad in zitting van 25/10/2021 werd goedgekeurd doch met het verzoek de nodige aanpassingen te doen bij de opmaak van de jaarrekening 2021 en elk begrotingsdossier.

De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op artikel 34 en op de artikelen 77 tot 80 (hierna aangeduid als WGP).

Het Koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, inzonderheid op de artikelen 66 tot 72 (hierna aangeduid als ARPC).

De ministeriële omzendbrief PLP 60 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2021 ten behoeve van de politiezones.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen meer bepaald artikel 41 paragraaf 2, 3°.

Per brief van 20 januari 2022 laat de Gouverneur van Oost-Vlaanderen weten dat het dossier betreffende de jaarrekening 2020 van de Politiezone Lokeren, zoals vastgesteld door de gemeenteraad in zitting van 28 juni 2021, op het provinciaal gouvernement op 7 juli 2021 ontvangen, in het kader van het federaal toezicht (art. 71 e.v. WGP) werd goedgekeurd.

Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om kennis te nemen van de goedkeuring door de Gouverneur van Oost-Vlaanderen.

Overwegende dat het onderzoek van het dossier geen aanleiding gaf tot opmerkingen die van die aard zijn om de jaarrekening van goedkeuring te onthouden, laat de Gouverneur per brief van 20 januari 2022 weten dat de jaarrekening 2020 in het kader van het federaal toezicht (art. 71 e.v. WGP) van de Politiezone Lokeren, zoals vastgesteld door de Raad in zitting van 28 juni 2021 werd goedgekeurd.

De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op artikel 34 en op de artikelen 77 tot 80 (hierna aangeduid als WGP).

Het Koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie, inzonderheid op de artikelen 66 tot 72 (hierna aangeduid als ARPC).

De ministeriële omzendbrief PLP 60 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2021 ten behoeve van de politiezones.

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen meer bepaald artikel 41 paragraaf 2, 3°.

De stad Lokeren wenst een studieopdracht uit te schrijven teneinde de sportsite van het voetbalstadion Lokeren om te bouwen tot een hedendaagse sport- en recreatiesite waar prioritaire gebruiker voetbalclub KSC Lokeren-Temse zijn thuisbasis heeft en die tevens op maat  van de clubs en stad Lokeren is.

Het bestek hiervoor wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad, evenals de kostenraming van de opdracht begroot op 200.000 €  incl. 21% btw.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten is van toepassing op deze opdracht.

Als wijze van gunnen wordt een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voorgesteld (artikel 41, §1, 1° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten – diensten waarvan het geraamde bedrag lager is dan de betreffende drempel voor de Europese bekendmaking, momenteel vastgelegd op € 215.000 excl. btw).

Het bijzonder bestek met nr. CVT 2020/092 (deel 2022) wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad, evenals de kostenraming van de opdracht begroot op 200.000 €  incl. 21% btw.

Als wijze van gunnen wordt een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking voorgesteld (artikel 41, §1, 1° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten – diensten waarvan het geraamde bedrag lager is dan de betreffende drempel voor de Europese bekendmaking, momenteel vastgelegd op € 215.000 excl. btw).

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het SK-voetbalplein op de sportsite in de Heilige Geestmolenstraat is in beheer van de stad. 

Door de groei van de aanwezige sportclubs op de site (hockeyclub Lokeren, FC Daknam, SKLD, Walivo-voetbalploegen en Rugbyclub Lokeren) is de druk op de aanwezige terreinen zeer groot. 

Ook de grasmat van het SK-terrein heeft hieronder sterk te lijden. Bovendien maken de aanhoudende droogtes en het pesticidenverbod het zeer moeilijk een geschikte grasmat af te leveren.

Om die reden wordt voorgesteld het natuurgrasterrein om te bouwen tot een kunstgras voetbalveld met een natuurlijk kurk-infill.

Hiermee wordt de capaciteit op de site verhoogd en wordt een bespeelbaar terrein gecreëerd wanneer alle natuurgrasvelden onbruikbaar zijn (in natte perioden of tijdens de onderhoudsperioden van de natuurgrasvelden).

Het bijzonder bestek hiervoor wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad, evenals de kostenraming van de opdracht begroot op € 410.000,00 + 21% b tw MC WOS = € 496.100,00.

Gelet op de aard van de werken, dient een veiligheidscoördinator ontwerp/verwezenlijking aangesteld te worden. Er wordt voorgesteld om hiervoor de stedelijke veiligheidscoördinator aan te stellen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten is van toepassing op deze opdracht.

Als wijze van gunnen wordt een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking (artikel 41, §1, 2° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten – werken waarvan het geraamde bedrag lager ligt dan € 750.000 excl. btw) voorgesteld.

Het bijzonder bestek met nr. CVT 2021/021 (deel 2022) wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de leden van de gemeenteraad, evenals de kostenraming van de opdracht begroot op € 410.000,00 + 21% b tw MC WOS = € 496.100,00.

Als wijze van gunnen wordt een vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking (artikel 41, §1, 2° van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten – werken waarvan het geraamde bedrag lager ligt dan € 750.000 excl. btw) voorgesteld.

Er wordt voorgesteld om de veiligheidscoördinator van de stad aan te stellen.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

De VMSW en shm Tuinwijk voorzien de realisatie van een nieuw wijkproject op de site Heirbrug. Het project kan enkel ontsluiten via een nieuwe toegangsweg naar de Ploegstraat, die moet worden aangelegd op stadsgrond.

De realisatie van deze toegangsweg was initieel voorzien op het verkavelingsplan voor de stadsverkaveling. Niettegenstaande het stadsproject voor onbepaalde duur werd uitgesteld, is het nu toch noodzakelijk dat deze toegangsweg wordt aangelegd.

In gemeenteraadszitting van 24 juni 2019 werd de samenwerkingsovereenkomst tussen de stad Lokeren, de VMSW en shm Tuinwijk goedgekeurd waarin de voorwaarden van deze samenwerking werden vastgelegd. In deze overeenkomst werd ook bepaald dat elke partij rechtstreeks de uitvoeringskosten voor haar deel in de werken draagt. 

Door het studiebureau aangesteld door de VMSW – Studiebureau BVP uit Lochristi –  werd een ontwerp opgemaakt voor het aanleggen van deze verbindingsweg, incl. 50 parkeerplaatsen. In het masterplan voor de totale Heirbrugsite was reeds voorzien dat er 21 publieke parkeerplaatsen voor Tuinwijk zouden worden voorzien en 23 publieke parkings voor de stad. 

In functie van een vlotte realisatie, is het wenselijk dat zowel de toegangsweg als de parking in één geheel met de wijk worden uitgevoerd.

De totale kostenraming voor het volledige dossier m.b.t. de aanleg van de publieke ruimte voor de wijk Heirbrug bedraagt € 1.077.856,80 + 21% btw = € 1.304.206,73.

De kosten ten laste van de stad (stadsaandeel) worden geraamd op € 315.053,84 incl. 21% btw MC WOS.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten is van toepassing op deze opdracht.

Als wijze van gunnen wordt een openbare procedure (artikel 36 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten) voorgesteld. De gunningsprocedure verloopt via de VMSW. Er zal naderhand gevraagd worden om vóór de gunning, het stadsaandeel op basis van het gunningsbedrag goed te keuren.

De totale kostenraming voor het volledige dossier m.b.t. de aanleg van de publieke ruimte voor de wijk Heirbrug bedraagt € 1.077.856,80 + 21% btw = € 1.304.206,73.

De kosten ten laste van de stad worden geraamd op € 315.053,84 incl. 21% btw MC WOS.

Als wijze van gunnen wordt een openbare procedure (artikel 36 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten) voorgesteld. De gunningsprocedure verloopt via de VMSW. Er zal naderhand gevraagd worden om vóór de gunning, het stadsaandeel op basis van het gunningsbedrag goed te keuren.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Met beslissing van de gemeenteraad van 3 september 2018 werd goedkeuring gegeven voor het bijzonder bestek, de bijhorende raming voor een bedrag van € 6.680.869,17 excl. btw of € 7.592.061,83 incl. btw (€ 911.192,66 btw medecontractant) en de plaatsingsprocedure, met name de openbare procedure (artikel 36 van de wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten), van de opdracht met als voorwerp “Wegenis- en rioleringsproject Industriepark E17/4”.

Met beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 15 juli 2019 werd deze opdracht gegund aan de economisch meest voordelige regelmatige bieder (op basis van de prijs), zijnde Colas Noord nv -Agentschap Noord, Dellestraat 25 te 3550 Heusden-Zolder, tegen het nagerekende en verbeterde inschrijvingsbedrag van € 6.108.340,84 + deels 21% btw MC WOS en deels btw MC rioleringen = € 6.988.497,74.

Tijdens de uitvoering van de opdracht zijn volgende aanvullende werken gebleken:

• Verrekening 1- Aanleg en opbreken tijdelijk fietspad:

Om te vermijden dat het fietsverkeer tussen Lokeren en Zele door het onderbreken van de Nieuwestraat voor de aanleg van de tunnel ver zou moeten rondrijden, werd er door de stad voor aanvang der werken aan de aannemer gevraagd om een tijdelijke fietserstalud tussen de Mosten en Nieuwestraat kant Zele te realiseren.

Dit geeft een meerkost van € 45.936,25 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 56.624,82 en een termijnsverlenging van 2 werkdagen.

•  Verrekening nr. 2 – Fietsverbinding Everslaarstraat:

Tijdens de uitvoering van de werken, en na vraag van omwonenden, besliste de stad om tussen de Everslaarstraat en de industriezone een aarden karrenspoor pad om te bouwen tot een fietsvriendelijk betonnen tweesporen pad.

Dit geeft een meerkost van € 28.904,53 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 35.990,14 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

•  Verrekening nr. 3 – Plaatsen aangepaste geleidingsconstructie:

De voorgeschreven betonnen stootbanden aan beide zijden in de tunnel voldoen niet aan de toepassing conform norm NBN EN 1317 (weerstand zwaar verkeer etc.). Daarom werd in samenspraak met het OCW, door het studiebureau aan de stad geadviseerd om een alternatief uit te voeren welke hieraan wel voldoet.

Dit geeft een meerkost  van 28.716,06 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 35.755,46.

•  Verrekening nr. 4 - Voorbereidende werken:
  • Opbreken van afsluiting was niet voorzien in het bestek.
  • Opbreken van schanskorven in de waterloop was niet voorzien in het bestek.
  • Werkvloer tunnel in schraal beton i.p.v. zuiveringsbeton was voorstel van de aannemer (minprijs).
  • Extra interventie voor het rooien van bomen op percelen welke bij aanvang van de werken nog niet toegankelijk waren.
  • Afbraak stal was niet voorzien in het bestek.
  • Opruimen asbest verspreid over de werfzone was niet voorzien in het bestek.
  • Opruimen afval verspreid over de werfzone was niet voorzien in het bestek.
  • Communicatie gebruikers van sommige percelen bij aanvang der werken gezien deze nog niet vrij waren.
  • Nieuwe aanvraag betoncentrale en plaatsen geluidswal om hinder voor  omwonenden te vermijden.
  • Opbreken van afsluiting van de opdrachten ter hoogte van insprong geluidsberm was niet voorzien in het bestek.
  • Aanpassen reeds aangelegd fietspad en verplaatsen verkeersbord : Dit betreft het versmallen van de aansluiting op de Bouwstraat ten oosten van de Confiseriestraat, nadat bleek dat hiervan misbruik werd gemaakt door gemotoriseerd verkeer en het veelvuldig plaatsen van anti-parkeerpalen niet wenselijk was.

Dit geeft een meerkost van € 111.365,39 + prijsherzieningen + deels btw MC rioleringen en deels btw MC WOS = € 128.782,11 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

• Verrekening nr. 5 - Grondwerken:
  • Extra grondwerk tunnel t.g.v. aanpassing aanbestedingsplan: Wegens tegenstrijdigheid op verschillende aanbestedingsplannen, verschil in sturing (problemen op de werf met signaalontvangst GPS toestel), en het verbreden van de funderingszolen na opmaak van de wapeningsplannen.
  • Extra grondwerk tunnel t.g.v. aanpassing inrichting Callebaut & aanplanting ANB: Door de vroegtijdige start van Callebaut diende de aannemer de torenkranen aan de andere kant van de tunnel te plaatsen waar het niveau van de op te breken Nieuwestraat en talud richting brug autosnelweg hoger gelegen is. 
  • Extra transport grondwerk tunnel tgv aanpassing inrichting Callebaut & aanplanting ANB: Door de vroegtijdige start van Callebaut en de reeds uitgevoerde aanplantingen door ANB kon de aannemer de uitgegraven gronden welke nadien dienden te worden aangewend voor het aanvullen van de tunnel maar op een beperkt aantal plaatsen stockeren; met extra transport tot gevolg.
  • Zeven van gronden & storten zeefrest: In de noordelijke zone voor de grondwal, fietspad en grachten werd bij het grondwerk bodemvreemde materialen en puin teruggevonden welke niet in het bodemonderzoek werd teruggevonden en bijgevolg niet in het bestek werden opgenomen. 
  • Grondwal: Na aanbesteding heeft de stad beslist om als tegemoetkoming aan de bezwaren van de omwonenden, in de noordelijke zone een grondwal te bouwen welke zowel een visuele buffer als geluidsbuffer vormt. 
  • Aanpassen ontwerp grondwal: De landmeter van de aannemer heeft enkele perceelgrachten ingemeten welke in de noordelijke zone van de grondwal toekomen. Hierdoor werd beslist om langs de percelen een langsgracht te graven, het ontwerp van de wal op te schuiven en bijgevolg reeds geplaatste kopmuren aan de zuidkant van deze wal op te breken en verplaatsen. 
  • Toeslag afgraven teelaarde van grachten op deel rijweg: Het betreft toeslag op post 25 (uitgraving rijwegen). Het betreft hier de niet voorziene afgraving van de niet draagkrachtige teelaarde van de grachten welke nog onder de uitgegraven wegkoffer zat.
  • Grondverbetering in te dempen grachten op deel rijweg: Als gevolg van bovenstaande BP 28 diende het bestaande grachtprofiel onder de te bouwen wegkoffer te worden aangevuld met zavel van elders van de werf. 
  • Toeslag voor grondverbetering onder de onderfundering van de rijweg d.m.v. uitgegraven zavel uit de rijweg, te vervoeren en spreiden op de lager gelegen zones: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de rijwegen met zavel van elders op de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag ophoging rijwegkoffer met aangevoerde verdichtbare zand tot onderzijde onderfundering: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de rijwegen met aangevoerd zand van buiten de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag grondverbetering onder de fundering van de fiets- en onderhoudspaden wegens dikker pakket af te graven teelaarde: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de fiets- en onderhoudspaden met aangevoerd zand van buiten de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag voor het zijdelings aanvullen van de Lokerenbeek wegens asverschuiving t.o.v. bestaande waterloop: In het bestek werden posten voor af- uitgravingen en ophogingen voorzien. Het profiel van de nieuwe Lokerenbeek wijkt op sommige plaatsen tot 2m af van het bestaande profiel; voor het zijdelings aanvullen werd er geen post in het bestek voorzien. 
  • Profileren van bermen tussen 0 en 2,5m op het gedeelte tussen ondiepe wadi's en rijweg: In het bestek werd een post voorzien voor het graven van de wadi’s tussen rijweg en rooilijn, maar geen post voor het aanvullen/profileren van de onverharde bermen tussen rijweg-wadi en wadi-rooilijn.
  • Profileren van bermen tussen 0 en 1,5m op het gedeelte tussen fiets- en onderhoudspaden en buffergrachten en tussen de geluidswal en gracht aangelanden: Doordat post 24 (afgraving t.h.v. de percelen tot niveau 5,53m TAW) grotendeels door de stad niet moest uitgevoerd worden (kopers percelen moeten hun terrein zelf tot dit niveau afgraven), dienden de hierboven opgesomde bermen apart geprofileerd te worden.
  • Het deels dempen van de zone waar de buffergracht naast Callebaut moet komen: In het bestek was niet voorzien om de bestaande waterloop 3^de  categorie op het toekomstig openbaar domein, tussen terrein Callebaut en de nieuw te graven waterloop 3^de  categorie, te dempen. 
  • Verlagen Proximuskabel en het uitvoeren van grondverbetering t.h.v. aansluiting van de wegenis aan Bredenhoekstraat: Voor het aansluiten van de nieuwe rijweg met de Bredenhoekstraat diende niet draagkrachtige grond onder de nieuwe wegkoffer te worden uitgegraven en aangevuld met zavel van elders van de werf, en diende een ondiep gelegen Proximus kabel te worden verlaagd.
  • Maken van plantputten met teelaarde: Het maken van de plantput maakt geen onderdeel uit van het aanplanten van de boom, en hiervoor werd geen aparte post in het bestek voorzien.

Dit geeft een meerkost van € 220.800,61 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 274.927,33 en een termijnsverlenging van 8 werkdagen.

• Verrekening nr. 6 - Tunnel:
  • Nemen en vervaardigen van kubussen aan tunnel: Aangezien het constructiebeton voor de tunnel BENOR gecertificeerd is komen een aantal uit te voeren proeven ten laste van de aannemer te vervallen. Het studiebureau was vragende partij om per oorspronkelijke moot van 20m zowel voor de vloerplaat als voor de wanden telkens 3 kubussen te vervaardigen en deze in het labo te laten drukken/beproeven na 7 dagen en na 28 dagen (3^de als reserve). De labokosten zijn voor de stad. Voor het vervaardigen van de kubussen dient de aannemer betaald te worden; dit werd in het bestek niet voorzien.
  • Meerwerk milieuvergunning klasse 2: De aannemer diende zelf te zorgen voor de bemalingsnota en vergunningsaanvragen voor het lozen van bemalingswater. Gezien de korte tijd tussen gunning werken en start werken heeft de aannemer eerst een klasse 3 melding gemaakt. Het meerwerk betreft de administratie voor het opstellen van de klasse 2 aanvraag, aanpassen van bemalingsnota en het plaatsen van door de stad gevraagde peilbuizen aan de gebouwen langs de Mosten.

Dit geeft een meerkost van € 9.870,90 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 12.290,64 en een termijnsverlenging van 1 werkddag.

• Verrekening nr. 7 - Pompstations:
  • Meerprijs RVS deksels op pompstations, gelegen in de wegenis: In het bestek werden gietijzeren deksels voorzien, bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar RVS deksels met gasveren. 
  • Meerprijs RVS deksels op pompstations, gelegen in de berm: In het bestek werden gietijzeren deksels voorzien, bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar RVS deksels met gasveren. 
  • Taatspot in RVS: In het bestek werden voor alle 8 de pompstations gietijzeren taatspotten voorzien. Bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar een RVS taatspot enkel voor pompstationPSR1. Alle andere taatspotten in het hoofdwerk komen te vervallen.
  • Vochtbewaking in pompstations PSD1, PSD2 en PSR1: Bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin om bij de 3 pompstations PSD1, PSD2 en PSR1 telkens bij beide pompen vochtbewaking te voorzien. Dit werd niet in het bestek opgenomen. 
  • Aansluiting van de opdracht pompstations op het LS net : De stad heeft aan de aannemer gevraagd om ter administratieve vereenvoudiging de aansluiting op het elektriciteitsnet bij Fluvius aan te vragen en te pre-financieren (zonder toevoeging van algemene winstmarge).
  • Meerprijs verluchtingspijpen in RVS 304 + verluchtingskappen: In het bestek werden geen posten voorzien voor het plaatsen van de bovengrondse verluchtingskappen. Door het op de vraag van Aquafin herpositioneren van de EM kasten werd de afstand tussen put en kast langer waardoor meer lopende meter verluchtingspijpen noodzakelijk. Tevens werd in het bestek een diameter 100mm voorzien en vroeg Aquafin bij het beoordelen van de technische fiches een diameter 200mm te plaatsen.
  • Vullen van pompstations bij indienststelling: Op vraag van de stad heeft de aannemer voor het testen van de pompen de putten gedurende 2 dagen met water gevuld, afkomstig uit een nabijgelegen vijver. 
  • Plaatsen van een leuning en ketting op de looproosters in pompstations: In het bestek werden geen posten voorzien voor het plaatsen van leuningen en kettingen op de looproosters. 

Dit geeft een totale meerkost van 94.435,17 + prijsherzieningen = € 97.177,57 (btw MC rioleringen) en een termijnsverlenging van 4 werkdagen.

• Verrekening nr. 8 - Wegenis:
  • Plaatsen extra wachtbuizen in PVC, leidingen en syphon's water en gas: Op vraag van de stad plaatste de aannemer de wachtbuizen en leidingen van de nutsmaatschappijen welke het wegentracé kruisen, en de leidingen welke onder de rioleringen komen te liggen.
  • Plaatsen lijnvormige elementen ID1, incl fundering in mager beton: Ter hoogte van de elektriciteitscabines en kasten van de pompstations werden tussen deze en de rijweg boordstenen type ID1 ter opsluiting van de opdracht van verharding geplaatst; deze verhardingen waren niet in het bestek voorzien. 
  • Plaatsen lijnvormige elementen IB, incl fundering in mager beton: Ter hoogte van het keerpunt net voor de Nieuwestraat werden de beton grasdallen opgesloten met een boordsteen type IB. deze was niet in het bestek voorzien.
  • Meerprijs plaatsen fundering, legbed & grasdallen: Ter hoogte van de elektriciteitscabines en kasten van de pompstations werden tussen deze en de rijweg beton grasdallen geplaatst welke niet waren voorzien in het bestek. De voorziene grasdallen ter hoogte van het keerpunt werden geplaatst zoals voorzien, deze langs de rijwegen werden in samenspraak met de stad niet geplaatst. Gezien de verschillende locaties met beperkte hoeveelheden is een toeslag op de ingeschreven eenheidsprijs verantwoord. 
  • Meerprijs plaatsen schrikblokken in rijwegbeton + voegvullen: In het bestek is voorzien om de schrikblokken in de bochten van de rijwegen elk afzonderlijk op een schraal betonfundering te plaatsen. Op vraag van de stad worden deze ingewerkt in een strook van vette rijwegbeton. 
  • Randlijn (dotmarkering) in thermoplast: De stad vroeg de aannemer om langs de zijkanten van de rijwegen een dot markeringslijn in thermoplast aan te brengen, welke niet in het bestek werd voorzien, dit om te vermijden dat de bermen worden stuk gereden. 
  • Herstel bermen, schade aangericht door derden: Na het openstellen van de werken werden op diverse plaatsen de bermen door derden stukgereden. Op vraag van de stad heeft de aannemer deze hersteld.
  • Leveren en plaatsen extra palen voor straatnaamborden en naamborden E17: Het leveren en plaatsen van straatnaamborden was niet in het bestek voorzien. De stad heeft deze borden geleverd en aan de aannemer gevraagd om palen te bestellen en deze samen met de borden te plaatsen.

Dit geeft een totale meerkost van € 121.744,85 + prijsherzieingen + 21% btw MC WOS = € 151.589,19 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

• Verrekening nr. 9 - Riolering:
  • Aanwerken Lokerenbeek op bestaande inbuizing: De nieuwe Lokerenbeek werd met schanskorven aangesloten op de inbuizing onder de Bredenhoekstraat en de 2 aansluitende baangrachten. Deze werden niet in het bestek voorzien. 
  • Leveren en plaatsen verholen goot t.h.v. inbuizing wadi: De stad heeft de aannemer gevraagd om ter hoogte van de elektriciteitscabines, de kasten van de pompstations en aan de opritten van Callebaut, de wadi’s in te buizen met verholen goten Deze werden niet in het bestek voorzien. 
  • Leveren en plaatsen gietijzeren rooster op overloop wadi: In het bestek werd voorzien om de wadi’s langs de rijwegen te laten overlopen naar de RWA riolen d.m.v. een opstaande buis tot net onder het maaiveldniveau. Om verstoppingen en beschadigingen bij onderhoud van de wadi’s te voorkomen heeft de stad de aannemer gevraagd om rondom deze buizen betonkaders met gietijzeren roosters te plaatsen. 
  • Meerprijs voor het ophalen van deksels type 5 in een berm: In het bestek werden enkel posten voorzien voor het plaatsen van riooldeksels in de verharding. Door de aanpassing van het ontwerp tijdens uitvoering dienden enkele deksels in de onverharde bermen te worden geplaatst. Deze dienden ter bescherming te worden voorzien van een ter plaatste gestorte gewapende betonnen ringbalk.
  • Aanpassen RWA en DWA riolering naast tunnel: Onder de aanvulling van de Nieuwestraat t.h.v. de tunnel komt de RWA-riool tot 8m diep te liggen. De in het bestek voorziene ongewapende betonbuizen zijn hier volgens de fabrikant niet tegen bestand. Bijgevolg werd er gekozen voor een alternatieve uitvoering met kunststof PP buis diameter 400mm, en bijgevolg diende deze te worden aangewerkt op de putten.
  • Plaatsen van bijkomende straatkolken t.h.v. uiteinden tunnel: Op de vraag van de stad heeft de aannemer op de uiteinden van de tunnel aan beide kanten een extra straatkolk ingewerkt in wegenisbeton, geplaatst. Dit om extra instroom hemelwater in te tunnel te voorkomen. 
  • Herplaatsen straatkolken Nieuwe Straat: Bij het uitgraven van de Nieuwestraat voor het bouwen van de tunnel werden 2 straatkolken opgebroken en naderhand teruggeplaatst. Dit was niet in het bestek voorzien. 
  • Toeslag op extra huisaansluiting van de opdracht DWA, voor lot 11A: Nadat de werken werden uitgevoerd, werd een lot in twee gesplitst en werd aan de aannemer gevraagd om een extra huisaansluiting van de opdracht in de berm te plaatsen met aansluiting van de opdracht op een reeds geplaatst huisaansluiting van de opdracht. Deze toeslag is voor het aanvoeren van het materiaal en naderhand herstellen van de berm.

Dit geeft een totale meerkost van € 44.589,86 + prijsherzieningen = € 45.884,75 (btw MC rioleringen) en een termijnsverlenging van 2 werkdagen.

• Verrekening nr. 10 - Allerlei:
  • Plaatsen tractorsluis: De stad vroeg de aannemer om ter hoogte van de aansluiting met de Bredenhoekstraat een tractorsluis te plaatsten. Deze was niet in het bestek voorzien. 
  • Opmaak en instandhouden signalisatieplannen en omleiding: In het bestek werd opgenomen dat het opmaken en in stand houden van signalisatieplannen en omleiding een onderdeel uitmaakt van de inrichting van de werf. De aannemer had bij zijn inschrijving enkel signalisatie in de nabijheid van de werf voorzien, daar waar de politie en stad ook signalisatie in de ruimere omgeving vroeg te plaatsen welke op regelmatige tijdstippen diende aangepast te worden. De gevraagde toeslag wordt dan ook als redelijk beschouwd.
  • Ter beschikking stellen voor het verplaatsen van een Telenetkast aan de tijdelijke fietsverbinding: Om de tijdelijke fietsverbinding te kunnen realiseren diende een Telenetkast en kabel te worden verplaatst. Hiervoor heeft de stad de aannemer de opdracht gegeven om een extra sleuf voor  Telenet te graven. 
  • Opmeten perceelsgrens en oplijsten problemen t.h.v. aangelanden Everslaarstraat: Op de vraag van de stad heeft de aannemer bij de aanvang van de werken de grens van de werkzone uitgezet, om conflicten met perceelafsluiting te kunnen oplijsten. 
  • Toeslag op doorsteken in de Nieuwe Straat: In het bestek zijn 2 RWA-doorsteken in de Nieuwe Straat voorzien. Doordat Callebaut zijn werken reeds vroeg opstartte diende 1 sleuf vroeger dan voorheen te worden hersteld met asfalt (in plaats van met minder-hinder steenslag) om te vermijden dat het werfverkeer van Callebaut de doorsteek zou stuk rijden. 
  • Omzichtig opbreken en herplaatsen afsluiting van de opdracht Everslaarstraat 114: De afsluiting van de opdracht die door de eigenaar werd geplaatst, diende verplaatst te worden. Deze werken werden in opdracht van de stad door een onderaannemer uitgevoerd.

Dit geeft een totale meerkost van € 12.478,83 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 15.537,88 en een termijnsverlenging met 1 werkdag.

• Verrekening nr. 11 - Groenaanleg:

Tijdens de uitvoering van de werken besliste de stad om een 2m hoge bufferwal te laten bouwen. De aanplantingen op en naast deze wal wijken af van datgene wat op maaiveldniveau was voorzien, en dit om na verloop van tijd een hoger en maximaal gesloten groenscherm te verkrijgen.

De 90m brede zone langs de Mosten welke als voorwaardelijk werd opgenomen, werd niet uitgevoerd omdat deze reeds door ANB werd aangeplant.

Voor deze verrekening werden de niet uitgevoerde posten niet in min geplaatst omdat deze in het hoofdwerk niet gevorderd worden. In totaal werd het budget voor groenaanleg niet overschreden.

Dit geeft een kost van € 147.131,71 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 183.199,34.

De globale meerkost voor alle aanvullende werken bedraagt 890.649,19 (incl. prijsherzieningen) + deels btw MC rioleringen en deels btw MC WOS = € 1.037.759,22.

De totale termijnsverlenging bedraagt 33 werkdagen.

Deze aanvullende werken met bijhorende kostenraming  en de bijhorende termijnsverlenging van 33 werkdagen kunnen positief geadviseerd worden door de stedelijke dienst Infrastructuur.

Deze aanvullende werken, als gevolg van wijzigingen in de opdracht, kunnen in toepassing van artikel 38/1 van het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, zonder nieuwe plaatsingsprocedure doorgevoerd worden en uitgevoerd worden door de oorspronkelijke opdrachtnemer, nl. de firma Colas Noord nv -Agentschap Noord, aangezien bij verandering van opdrachtnemer de uitvoering van deze aanvullende werken economisch en technisch niet interessant en niet haalbaar is i.k.v. de uitvoering van de volledige werken. Deze aanvullende werken bedragen niet meer dan 50% van de oorspronkelijke waarde van de opdracht.

Aan de leden van de gemeenteraad wordt nu gevraagd deze aanvullende werken zoals hierboven omschreven (VS19bis aannemer) goed te keuren, samen met de globale meerkost voor alle aanvullende werken voor een bedrag van 890.649,19  (incl. prijsherzieningen) + deels btw MC rioleringen en deels 21% btw MC WOS = € 1.037.759,22.

De nodige kredieten voor de financiering van deze aanvullende werken zijn voorzien in de kredieten van het investeringsbudget in het meerjarenplan 2020-2025 onder het investeringsproject PRIOR 2014-6, als volgt:

• Wegenis: subproject P2014/6/01op de algemene rekening 22400007, beleidsitem 020002 en actiecode ST13B01AP01A02
• Riolering: . subproject P2014/6/02 op de algemene rekening 22700007, beleidsitem 031001 en actiecode ST13B01AP01A02.

Tijdens de uitvoering van de opdracht zijn volgende aanvullende werken gebleken:

• Verrekening 1- Aanleg en opbreken tijdelijk fietspad:

Om te vermijden dat het fietsverkeer tussen Lokeren en Zele door het onderbreken van de Nieuwestraat voor de aanleg van de tunnel ver zou moeten rondrijden, werd er door de stad voor aanvang der werken aan de aannemer gevraagd om een tijdelijke fietserstalud tussen de Mosten en Nieuwestraat kant Zele te realiseren.

Dit geeft een meerkost van € 45.936,25 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 56.624,82 en een termijnsverlenging van 2 werkdagen.

•  Verrekening nr. 2 – Fietsverbinding Everslaarstraat:

Tijdens de uitvoering van de werken, en na vraag van omwonenden, besliste de stad om tussen de Everslaarstraat en de industriezone een aarden karrenspoor pad om te bouwen tot een fietsvriendelijk betonnen tweesporen pad.

Dit geeft een meerkost van € 28.904,53 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 35.990,14 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

•  Verrekening nr. 3 – Plaatsen aangepaste geleidingsconstructie:

De voorgeschreven betonnen stootbanden aan beide zijden in de tunnel voldoen niet aan de toepassing conform norm NBN EN 1317 (weerstand zwaar verkeer etc.). Daarom werd in samenspraak met het OCW, door het studiebureau aan de stad geadviseerd om een alternatief uit te voeren welke hieraan wel voldoet.

Dit geeft een meerkost  van 28.716,06 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 35.755,46.

•  Verrekening nr. 4 - Voorbereidende werken:
  • Opbreken van afsluiting was niet voorzien in het bestek.
  • Opbreken van schanskorven in de waterloop was niet voorzien in het bestek.
  • Werkvloer tunnel in schraal beton i.p.v. zuiveringsbeton was voorstel van de aannemer (minprijs).
  • Extra interventie voor het rooien van bomen op percelen welke bij aanvang van de werken nog niet toegankelijk waren.
  • Afbraak stal was niet voorzien in het bestek.
  • Opruimen asbest verspreid over de werfzone was niet voorzien in het bestek.
  • Opruimen afval verspreid over de werfzone was niet voorzien in het bestek.
  • Communicatie gebruikers van sommige percelen bij aanvang der werken gezien deze nog niet vrij waren.
  • Nieuwe aanvraag betoncentrale en plaatsen geluidswal om hinder voor omwonenden te vermijden.
  • Opbreken van afsluiting van de opdrachten ter hoogte van insprong geluidsberm was niet voorzien in het bestek.
  • Aanpassen reeds aangelegd fietspad en verplaatsen verkeersbord : Dit betreft het versmallen van de aansluiting op de Bouwstraat ten oosten van de Confiseriestraat, nadat bleek dat hiervan misbruik werd gemaakt door gemotoriseerd verkeer en het veelvuldig plaatsen van anti-parkeerpalen niet wenselijk was.

Dit geeft een meerkost van € 111.365,39 + prijsherzieningen + deels btw MC rioleringen en deels btw MC WOS = € 128.782,11 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

• Verrekening nr. 5 - Grondwerken:
  • Extra grondwerk tunnel t.g.v. aanpassing aanbestedingsplan: Wegens tegenstrijdigheid op verschillende aanbestedingsplannen, verschil in sturing (problemen op de werf met signaalontvangst GPS toestel), en het verbreden van de funderingszolen na opmaak van de wapeningsplannen.
  • Extra grondwerk tunnel t.g.v. aanpassing inrichting Callebaut & aanplanting ANB: Door de vroegtijdige start van Callebaut diende de aannemer de torenkranen aan de andere kant van de tunnel te plaatsen waar het niveau van de op te breken Nieuwestraat en talud richting brug autosnelweg hoger gelegen is. 
  • Extra transport grondwerk tunnel tgv aanpassing inrichting Callebaut & aanplanting ANB: Door de vroegtijdige start van Callebaut en de reeds uitgevoerde aanplantingen door ANB kon de aannemer de uitgegraven gronden welke nadien dienden te worden aangewend voor het aanvullen van de tunnel maar op een beperkt aantal plaatsen stockeren; met extra transport tot gevolg.
  • Zeven van gronden & storten zeefrest: In de noordelijke zone voor de grondwal, fietspad en grachten werd bij het grondwerk bodemvreemde materialen en puin teruggevonden welke niet in het bodemonderzoek werd teruggevonden en bijgevolg niet in het bestek werden opgenomen. 
  • Grondwal: Na aanbesteding heeft de stad beslist om als tegemoetkoming aan de bezwaren van de omwonenden, in de noordelijke zone een grondwal te bouwen welke zowel een visuele buffer als geluidsbuffer vormt. 
  • Aanpassen ontwerp grondwal: De landmeter van de aannemer heeft enkele perceelgrachten ingemeten welke in de noordelijke zone van de grondwal toekomen. Hierdoor werd beslist om langs de percelen een langsgracht te graven, het ontwerp van de wal op te schuiven en bijgevolg reeds geplaatste kopmuren aan de zuidkant van deze wal op te breken en verplaatsen. 
  • Toeslag afgraven teelaarde van grachten op deel rijweg: Het betreft toeslag op post 25 (uitgraving rijwegen). Het betreft hier de niet voorziene afgraving van de niet draagkrachtige teelaarde van de grachten welke nog onder de uitgegraven wegkoffer zat.
  • Grondverbetering in te dempen grachten op deel rijweg: Als gevolg van bovenstaande BP 28 diende het bestaande grachtprofiel onder de te bouwen wegkoffer te worden aangevuld met zavel van elders van de werf. 
  • Toeslag voor grondverbetering onder de onderfundering van de rijweg d.m.v. uitgegraven zavel uit de rijweg, te vervoeren en spreiden op de lager gelegen zones: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de rijwegen met zavel van elders op de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag ophoging rijwegkoffer met aangevoerde verdichtbare zand tot onderzijde onderfundering: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de rijwegen met aangevoerd zand van buiten de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag grondverbetering onder de fundering van de fiets- en onderhoudspaden wegens dikker pakket af te graven teelaarde: Het betreft grondverbetering onder de te bouwen koffer van de fiets- en onderhoudspaden met aangevoerd zand van buiten de werf, op plaatsen waar meer niet draagkrachtige grond werd uitgegraven dan voorzien.
  • Toeslag voor het zijdelings aanvullen van de Lokerenbeek wegens asverschuiving t.o.v. bestaande waterloop: In het bestek werden posten voor af- uitgravingen en ophogingen voorzien. Het profiel van de nieuwe Lokerenbeek wijkt op sommige plaatsen tot 2m af van het bestaande profiel; voor het zijdelings aanvullen werd er geen post in het bestek voorzien. 
  • Profileren van bermen tussen 0 en 2,5m op het gedeelte tussen ondiepe wadi's en rijweg: In het bestek werd een post voorzien voor het graven van de wadi’s tussen rijweg en rooilijn, maar geen post voor het aanvullen/profileren van de onverharde bermen tussen rijweg-wadi en wadi-rooilijn.
  • Profileren van bermen tussen 0 en 1,5m op het gedeelte tussen fiets- en onderhoudspaden en buffergrachten en tussen de geluidswal en gracht aangelanden: Doordat post 24 (afgraving t.h.v. de percelen tot niveau 5,53m TAW) grotendeels door de stad niet moest uitgevoerd worden (kopers percelen moeten hun terrein zelf tot dit niveau afgraven), dienden de hierboven opgesomde bermen apart geprofileerd te worden.
  • Het deels dempen van de zone waar de buffergracht naast Callebaut moet komen: In het bestek was niet voorzien om de bestaande waterloop 3^de  categorie op het toekomstig openbaar domein, tussen terrein Callebaut en de nieuw te graven waterloop 3^de  categorie, te dempen. 
  • Verlagen Proximuskabel en het uitvoeren van grondverbetering t.h.v. aansluiting van de wegenis aan Bredenhoekstraat: Voor het aansluiten van de nieuwe rijweg met de Bredenhoekstraat diende niet draagkrachtige grond onder de nieuwe wegkoffer te worden uitgegraven en aangevuld met zavel van elders van de werf, en diende een ondiep gelegen Proximus kabel te worden verlaagd.
  • Maken van plantputten met teelaarde: Het maken van de plantput maakt geen onderdeel uit van het aanplanten van de boom, en hiervoor werd geen aparte post in het bestek voorzien.

Dit geeft een meerkost van € 220.800,61 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 274.927,33 en een termijnsverlenging van 8 werkdagen.

• Verrekening nr. 6 - Tunnel:
  • Nemen en vervaardigen van kubussen aan tunnel: Aangezien het constructiebeton voor de tunnel BENOR gecertificeerd is komen een aantal uit te voeren proeven ten laste van de aannemer te vervallen. Het studiebureau was vragende partij om per oorspronkelijke moot van 20m zowel voor de vloerplaat als voor de wanden telkens 3 kubussen te vervaardigen en deze in het labo te laten drukken/beproeven na 7 dagen en na 28 dagen (3^de als reserve). De labokosten zijn voor de stad. Voor het vervaardigen van de kubussen dient de aannemer betaald te worden; dit werd in het bestek niet voorzien.
  • Meerwerk milieuvergunning klasse 2: De aannemer diende zelf te zorgen voor de bemalingsnota en vergunningsaanvragen voor het lozen van bemalingswater. Gezien de korte tijd tussen gunning werken en start werken heeft de aannemer eerst een klasse 3 melding gemaakt. Het meerwerk betreft de administratie voor het opstellen van de klasse 2 aanvraag, aanpassen van bemalingsnota en het plaatsen van door de stad gevraagde peilbuizen aan de gebouwen langs de Mosten.

Dit geeft een meerkost van € 9.870,90 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 12.290,64 en een termijnsverlenging van 1 werkddag.

• Verrekening nr. 7 - Pompstations:
  • Meerprijs RVS deksels op pompstations, gelegen in de wegenis: In het bestek werden gietijzeren deksels voorzien, bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar RVS deksels met gasveren. 
  • Meerprijs RVS deksels op pompstations, gelegen in de berm: In het bestek werden gietijzeren deksels voorzien, bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar RVS deksels met gasveren. 
  • Taatspot in RVS: In het bestek werden voor alle 8 de pompstations gietijzeren taatspotten voorzien. Bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin naar een RVS taatspot enkel voor pompstationPSR1. Alle andere taatspotten in het hoofdwerk komen te vervallen.
  • Vochtbewaking in pompstations PSD1, PSD2 en PSR1: Bij het beoordelen van de technische fiches vroeg Aquafin om bij de 3 pompstations PSD1, PSD2 en PSR1 telkens bij beide pompen vochtbewaking te voorzien. Dit werd niet in het bestek opgenomen. 
  • Aansluiting van de opdracht pompstations op het LS net : De stad heeft aan de aannemer gevraagd om ter administratieve vereenvoudiging de aansluiting op het elektriciteitsnet bij Fluvius aan te vragen en te pre-financieren (zonder toevoeging van algemene winstmarge).
  • Meerprijs verluchtingspijpen in RVS 304 + verluchtingskappen: In het bestek werden geen posten voorzien voor het plaatsen van de bovengrondse verluchtingskappen. Door het op de vraag van Aquafin herpositioneren van de EM kasten werd de afstand tussen put en kast langer waardoor meer lopende meter verluchtingspijpen noodzakelijk. Tevens werd in het bestek een diameter 100mm voorzien en vroeg Aquafin bij het beoordelen van de technische fiches een diameter 200mm te plaatsen.
  • Vullen van pompstations bij indienststelling: Op vraag van de stad heeft de aannemer voor het testen van de pompen de putten gedurende 2 dagen met water gevuld, afkomstig uit een nabijgelegen vijver. 
  • Plaatsen van een leuning en ketting op de looproosters in pompstations: In het bestek werden geen posten voorzien voor het plaatsen van leuningen en kettingen op de looproosters. 

Dit geeft een totale meerkost van 94.435,17 + prijsherzieningen = € 97.177,57 (btw MC rioleringen) en een termijnsverlenging van 4 werkdagen.

• Verrekening nr. 8 - Wegenis:
  • Plaatsen extra wachtbuizen in PVC, leidingen en syphon's water en gas: Op vraag van de stad plaatste de aannemer de wachtbuizen en leidingen van de nutsmaatschappijen welke het wegentracé kruisen, en de leidingen welke onder de rioleringen komen te liggen.
  • Plaatsen lijnvormige elementen ID1, incl fundering in mager beton: Ter hoogte van de elektriciteitscabines en kasten van de pompstations werden tussen deze en de rijweg boordstenen type ID1 ter opsluiting van de opdracht van verharding geplaatst; deze verhardingen waren niet in het bestek voorzien. 
  • Plaatsen lijnvormige elementen IB, incl fundering in mager beton: Ter hoogte van het keerpunt net voor de Nieuwestraat werden de beton grasdallen opgesloten met een boordsteen type IB. deze was niet in het bestek voorzien.
  • Meerprijs plaatsen fundering, legbed & grasdallen: Ter hoogte van de elektriciteitscabines en kasten van de pompstations werden tussen deze en de rijweg beton grasdallen geplaatst welke niet waren voorzien in het bestek. De voorziene grasdallen ter hoogte van het keerpunt werden geplaatst zoals voorzien, deze langs de rijwegen werden in samenspraak met de stad niet geplaatst. Gezien de verschillende locaties met beperkte hoeveelheden is een toeslag op de ingeschreven eenheidsprijs verantwoord. 
  • Meerprijs plaatsen schrikblokken in rijwegbeton + voegvullen: In het bestek is voorzien om de schrikblokken in de bochten van de rijwegen elk afzonderlijk op een schraal betonfundering te plaatsen. Op vraag van de stad worden deze ingewerkt in een strook van vette rijwegbeton. 
  • Randlijn (dotmarkering) in thermoplast: De stad vroeg de aannemer om langs de zijkanten van de rijwegen een dot markeringslijn in thermoplast aan te brengen, welke niet in het bestek werd voorzien, dit om te vermijden dat de bermen worden stuk gereden. 
  • Herstel bermen, schade aangericht door derden: Na het openstellen van de werken werden op diverse plaatsen de bermen door derden stukgereden. Op vraag van de stad heeft de aannemer deze hersteld.
  • Leveren en plaatsen extra palen voor straatnaamborden en naamborden E17: Het leveren en plaatsen van straatnaamborden was niet in het bestek voorzien. De stad heeft deze borden geleverd en aan de aannemer gevraagd om palen te bestellen en deze samen met de borden te plaatsen.

Dit geeft een totale meerkost van € 121.744,85 + prijsherzieingen + 21% btw MC WOS = € 151.589,19 en een termijnsverlenging van 5 werkdagen.

• Verrekening nr. 9 - Riolering:
  • Aanwerken Lokerenbeek op bestaande inbuizing: De nieuwe Lokerenbeek werd met schanskorven aangesloten op de inbuizing onder de Bredenhoekstraat en de 2 aansluitende baangrachten. Deze werden niet in het bestek voorzien. 
  • Leveren en plaatsen verholen goot t.h.v. inbuizing wadi: De stad heeft de aannemer gevraagd om ter hoogte van de elektriciteitscabines, de kasten van de pompstations en aan de opritten van Callebaut, de wadi’s in te buizen met verholen goten Deze werden niet in het bestek voorzien. 
  • Leveren en plaatsen gietijzeren rooster op overloop wadi: In het bestek werd voorzien om de wadi’s langs de rijwegen te laten overlopen naar de RWA riolen d.m.v. een opstaande buis tot net onder het maaiveldniveau. Om verstoppingen en beschadigingen bij onderhoud van de wadi’s te voorkomen heeft de stad de aannemer gevraagd om rondom deze buizen betonkaders met gietijzeren roosters te plaatsen. 
  • Meerprijs voor het ophalen van deksels type 5 in een berm: In het bestek werden enkel posten voorzien voor het plaatsen van riooldeksels in de verharding. Door de aanpassing van het ontwerp tijdens uitvoering dienden enkele deksels in de onverharde bermen te worden geplaatst. Deze dienden ter bescherming te worden voorzien van een ter plaatste gestorte gewapende betonnen ringbalk.
  • Aanpassen RWA en DWA riolering naast tunnel: Onder de aanvulling van de Nieuwestraat t.h.v. de tunnel komt de RWA-riool tot 8m diep te liggen. De in het bestek voorziene ongewapende betonbuizen zijn hier volgens de fabrikant niet tegen bestand. Bijgevolg werd er gekozen voor een alternatieve uitvoering met kunststof PP buis diameter 400mm, en bijgevolg diende deze te worden aangewerkt op de putten.
  • Plaatsen van bijkomende straatkolken t.h.v. uiteinden tunnel: Op de vraag van de stad heeft de aannemer op de uiteinden van de tunnel aan beide kanten een extra straatkolk ingewerkt in wegenisbeton, geplaatst. Dit om extra instroom hemelwater in te tunnel te voorkomen. 
  • Herplaatsen straatkolken Nieuwe Straat: Bij het uitgraven van de Nieuwestraat voor het bouwen van de tunnel werden 2 straatkolken opgebroken en naderhand teruggeplaatst. Dit was niet in het bestek voorzien. 
  • Toeslag op extra huisaansluiting van de opdracht DWA, voor lot 11A: Nadat de werken werden uitgevoerd, werd een lot in twee gesplitst en werd aan de aannemer gevraagd om een extra huisaansluiting van de opdracht in de berm te plaatsen met aansluiting van de opdracht op een reeds geplaatst huisaansluiting van de opdracht. Deze toeslag is voor het aanvoeren van het materiaal en naderhand herstellen van de berm.

Dit geeft een totale meerkost van € 44.589,86 + prijsherzieningen = € 45.884,75 (btw MC rioleringen) en een termijnsverlenging van 2 werkdagen.

• Verrekening nr. 10 - Allerlei:
  • Plaatsen tractorsluis: De stad vroeg de aannemer om ter hoogte van de aansluiting met de Bredenhoekstraat een tractorsluis te plaatsten. Deze was niet in het bestek voorzien. 
  • Opmaak en instandhouden signalisatieplannen en omleiding: In het bestek werd opgenomen dat het opmaken en in stand houden van signalisatieplannen en omleiding een onderdeel uitmaakt van de inrichting van de werf. De aannemer had bij zijn inschrijving enkel signalisatie in de nabijheid van de werf voorzien, daar waar de politie en stad ook signalisatie in de ruimere omgeving vroeg te plaatsen welke op regelmatige tijdstippen diende aangepast te worden. De gevraagde toeslag wordt dan ook als redelijk beschouwd.
  • Ter beschikking stellen voor het verplaatsen van een Telenetkast aan de tijdelijke fietsverbinding: Om de tijdelijke fietsverbinding te kunnen realiseren diende een Telenetkast en kabel te worden verplaatst. Hiervoor heeft de stad de aannemer de opdracht gegeven om een extra sleuf voor  Telenet te graven. 
  • Opmeten perceelsgrens en oplijsten problemen t.h.v. aangelanden Everslaarstraat: Op de vraag van de stad heeft de aannemer bij de aanvang van de werken de grens van de werkzone uitgezet, om conflicten met perceelafsluiting te kunnen oplijsten. 
  • Toeslag op doorsteken in de Nieuwe Straat: In het bestek zijn 2 RWA-doorsteken in de Nieuwe Straat voorzien. Doordat Callebaut zijn werken reeds vroeg opstartte diende 1 sleuf vroeger dan voorheen te worden hersteld met asfalt (in plaats van met minder-hinder steenslag) om te vermijden dat het werfverkeer van Callebaut de doorsteek zou stuk rijden. 
  • Omzichtig opbreken en herplaatsen afsluiting van de opdracht Everslaarstraat 114: De afsluiting van de opdracht die door de eigenaar werd geplaatst, diende verplaatst te worden. Deze werken werden in opdracht van de stad door een onderaannemer uitgevoerd.

Dit geeft een totale meerkost van € 12.478,83 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 15.537,88 en een termijnsverlenging met 1 werkdag.

• Verrekening nr. 11 - Groenaanleg:

Tijdens de uitvoering van de werken besliste de stad om een 2m hoge bufferwal te laten bouwen. De aanplantingen op en naast deze wal wijken af van datgene wat op maaiveldniveau was voorzien, en dit om na verloop van tijd een hoger en maximaal gesloten groenscherm te verkrijgen.

De 90m brede zone langs de Mosten welke als voorwaardelijk werd opgenomen, werd niet uitgevoerd omdat deze reeds door ANB werd aangeplant.

Voor deze verrekening werden de niet uitgevoerde posten niet in min geplaatst omdat deze in het hoofdwerk niet gevorderd worden. In totaal werd het budget voor groenaanleg niet overschreden.

Dit geeft een kost van € 147.131,71 + prijsherzieningen + 21% btw MC WOS = € 183.199,34.

De globale meerkost voor alle aanvullende werken bedraagt 890.649,19 (incl. prijsherzieningen) + deels btw MC rioleringen en deels btw MC WOS = € 1.037.759,22.

De totale termijnsverlenging bedraagt 33 werkdagen.

Deze aanvullende werken met bijhorende kostenraming  en de bijhorende termijnsverlenging van 33 werkdagen kunnen positief geadviseerd worden door de stedelijke dienst Infrastructuur.

Deze aanvullende werken, als gevolg van wijzigingen in de opdracht, kunnen in toepassing van artikel 38/1 van het KB van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, zonder nieuwe plaatsingsprocedure doorgevoerd worden en uitgevoerd worden door de oorspronkelijke opdrachtnemer, nl. de firma Colas Noord nv -Agentschap Noord, aangezien bij verandering van opdrachtnemer de uitvoering van deze aanvullende werken economisch en technisch niet interessant en niet haalbaar is i.k.v. de uitvoering van de volledige werken. Deze aanvullende werken bedragen niet meer dan 50% van de oorspronkelijke waarde van de opdracht.

Aan de leden van de gemeenteraad wordt nu gevraagd deze aanvullende werken zoals hierboven omschreven (VS19bis aannemer) goed te keuren, samen met de globale meerkost voor alle aanvullende werken voor een totaal bedrag van 890.649,19 (incl. prijsherzieningen) + deels btw MC rioleringen en deels 21% btw MC WOS = € 1.037.759,22.

De nodige kredieten voor de financiering van deze aanvullende werken zijn voorzien in de kredieten van het investeringsbudget in het meerjarenplan 2020-2025 onder het investeringsproject PRIOR 2014-6, als volgt:

• Wegenis: subproject P2014/6/01op de algemene rekening 22400007, beleidsitem 020002 en actiecode ST13B01AP01A02
• Riolering: . subproject P2014/6/02 op de algemene rekening 22700007, beleidsitem 031001 en actiecode ST13B01AP01A02.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 plaatsing overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Er werd door de NMBS een aanvraag tot omgevingsvergunning (met dossiernummer OMV_2021095617)  ingediend  bij het departement Omgeving voor het bouwen van nieuwe fietsenstallingen aan het station. De gemeenteraad moet een advies verlenen aangezien de aanvraag het afschaffen van een buurtweg omvat. 

De aanvraag betreft het bouwen van een fietsenstalling aan de voor- en achterzijde van het stationsgebouw, met inbegrip van het wijzigingen van de verharding en het rooien van een aantal bomen in de stationsomgeving. De bestaande fietsenstallingen worden vervangen door een nieuwe ruimere fietsenstalling die geschikt is voor het plaatsen van etagerekken voor de vermeerdering van het aantal fietsplaatsen goed voor een totaal aantal fietsplaatsen van 882 aan de voorkant en 954 aan de achterkant van het station. 

Aan de voorzijde van het stationsgebouw, ter hoogte van het stationsplein, zal er eveneens een fietsenstalling met toegangscontrole voorzien worden, goed voor 132 gewone fietsen en 10 buitenformaat fietsen. Buiten deze zone is er een openbare fietsenstalling aan de voorzijde voorzien voor 30 buitenformaat- en bromfietsen, 38 deelfietsen en 504 gewone fietsplaatsen in etagerekken. 

Aan de achterzijde ter hoogte van de autoparking is er plaats voor 924 gewone fietsplaatsen in etagerekken en eveneens 30 plaatsen voor buitenformaat -en bromfietsen.

Gelet op de huidige bezettingsgraad en de verwachte groei in het aantal treinreizigers, voorziet dit project een uitbreiding van het aantal fietsplaatsen onder nieuwe overkapte fietsenstallingen met een totale nieuwe capaciteit van 1836 fietsplaatsen

Binnen deze aanvraag voor de fietsenstalling, wordt de vraag gesteld tot afschaffing van de buurtweg nr. 90 die loopt over het Stationsplein. Hierover moet de gemeenteraad een uitspraak doen.  De opheffing wordt gevraagd voor een lengte van ca. 33 meter, over de volledige projectzone van de nieuw aan te leggen fietsenstallingen.

De afschaffing dient door de gemeenteraad gemotiveerd te worden aan de hand van de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen: "Het decreet gemeentewegen heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om deze doelstelling te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op: 

1 de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau.

2 de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.

3 de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen.

4 wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief.

5 bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke actíviteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

De motivering voor de afschaffing omvat de volgende: Door de aanleg van spoorlijn 59 Y Oost Berchem – Gent Dampoort d.d. 1847, werd buurtweg nr. 90 doorgesneden. Historische luchtfoto’s uit 1952 & 1977 bevestigen dat het deel van de buurtweg toen niet meer in gebruik was gezien deze werd doorkruist enerzijds door de spoorlijn, en anderzijds de rijwoningen aan het stationsplein. Er kan dus gesteld worden dat dit deel van buurtweg nr. 90 al sinds zeer geruime tijd in onbruik is en bijgevolg verjaard is. Door het afschaffen van dit deel van de buurtweg verdwijnt er met andere woorden geen functionele verbinding.

Een buurtweg die, zoals voorliggend, reeds voor de inwerkingtreding van het Vlaamse decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen gedurende meer dan 30 jaar in onbruik was geraakt, kan ten andere ook het voorwerp uitmaken van verjaring, ook al stelt artikel 8 van het (nieuwe) Vlaamse decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen dat een gemeenteweg niet langer kan worden opgeheven zonder voorafgaande goedkeuring door de gemeenteraad.

Om reden van rechtszekerheid houdt het bestuur er aan een samenlezing voor te staan van de genoemde verjaringsprincipes én de bevoegdheid van de gemeenteraad overeenkomstig het hogervermelde decreet.

Deze buurtweg is dus sinds 1952 doorsneden door de spoorweg en bijgevolg in onbruik, waardoor deze geen deel meer uitmaakt van het wegennetwerk. Het behoud of de verplaatsing is niet mogelijk gelet op de aangelegde spoorwegen en de inplanting van het stationsgebouw / -plein.

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 26/11/2021 tot 25/12/2021. Tijdens dit openbaar onderzoek werd er één bezwaar ingediend.

Dit bezwaar heeft geen betrekking op de afschaffing van de buurtweg. Het bezwaar betreft de vraag tot het voorzien van groendaken op de fietsenstalling. 

Het bezwaar omvat eveneens de vraag om de fietsenstalling langs twee zijden toegankelijk te houden zodat fietsers ook kunnen rijden via het park Ter Beuken naar de N70. 

Behandeling bezwaar: 

- De vraag over het groendak zal verder beoordeeld worden bij het advies van het college over de aanvraag voor de fietsenstalling.

- Een rechtstreekse ontsluiting van de fietsenstalling aan de noordzijde dient te worden voorzien om een kortere doorsteek naar het park ter Beuken voor fietsers te realiseren. 

Aan de raad wordt gevraagd om akkoord te gaan met de afschaffing van de buurtweg nr 90 zoals aangevraagd in de aanvraag tot omgevingsvergunning voor de bouw van de fietsenstallingen.

De aanvraag betreft het bouwen van een fietsenstalling aan de voor- en achterzijde van het stationsgebouw, met inbegrip van het wijzigingen van de verharding en het rooien van een aantal bomen in de stationsomgeving. De bestaande fietsenstallingen worden vervangen door een nieuwe ruimere fietsenstalling die geschikt is voor het plaatsen van etagerekken voor de vermeerdering van het aantal fietsplaatsen goed voor een totaal aantal fietsplaatsen van 882 aan de voorkant en 954 aan de achterkant van het station. 

Aan de voorzijde van het stationsgebouw, ter hoogte van het stationsplein, zal er eveneens een fietsenstalling met toegangscontrole voorzien worden, goed voor 132 gewone fietsen en 10 buitenformaat fietsen. Buiten deze zone is er een openbare fietsenstalling aan de voorzijde voorzien voor 30 buitenformaat- en bromfietsen, 38 deelfietsen en 504 gewone fietsplaatsen in etagerekken. 

Aan de achterzijde ter hoogte van de autoparking is er plaats voor 924 gewone fietsplaatsen in etagerekken en eveneens 30 plaatsen voor buitenformaat -en bromfietsen.

Gelet op de huidige bezettingsgraad en de verwachte groei in het aantal treinreizigers, voorziet dit project een uitbreiding van het aantal fietsplaatsen onder nieuwe overkapte fietsenstallingen met een totale nieuwe capaciteit van 1836 fietsplaatsen

Binnen deze aanvraag voor de fietsenstalling, wordt de vraag gesteld tot afschaffing van de buurtweg nr. 90 die loopt over het Stationsplein. Hierover moet de gemeenteraad een uitspraak doen.  De opheffing wordt gevraagd voor een lengte van ca. 33 meter, over de volledige projectzone van de nieuw aan te leggen fietsenstallingen.

De afschaffing dient door de gemeenteraad gemotiveerd te worden aan de hand van de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen: "Het decreet gemeentewegen heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om deze doelstelling te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op: 

1 de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau.

2 de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.

3 de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen.

4 wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief.

5 bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke actíviteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.

De motivering voor de afschaffing omvat de volgende: Door de aanleg van spoorlijn 59 Y Oost Berchem – Gent Dampoort d.d. 1847, werd buurtweg nr. 90 doorgesneden. Historische luchtfoto’s uit 1952 & 1977 bevestigen dat het deel van de buurtweg toen niet meer in gebruik was gezien deze werd doorkruist enerzijds door de spoorlijn, en anderzijds de rijwoningen aan het stationsplein. Er kan dus gesteld worden dat dit deel van buurtweg nr. 90 al sinds zeer geruime tijd in onbruik is en bijgevolg verjaard is. Door het afschaffen van dit deel van de buurtweg verdwijnt er met andere woorden geen functionele verbinding.

Een buurtweg die, zoals voorliggend, reeds voor de inwerkingtreding van het Vlaamse decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen gedurende meer dan 30 jaar in onbruik was geraakt, kan ten andere ook het voorwerp uitmaken van verjaring, ook al stelt artikel 8 van het (nieuwe) Vlaamse decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen dat een gemeenteweg niet langer kan worden opgeheven zonder voorafgaande goedkeuring door de gemeenteraad.

Om reden van rechtszekerheid houdt het bestuur er aan een samenlezing voor te staan van de genoemde verjaringsprincipes én de bevoegdheid van de gemeenteraad overeenkomstig het hogervermelde decreet.

Deze buurtweg is dus sinds 1952 doorsneden door de spoorweg en bijgevolg in onbruik, waardoor deze geen deel meer uitmaakt van het wegennetwerk. Het behoud of de verplaatsing is niet mogelijk gelet op de aangelegde spoorwegen en de inplanting van het stationsgebouw / -plein.

Er werd een openbaar onderzoek georganiseerd van 26/11/2021 tot 25/12/2021. Tijdens dit openbaar onderzoek werd er één bezwaar ingediend.

Dit bezwaar heeft geen betrekking op de afschaffing van de buurtweg. Het bezwaar betreft de vraag tot het voorzien van groendaken op de fietsenstalling. 

Het bezwaar omvat eveneens de vraag om de fietsenstalling langs twee zijden toegankelijk te houden zodat fietsers ook kunnen rijden via het park Ter Beuken naar de N70. 

Behandeling bezwaar: 

- De vraag over het groendak zal verder beoordeeld worden bij het advies van het college over de aanvraag voor de fietsenstalling.

- Een rechtstreekse ontsluiting van de fietsenstalling aan de noordzijde dient te worden voorzien om een kortere doorsteek naar het park ter Beuken voor fietsers te realiseren. 

Het decreet betreffende de omgevingsvergunning d.d. 25/04/2014, artikel 31

Het decreet houden de gemeentewegen d.d. 03/05/2019

De huidige concessieovereenkomst betreffende het Cultuurcafé Lokeren met Nanel bvba ging in op 5 april 2019 en eindigt op 31 december 2023.

Een verlenging met een termijn van 5 jaar kan door de concessiegever worden toegestaan mits schriftelijke aanvraag door de concessionaris, een jaar voor het beëindigen van de concessie. 

Door de coronapandemie en de daaruit volgende sanitaire maatregelen is het café gedurende de periode 10 maanden gedwongen gesloten geweest en dienden er tot nog toe gedurende 13 maanden beperkende maatregelen gehanteerd te worden.

De concessionaris stelde de vraag om, zoals bepaald in de concessieovereenkomst, de concessie te verlengen, maar bovendien ook de termijn van deze verlenging uit te breiden van 5 jaar tot 7 jaar om de return on investment die verloren is gegaan in de verplichte sluitingsperiodes en beperkende maatregelen door de coronapandemie goed te maken.  

Op 30 november 2021 vond een overleg plaats waaraan volgende personen deelnamen:

- Christophe Van Cauter, zaakvoerder Nanel bvba, concessionaris

- An Verstraeten, diensthoofd Cultuur, en Inge De Braekeleer, sectorhoofd Cultuur en Vrije Tijd, namens de concessiegever

- Marina Van Hoorick, schepen van Cultuur

waarin de concessieovereenkomst overlopen werd en een evaluatie van de werking van de afgelopen jaren.  

Uit deze evaluatie kunnen we concluderen dat de dienst Cultuur een gunstig advies verleent voor het verlengen van de concessieovereenkomst.   

Gemeenteraadsbesluit van 12 maart 2018 betreffende de concessieovereenkomst van het Cultuurcafé, Kerkplein 6, te Lokeren.

Collegebesluit van 22 mei 2018, betreffende de toekenning van de concessie van het Cultuurcafé, Kerkplein 6, te Lokeren, aan Nanel bvba, voor de periode van 5 april 2019 tot 31 december 2023.

Voorstel om:
- in de organisatiestructuur de benaming van de dienst toerisme en feestelijkheden aan te passen naar dienst toerisme en evenementen.
- in de personeelsformatie de functie van diensthoofd toerisme en feestelijkheden (B4-B5, statutair) om te zetten naar een functie van diensthoofd toerisme en evenementen (A1a-A3a, contractueel).

Voormelde voorstellen werden voorgelegd aan het managementteam (vergadering d.d. 16.12.2021) en aan de vakorganisaties (syndicaal overlegcomité d.d. 11.01.2022).

Gezien de kerntaak van de dienst bestaat uit het uitbouwen van toerisme alsook het organiseren en coördineren van evenementen, wordt voorgesteld om de benaming van de dienst te wijzigen van ‘dienst toerisme en feestelijkheden’ naar ‘dienst toerisme en evenementen’.

Naast het vaste administratief team stuurt het diensthoofd ook alle stadsgidsen en heel wat vrijwilligers aan en geeft hij hun werking mee vorm.
Buiten het uitvoeren van operationele taken dienen er op de dienst ook beleidsmatige taken opgenomen te worden met het oog op de toekomst van deze dienst en rekening houden met toekomstige evoluties,.

Gezien de toekomstige uitdagingen en verdere uitbouw van de kwalitatieve werking van de dienst wordt voorgesteld om de functie van diensthoofd toerisme en feestelijkheden (B4-B5, statutair) om te zetten naar een functie van diensthoofd toerisme en evenementen (A1a-A3a, contractueel), met een overgangsregeling voor de huidige titularis.

Er wordt tevens voorgesteld om van de gelegenheid gebruik te maken om de overgangsbepalingen in de personeelsformatie, die reeds uitwerking kregen, te schrappen.

Het decreet lokaal bestuur; 

Het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 7 december 2007, zoals later gewijzigd, houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;

Als onderdeel van een verbeterde en meer innovatieve aanpak van criminaliteit en onveiligheid wenst de politiezone Lokeren haar cameranetwerk uit te bouwen door middel van de inzet van drones waarop één of meerdere mobiele camera’s zijn bevestigd.

De drones met camera's zullen ingezet worden ter ondersteuning van de dagdagelijkse politiewerking en de inzet beoogt o.m. het verhogen van de kwaliteit van vaststellingen en tussenkomsten en een efficiëntere aansturing van de ploegen op het terrein. Als technisch hulpmiddel kunnen de drones de politiediensten ondersteunen in hun kernopdrachten, zoals bijvoorbeeld bij het verzekeren van een veilig verloop van evenementen waarbij incidenten beter kunnen ingeschat worden.

Het wetgevend kader vereist dat voor het gebruik van camera’s in de openbare ruimten (niet-besloten plaatsen) de gemeenteraad voorafgaandelijk haar principiële toestemming moet verlenen. Aan de gemeenteraad wordt gevraagd gunstig advies te verlenen gelet op het feit dat de drones met camera enkel zullen worden ingezet op basis van een vooraf vastgesteld inzetkader, conform het geldend wetgevend kader, volgens strikte procedures met respect voor het gegevensbeschermingsrecht.

In de toestemmingsaanvraag (zie bijlage) wordt het type camera, de doeleinden waarvoor de RPAS zal worden gebruikt en de inzetmodaliteiten gepreciseerd. De aanvraag houdt rekening met een impact- en risicoanalyse op het vlak van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer en op operationeel niveau (Data Protection Impact Assessment of DPIA) en het geuit advies van de DPO (Data Protection Officer). Uit de DPIA blijkt dat een RPAS door de politiezone Lokeren enkel wordt ingezet op basis van een vooraf vastgesteld inzetkader, conform het geldend wetgevend kader, volgens strikte procedures met respect voor het gegevensbeschermingsrecht.

Het inzetten van de RPAS zal steeds gebeuren met maximaal respect voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de betrokkenen personen. De RPAS kan enkel worden gebruikt op beslissing en onder verantwoordelijkheid van een leidinggevende die waakt over de naleving van de proportionaliteits- en subsidiariteitsbeginselen. De dronepiloot zal de grondwettelijke rechten op privacy (zoals vervat in art. 15 en 22 GW. en art. 8 EVRM) zoveel mogelijk eerbiedigen. De politiezone Lokeren voorziet dat er voldoende waarborgen worden ingebouwd om de privacy van zowel de burgers die het voorwerp kunnen uitmaken van een beeldopname, als van de personeelsleden die er gebruik van maken, te garanderen. 

De  politiezone Lokeren zal de RPAS en de beelden die de RPAS maken enkel gebruiken in uitvoering van de politionele opdrachten, zoals bepaald in de artikelen 14 en 15 Wet op het politieambt (WPA) en mits de beperkingen en overeenkomstig de voorwaarden die de WPA oplegt. Meer bepaald gaat het om de volgende taken:

•    Taken van bestuurlijke politie (het gebruik wordt beperkt tot de tussenkomsten in publiek toegankelijke (niet) besloten plaatsen):

o    Crowd control (aangekondigde publieke evenementen, betogingen, grote sportmanifestaties,…)

o    Bestuurlijke informatie inwinnen over geradicaliseerde personen en/of terroristische groepen

o    Verkeer (overzichtsfoto maken van kruispunten opdat ongevallenschetsen zo accuraat mogelijk kunnen worden gemaakt, knelpunten en verkeersstromen in kaart brengen…)

o    Ondersteuning bij de voorbereiding of uitvoering van een bestuurlijke actie bv. het in kaart brengen van een plaats controle, situatieschets, …

o    Beeldvorming m.b.t. overlastplaatsen in de zone

o    Handhaving van de openbare orde tijdens gerechtelijke acties

o    Beeldvorming bij incidenten en rampen met het oog op het beheersen van het incident/ramp (steeds in overleg met andere disciplines)

o    Niet aangekondigde samenscholingen

•    Taken van gerechtelijke politie (gebruik wordt beperkt tot de duur van de interventie):

o    Ondersteuning bij de voorbereiding van een gerechtelijke actie bv. het in kaart brengen van een plaats delict, situatieschets, …

o    Ondersteuning bij de uitvoering van een gerechtelijke actie

o    Beeldvorming van (grote) verkeersongevallen

o    Beeldvorming bij incidenten en rampen met het oog op de verzameling van gerechtelijke bewijsvoering 

o    Hulpmiddel bij niet-geplande acties (zoeken naar vermiste personen, reddingsactie…)

•    Andere taken:

o    Test- en trainingsvluchten

o    Statistische onderzoeken (opstellen van de veiligheidsplannen – deze beelden zijn steeds geanonimiseerd)

o    Public relations, na anonimiseren van de beelden

o    Opleidingsdoeleinden, na anonimiseren van de beelden

De inzet van de RPAS in besloten plaatsen (al dan niet toegankelijk voor het publiek) is beperkt tot de duur van de interventie, waarbij onder interventie wordt verstaan ‘een politionele hulpverlening of tussenkomst, uitgevoerd op eigen initiatief (ambtshalve) of op vraag van interne politiedienst (recherche, wijkdienst, …) of externe partner (burger, brandweer, gemeente, …).

De camera’s op de drone zullen principieel gericht zijn op de openbare weg (openbare ruimte) of op plaatsen met een openbaar karakter. In de niet voor publieke toegankelijke besloten plaatsen zal de politiezone Lokeren geen preventief toezicht uitvoeren. De RPAS worden in principe ook enkel ingezet op de niet voor het publiek toegankelijke besloten plaatsen (privéruimten) op vordering van het openbaar ministerie of de onderzoeksrechter. Zonder machtiging van de bevoegde magistraat wordt door de politiezone Lokeren niet actief gespeurd naar vaststellingen in woningen of aanhorigheden (tuinen). 

De inzet van RPAS dient louter ter ondersteuning van de dagdagelijkse politiewerking en beoogt o.m. het verhogen van de kwaliteit van vaststellingen en tussenkomsten en een efficiëntere aansturing van de ploegen op het terrein.

Door de inzet van de RPAS kan de politie sneller en efficiënter tussenkomen, opsporingen verrichten, toezicht houden op (nood)situaties of deze monitoren en/of beheersen en kan dit type camera de inzet van andere middelen mee ondersteunen. De drone is daarbij een aanvullend hulp- en ondersteuningsmiddel waardoor de politiewerking en -toezicht efficiënter, sneller en kwaliteitsvoller wordt. 

Richtlijn (EU) 2016/680 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door bevoegde autoriteiten met het oog op de voorkoming, het onderzoek, de opsporing en de vervolging van strafbare feiten of de tenuitvoerlegging van straffen, en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Kaderbesluit 2008/977/JBZ van de Raad;

Wet op het Politieambt van 5 augustus 1992;

Wet van 21 maart 2018 tot wijziging van de wet op het politieambt om het gebruik van camera’s door de politiediensten te regelen, en tot wijziging van de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, van de wet van 30 november 1998 houdende regeling van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten en van de wet van 2 oktober 2017 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid;

Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens; 

K.B. van 8 november 2020 tot uitvoering van Uitvoeringsverordening (EU) 2019/947 van 24 mei 2019 inzake de regels en procedures voor de exploitatie van onbemande luchtvaartuigen;

Ministeriele Omzendbrief van 25 juni 2019 tot regeling van het gebruik van drones door politie- en hulpdiensten.

Door de interne verschuiving van een inspecteur van politie van de dienst interventie naar de dienst verkeer en dit vanaf 1 februari 2022, komt er een betrekking vrij van inspecteur van politie - dienst interventie. De korpschef stelt voor om deze betrekking vacant te verklaren.

Vanaf 1 februari 2022 neemt een inspecteur van politie van de dienst interventie zijn  ambt terug op.

Voorheen was deze inspecteur tewerkgesteld op de dienst interventie maar legde vrijwillig zijn ambt neer bij besluit burgemeester van 26 juli 2021. Bijgevolg werd deze betrekking vacant verklaard bij besluit gemeenteraad van 13 september 2021. Deze vacant verklaarde plaats werd echter nooit gepubliceerd in de mobiliteit. In onderling overleg wordt de inspecteur van politie van de dienst interventie intern verschoven naar dienst verkeer en dit vanaf 1 februari 2022. Deze interne verschuiving naar de dienst verkeer zorgt er voor dat de betrekking binnen de dienst interventie opnieuw vacant verklaard moet worden. 

1° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om de betrekking van de inspecteur interventie vacant te verklaren. 

Het betreft geen betrekking zoals bedoeld in art 6.2.12 bis van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 noch een gespecialiseerde betrekking.

2° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om volgende selectiewijze vast te stellen:

- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de korpschef of zijn gemachtigde.

- het inwinnen, per kandidaat, van het gemotiveerd advies van de korpschef.

- de betrekking niet te begeven naar anciënniteit van de kandidaten.

- om een wervingsreserve aan te leggen voor een gelijkwaardige functionaliteit;

4° dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;

Aan de raad wordt gevraagd om akkoord te gaan met de voorgestelde vacantverklaring en de vooropgestelde selectiewijze en het aanleggen van een wervingsreserve voor een gelijkwaardige functionaliteit die geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus.

De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;

Het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;

Het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;

De Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;

De Omzendbrief GPI 15quinquies van 6 april 2005 betreffende het vacant verklaren van betrekkingen in het raam van de mobiliteitsprocedure bij de geïntegreerde politie, gestructureerd op 2 niveaus;

De Omzendbrief GPI 73 betreffende de aanwerving, de selectie en de opleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten;

Het Gemeenteraadsbesluit van 29 november 2021 met betrekking tot de aanpassing personeelsformatie van het operationeel en CaLog kader.

Bij besluit Burgemeester dd. 17 mei 2021 werd kennis genomen van de benoeming van een inspecteur interventie die via mobiliteit intern verschuift naar de functie van drughondgeleider. Deze inspecteur was voorheen tewerkgesteld als inspecteur van politie - dienst interventie. De  korpschef stelt voor om deze betrekking vacant te verklaren.

1° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om de betrekking van inspecteur van politie - dienst interventie vacant te verklaren. 

Het betreft geen betrekking zoals bedoeld in art 6.2.12 bis van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 noch een gespecialiseerde betrekking.

2° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om volgende selectiewijze vast te stellen:

- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de korpschef of zijn gemachtigde.

- het inwinnen, per kandidaat, van het gemotiveerd advies van de korpschef.

- de betrekking niet te begeven naar anciënniteit van de kandidaten.

- om een wervingsreserve aan te leggen voor een gelijkwaardige functionaliteit;

4° dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;

Aan de raad wordt gevraagd om akkoord te gaan met de voorgestelde vacantverklaring en de vooropgestelde selectiewijze en het aanleggen van een wervingsreserve voor een gelijkwaardige functionaliteit die geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus.

De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;

Het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;

Het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;

De Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;

De Omzendbrief GPI 15quinquies van 6 april 2005 betreffende het vacant verklaren van betrekkingen in het raam van de mobiliteitsprocedure bij de geïntegreerde politie, gestructureerd op 2 niveaus;

De Omzendbrief GPI 73 betreffende de aanwerving, de selectie en de opleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten;

Het Gemeenteraadsbesluit van 29 november 2021 met betrekking tot de aanpassing personeelsformatie van het operationeel en CaLog kader.

Door de interne verschuiving van twee inspecteurs van de dienst interventie naar de dienst verkeer en dit vanaf 1 april 2022, komen er twee betrekkingen vrij van inspecteur van politie - dienst interventie. De korpschef stelt voor om deze betrekkingen vacant te verklaren.

1° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om de twee betrekkingen van inspecteur van politie - dienst interventie vacant te verklaren. 

Het betreft geen betrekking zoals bedoeld in art 6.2.12 bis van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 noch een gespecialiseerde betrekking.

2° De heer Dirk De Paepe, korpschef, stelt voor om volgende selectiewijze vast te stellen:

- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de korpschef of zijn gemachtigde.

- het inwinnen, per kandidaat, van het gemotiveerd advies van de korpschef.

- de betrekking niet te begeven naar anciënniteit van de kandidaten.

- om een wervingsreserve aan te leggen voor een gelijkwaardige functionaliteit;

4° dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;

Aan de raad wordt gevraagd om akkoord te gaan met de voorgestelde vacantverklaringen en de vooropgestelde selectiewijze en het aanleggen van een wervingsreserve voor een gelijkwaardige functionaliteit die geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus.

De Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;

Het Koninklijk Besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;

Het Koninklijk Besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;

De Omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;

De Omzendbrief GPI 15quinquies van 6 april 2005 betreffende het vacant verklaren van betrekkingen in het raam van de mobiliteitsprocedure bij de geïntegreerde politie, gestructureerd op 2 niveaus;

De Omzendbrief GPI 73 betreffende de aanwerving, de selectie en de opleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten;

Het Gemeenteraadsbesluit van 29 november 2021 met betrekking tot de aanpassing personeelsformatie van het operationeel en CaLog kader.