Gelet op de notulen en het zittingsverslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 13 september 2021;
Gelet op de vigerende wetgeving;
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 13 september 2021 werden opgemaakt conform de artikelen 32 en 278 van het Decreet Lokaal Bestuur.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd de notulen en het zittingsverslag goed te keuren.
De notulen en het zittingsverslag van de vergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 13 september 2021 worden goedgekeurd.
Gelet op artikel 177 van het decreet lokaal bestuur (DLB) van 22 december 2017 waarbij de financieel directeur in volle onafhankelijkheid rapporteert over de volgende aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau:
Gelet op het financieel rapport dat een financiële en inhoudelijke analyse biedt op boekjaar 2020 en een vooruitblik op het boekjaar 2021 op vlak van bovenstaande aangelegenheden;
Conform artikel 177 van het decreet lokaal bestuur (DLB) van 22 december 2017 rapporteert de financieel directeur in volle onafhankelijkheid over de volgende aangelegenheden aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, en aan het vast bureau:
Dit financieel rapport betreft een financiële en inhoudelijke analyse over het boekjaar 2020 en, waar het een meerwaarde kan bieden, een vooruitblik op het boekjaar 2021 op vlak van bovenstaande aangelegenheden.
Het vast bureau nam kennis van het financieel rapport van 2020 op 11 oktober 2021.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd kennis te nemen van het financieel rapport van 2020.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van het financieel rapport 2020.
Overwegende dat het decreet lokaal bestuur de inhoudelijke rapportering naar de raad versterkt en de verplichting oplegt om tussentijds te rapporteren over de uitvoering van het meerjarenplan;
Overwegende dat de opvolgingsrapportering een onderdeel is van de beleids- en beheerscyclus maar geen beleidsrapport is;
Gelet op de opvolgingsrapportering 2021 van Stad en OCMW Lokeren;
Gelet op artikel 171, 176 en 263 van het Decreet Lokaal Bestuur;
In het verleden moesten de raadsleden zich in de praktijk meerdere keren per jaar uitspreken over bijsturingen van de planning, in de vorm van een budgetwijziging en/of een aanpassing van het meerjarenplan. Die talrijke aanpassingen van de planningsdocumenten vormden een zware administratieve last, zorgden voor verwarring bij de raadsleden en gaven onvoldoende invulling aan hun reële informatiebehoeften. De rapporten die ze te zien kregen bevatten vooral informatie over de uitvoering van de kredieten en de noodzaak tot aanpassing ervan (de autorisatie), terwijl de raadsleden eerder geïnteresseerd zijn in de stand van zaken van de uitvoering van het geplande beleid.
Daarom beperkt de regelgever voortaan de verplichte rapportering aan de raad omwille van kredietwijzigingen en autorisatie. Het budget als afzonderlijk beleidsrapport is afgeschaft. De vaststelling van de kredieten en de autorisatie zijn geïntegreerd in het meerjarenplan en de verplichte jaarlijkse aanpassingen daarvan. Daarnaast trekt het Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 ook het niveau op waarop de raad autorisatie geeft op.
Die ingrepen hebben tot gevolg dat de raadsleden zich minder vaak zullen moeten uitspreken over planningsrapporten. Maar de raad moet uiteraard wel zijn rol van democratisch controleorgaan ten volle kunnen blijven invullen. Die controlefunctie moet dan niet in eerste instantie gericht zijn op de kredietbewaking, maar wel op de opvolging van de uitvoering van de planning en de realisatie van de beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties. Daarom versterkt de decreetgever de inhoudelijke rapportering naar de raad en legt hij de verplichting op om tussentijds te rapporteren over de uitvoering van het meerjarenplan. Die opvolgingsrapportering is een onderdeel van de beleids- en beheerscyclus maar is geen beleidsrapport.
Aan de Raad voor Maatschappelijke Welzijn wordt gevraagd de opvolgingsrapportering 2021 voor Stad & OCMW Lokeren vast te stellen.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de opvolgingsrapportering 2021 voor Stad & OCMW Lokeren vast.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur of DLB genoemd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen of BVR BBC 2020 genoemd;
Gelet op het Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen, de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen of MB BBC 2020 genoemd;
Gelet op omzendbrief KB/BJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 houdende de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus;
Overwegende dat de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 werd besproken op het managementteam van 30 september 2021;
Overwegende dat de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 ter kennisname werd geagendeerd op het vast bureau van 11 oktober 2021;
Overwegende dat de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 werd besproken op de financiële commissie van 18 oktober 2021 en werd geadviseerd;
Overwegende dat de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 voldoet aan de evenwichtscriteria;
Overwegende dat op basis van schema M2, de staat van het financieel evenwicht, blijkt dat het beschikbaar budgettair resultaat, de autofinancieringsmarge en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge voor de jaren 2020-2025 positief zijn;
Overwegende dat de voorgelegde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 in overeenstemming is met de regels van DLB, BVR BBC2020, MB BBC2020 en de richtlijnen van de omzendbrief KB/BJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020;
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 werd besproken op het managementteam op 30 september 2021 en op het vast bureau van 11 oktober 2021.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 zal besproken en geadviseerd worden op de financiële commissie van 18 oktober 2021.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 voldoet aan de evenwichtscriteria. Op basis van schema M2, de staat van het financieel evenwicht, blijkt dat het beschikbaar budgettair resultaat, de autofinancieringsmarge en de gecorrigeerde autofinancieringsmarge voor de jaren 2020-2025 positief zijn.
De voorgelegde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 is opgemaakt in overeenstemming met de regels van DLB, BVR BBC2020, MB BBC2020 en de richtlijnen van de omzendbrief KB/BJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 wordt vastgesteld.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025: 2021-2 bestaande uit de wijzigingen strategische nota, de financiële nota en de aangepaste toelichting wordt in zijn geheel vastgesteld volgens het voorliggende beleidsdocument.
De aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 gebeurt uitsluitend voor juridische entiteit OCMW en betreft de kredieten in bijlage.
Het beleidsrapport wordt gepubliceerd op de website van de stad Lokeren.
Afschrift van dit besluit wordt in het kader van het algemeen administratief toezicht binnen 10 dagen via het digitaal loket overgemaakt aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen en aan de Vlaamse Regering.
Het digitaal beleidsrapport wordt in het kader van het algemeen administratief toezicht via BBCDR overgemaakt aan de Gouverneur van Oost-Vlaanderen en aan de Vlaamse Regering.
Gelet op artikel 77, derde lid van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat de raad voor maatschappelijk welzijn de reglementen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vaststelt.
Gelet op artikel 78, tweede lid, 3° van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat het vaststellen van andere reglementen dan die over personeelsaangelegenheden niet aan het vast bureau kan worden toevertrouwd.
Overwegende dat er op 28 februari 1983 door de raad voor maatschappelijk welzijn voor de eerste maal de tarifering voor het behandelen van linnen door de centrale wasserij van het OCMW Lokeren werd bepaald en de laatste aanpassing aan de tarifering dateert van 23 juni 2016.
Gelet op het feit dat een verdere actualisering sinds 2017 uitblijft, dat niet-actualiseren van de tarifering een negatief effect op de financiering van OCMW Lokeren met zich meebrengt en de recuperatie van de gemaakte netto-kosten op onvoldoende wijze gerecupereerd kan worden.
Overwegende dat de financieel directeur vraagt, conform artikel 177, tweede lid, 2° van het Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat de financieel directeur in volle onafhankelijk instaat voor het debiteurenbeheer, in het bijzonder de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten, om het voorstel van tarifering vast te stellen op basis van de gemaakte kostprijsberekening en zo het financieel evenwicht van Stad & OCMW Lokeren te kunnen bewaken:
| Omschrijving | Tarief 23 juni 2016 | Nieuwe tarifering | Verschil |
| Waskost per kilo | 1,16 EUR/kg | 1,42 EUR/kg | 0,26 EUR/kg |
| Opstrijken categorie A | 0,17 EUR/stuk | 0,26 EUR/stuk | 0,09 EUR/stuk |
| Opstrijken categorie B | 0,33 EUR/stuk | 0,53 EUR/stuk | 0,20 EUR/stuk |
| Opstrijken categorie C | 0,66 EUR/stuk | 1,06 EUR/stuk | 0,40 EUR/stuk |
| Opstrijken categorie D | 1,16 EUR/stuk | 1,85 EUR/stuk | 0,69 EUR/stuk |
| Razanten | 0,13 EUR/stuk | 0,13 EUR/stuk | 0,00 EUR/stuk |
| Andere prestaties | 9,93 EUR/uur | 15,83 EUR/uur | 5,90 EUR/uur |
Cat. 1: keukenhanddoeken, tafeltapijten, werkbroeken, boxershorts en zakdoeken.
Cat. 2: herenhemden, personeelsschorten, pyjamabroeken, pyjamavesten, T-shirts, slaapkleedjes, topje/onderhemd, sjaal, short/bermuda, polo en kussensloop.
Cat. 3: herenbroeken, herenvesten, damesrokken, trui/gilet/T-shirt lange mouw, kamerjas en kleed.
Cat. 4: (over)gordijnen en dekbek.
Overwegende dat de calculatie een kostprijsberekening betreft die enkel het boekhoudkundig exploitatieverlies van de werking van de centrale wasserij in 2020 gaat compenseren door het tarief met ingang vanaf 1 januari 2022 te laten ingaan.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd de tarifering vast te stellen.
Op 28 februari 1983 werd door de RMW voor de eerste maal de tarifering voor het behandelen van linnen door de centrale wasserij van het OCMW Lokeren bepaald. De laatste aanpassing aan de tarifering dateert van 23 juni 2016. Een actualisering van de tarifering bleef sinds 2017 uit.
Het niet-actualiseren van de tarifering brengt een negatief effect op de financiering van OCMW Lokeren met zich mee aangezien de recuperatie van de gemaakte netto-kosten op onvoldoende wijze gerecupereerd kunnen worden.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd de geactualiseerde tarifering vast te willen stellen.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de nieuwe tarifering vast.
Gelet op artikel 77, derde lid van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat de raad voor maatschappelijk welzijn de reglementen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn vaststelt.
Gelet op artikel 78, tweede lid, 3° van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat het vaststellen van andere reglementen dan die over personeelsaangelegenheden niet aan het vast bureau kan worden toevertrouwd.
Overwegende dat er op 4 februari 2010 door het Bijzonder Comité Welzijn voor de eerste maal de tarifering voor het behandelen van linnen en retouches door het strijkatelier van het OCMW Lokeren werd bepaald en de laatste aanpassing aan de tarifering dateert van 28 februari 2013.
Gelet op het feit dat een verdere actualisering sinds 2014 uitblijft, dat niet-actualiseren van de tarifering een negatief effect op de financiering van OCMW Lokeren met zich meebrengt en de recuperatie van de gemaakte netto-kosten op onvoldoende wijze gerecupereerd kan worden.
Overwegende dat de financieel directeur vraagt, conform artikel 177, tweede lid, 2° van het Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017, dat stelt dat de financieel directeur in volle onafhankelijk instaat voor het debiteurenbeheer, in het bijzonder de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten, om het voorstel van tarifering vast te stellen op basis van de gemaakte kostprijsberekening en zo het financieel evenwicht van Stad & OCMW Lokeren te kunnen bewaken.
Gelet op de tariferingscalculatie van het sectorhoofd Burgerzaken, Welzijn en Onderwijs en overwegende dat de calculatie een kostprijsberekening betreft die het boekhoudkundig exploitatieverlies van de werking van het strijkatelier in 2020 gaat compenseren door het tarief met ingang vanaf 1 januari 2022 te laten ingaan.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd de tarifering vast te stellen.
Op 4 februari 2010 werd door het Bijzonder Comité Welzijn voor de eerste maal de tarifering voor het behandelen van linnen en retouches door het strijkatelier van het OCMW Lokeren bepaald. De laatste aanpassing aan de tarifering dateert van 28 februari 2013. Een actualisering van de tarifering bleef sinds 2014 uit.
Het niet-actualiseren van de tarifering brengt een negatief effect op de financiering van OCMW Lokeren met zich mee aangezien de recuperatie van de gemaakte netto-kosten op onvoldoende wijze gerecupereerd kunnen worden.
Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd de geactualiseerde tarifering vast te willen stellen.
De raad voor maatschappelijk welzijn stelt de nieuwe tarifering vast.
Overwegende dat er een aantal wijzigingen worden voorgesteld aan de organisatiestructuur en personeelsformatie van de afdeling welzijn, zoals laatst vastgesteld bij raadsbesluit van 25 januari 2021;
dat in het voorstel wordt geopteerd om de functie van afdelingshoofd welzijn te schrappen en dit op te vangen door een reeks van wijzigingen; dat dit als doel heeft de communicatielijnen te verkorten door één hiërarchisch niveau uit te schakelen en tegelijk het middenniveau te versterken en te responsabiliseren; dat de functie van het afdelingshoofd welzijn zowel door het sectorhoofd als door de bestuursmedewerker en de huidige en toekomstige diensthoofden collectief zal worden opgevangen;
Overwegende dat wordt voorgesteld om de afdeling welzijn onder te verdelen in volgende aparte diensten met telkens een leidinggevende aan het hoofd, nl.
Overwegende dat de dienst onthaal wordt hernoemd naar dienst zorg en preventie, dat deze dienst zich focust op de huidige taken van de dienst onthaal rond dienstverlening thuiszorg en de aansturing van het nieuwe lokaal dienstencentrum meeneemt; dat ook de baliewerking tot deze dienst behoort; dat deze baliewerking geïntegreerd is in de administratieve ondersteuning van de thuiszorgdiensten; dat preventieve gezondheidszorg en de eerstelijnszorgzone ook hier terecht komen;
dat wordt voorgesteld twee functies van maatschappelijk werker over te hevelen van het (huidige) team onthaal naar de dienst maatschappelijk werk (= huidige team begeleiding);
Overwegende dat de dienst samenleving zich focust o.a. op armoede en integratie en voor dit luik hernoemd wordt naar ‘dienst diversiteit en participatie’; dat een klein deel van de huidige werking overhevelt naar zorg en preventie hierboven genoemd, en een substantieel gedeelte van de huidige dienst samenleving de nieuwe dienst onderwijs en opgroeien (zie onderstaand) vormt; dat de dienst diversiteit en participatie zich focust op de werkingen rond armoedebestrijding, integratie/diversiteit en gelijke kansen;
Overwegende dat ook de sociale kruidenier hier deel van zal uitmaken; dat er wordt voorgesteld om hiervoor 0,5 fte consulent samenleving – contractueel toe te voegen aan deze dienst; dat tevens wordt voorgesteld om de huidige functie van consulent erkende vluchtelingen op te splitsen in 0,5 fte maatschappelijk werker (dienst maatschappelijk werk – reeds voorzien in OCMW-formatie) en 0,5 fte consulent samenleving (dienst participatie);
Overwegende dat daarnaast wordt voorgesteld om de functiebenaming van integratieambtenaar (B1-B3) te wijzigen naar consulent samenleving (B1-B3); dat de werking van de integratieambtenaar zich namelijk niet enkel beperkt tot het domein integratie, maar een brede diversiteit die meer doelgroepen omvat, in het kader van inclusiviteit (gender, personen in armoede, mensen met migratieachtergrond, personen met een beperking); dat dit bovendien betekent dat soepeler tussen en over de teams heen kan gewerkt worden, beter kan ingespeeld worden op afwezigheden, en bredere, generiekere wervingsreserves kunnen worden aangelegd;
Overwegende dat deze dienst het flankerend onderwijsbeleid, de brugfiguren en de werking van het Huis van het Kind overkoepelt; dat deze taken momenteel binnen de dienst samenleving vallen; dat het diensthoofd van deze nieuwe dienst tevens contactpersoon en link binnen de stad is met de kinderdagverblijven van de EVA Gezinswelzijn;
dat de buitenschoolse kinderopvang wordt overgeheveld naar de sector van vrije tijd, sport en jeugd en dan direct onder de stad (sport en jeugd) valt en niet langer onder de EVA;
Overwegende dat de dienst begeleiding wordt hernoemd naar ‘dienst maatschappelijk werk’; dat binnen deze dienst de intake anders georganiseerd kan worden, bv. met een beurtrol van alle maatschappelijk werkers (eventueel allen die dit wensen), zodat ook de eenzijdigheid van sommige jobs in begeleiding doorbroken kan worden; dat zoals hoger vermeld ook twee functies van maatschappelijk werker (onthaal) worden overgeheveld naar deze dienst; dat voorbereiding, deelname en opvolging van het BCSD volledig bij de dienst maatschappelijk werk terecht komt;
dat voormelde een verzwaring betekent van de opdracht van het diensthoofd begeleiding, en bijgevolg wordt voorgesteld om deze functie op te waarderen van niveau B4-B5 naar A1a-A3a (diensthoofd maatschappelijk werk), en de toegenomen opdrachten tevens op te vangen door een extra halftijdse maatschappelijk werker (B1-B3) toe te voegen aan deze dienst;
dat tevens wordt voorgesteld om één voltijdse functie van maatschappelijk werker (B1-B3) op te waarderen naar het niveau van hoofd maatschappelijk werker (B4-B5) die gedeeltelijk wordt vrijgesteld van dossiers ter ondersteuning van het diensthoofd en als back-up het BCSD zal opvolgen en het diensthoofd zal ondersteunen; dat zowel de korte dienstverlening als de langlopende begeleiding dus onder deze dienst maatschappelijk werk valt, dat er zo een eenheid van aansturing komt van het maatschappelijk werk;
Overwegende dat de huidige bestuursmedewerker (B1-B3) nauw samenwerkt met het sectorhoofd en verantwoordelijkheid opneemt op het vlak van beleidsplannen, coördinatie, vernieuwing en budget; dat deze bijvoorbeeld ook trekker is van het project van het welzijnshuis aan de Grote Kaai; dat er wordt voorgesteld om deze functie op te waarderen naar niveau B4-B5 en te hernoemen naar beleidsmedewerker;
Overwegende dat de diensthoofden en de beleidsmedewerker rechtstreeks rapporteren aan het sectorhoofd burgerzaken, welzijn en onderwijs; dat de diensthoofden geresponsabiliseerd worden voor hun domein op een integrale manier; dat er bovendien de dynamiek is van het traject richting het nieuwe welzijnshuis: alle diensten van welzijn zullen daar onder één dak kunnen samenwerken op een optimale manier;
Overwegende dat uit wat voorafgaat, volgende wijzigingen aan de personeelsformatie van de afdeling welzijn (OCMW) worden voorgesteld:
Dienst zorg en preventie
Dienst diversiteit en participatie
Dienst maatschappelijk werk
Beleidsmedewerker
Overwegende dat overkoepelend wordt voorgesteld om het contigent administratief medewerker en assistent in overgangsregeling aan te passen binnen de diensten naar de werkelijke bezetting (afgerond) tijdens de laatste jaren;
dat er tevens wordt voorgesteld om overgangsregelingen te voorzien voor een aantal functies, zodat de huidige titularissen aangesteld kunnen blijven in hun functie;
Overwegende dat de wijzigingen personeelsformatie stad wat betreft de afdeling welzijn op heden worden voorgelegd aan de gemeenteraad;
Gelet op het overleg in het managementteam van 17 juni 2021 en 5 augustus 2021, en het advies verstrekt in deze vergaderingen;
Gelet op de voorgestelde organogrammen;
Gelet op de budgettaire nota;
Gelet op de notulen van het syndicaal overlegcomité van 14 september 2021;
Gelet op het decreet lokaal bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 7 december 2007, zoals later gewijzigd, houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Er worden een aantal wijzigingen voorgesteld aan de organisatiestructuur en personeelsformatie van de afdeling welzijn.
In het voorstel wordt geopteerd om de functie van afdelingshoofd welzijn te schrappen en dit op te vangen door een reeks van wijzigingen met als doel de communicatielijnen te verkorten door één hiërarchisch niveau uit te schakelen en tegelijk het middenniveau te versterken en te responsabiliseren. De functie van het afdelingshoofd welzijn zal zowel door het sectorhoofd als door de bestuursmedewerker en de huidige en toekomstige diensthoofden collectief worden opgevangen.
Voorstel formatiewijziging: 1 fte afdelingshoofd welzijn (A4a-A4b) – statutair schrappen met overgangsregeling
Er wordt voorgesteld om de afdeling welzijn onder te verdelen in volgende aparte diensten met telkens een leidinggevende aan het hoofd, nl.
Dienst zorg en preventie (o.l.v. diensthoofd zorg en preventie)
Voorstel wijziging organisatiestructuur: 2 fte maatschappelijk werker overhevelen van het (huidige) team onthaal naar de dienst maatschappelijk werk (= huidige team begeleiding).
Voorstel formatiewijziging: 1 fte diensthoofd onthaal (B4-B5) – contractueel herbenoemen naar diensthoofd zorg en preventie (B4-B5) - contractueel (= naamswijziging) met behoud van de bestaande overgangsregeling
Dienst diversiteit en participatie (o.l.v. diensthoofd diversiteit en participatie)
Voorstel formatiewijziging: 0,5 fte consulent samenleving (B1-B3) – contractueel toevoegen (sociale kruidenier)
Dienst onderwijs en opgroeien (o.l.v. diensthoofd onderwijs en opgroeien) = stadsformatie
Dienst maatschappelijk werk (diensthoofd maatschappelijk werk)
Voorstel formatiewijziging:
• 1 fte diensthoofd begeleiding (B4-B5) – statutair omzetten naar 1 fte diensthoofd maatschappelijk werk (A1a-A3a) – statutair
• 1 fte maatschappelijk werker (B1-B3) – statutair of contractueel – omzetten naar 1 fte hoofd maatschappelijk werker (B4-B5). In overgangsregeling is 1 fte maatschappelijk werker (B1-B3) - statutair of contractueel – uitdovend. Het schrappen van deze uitdovende functie kan evenwel pas worden geformaliseerd in een later raadsbesluit (afhankelijk van het statuut van de titularis).
• 0,5 fte maatschappelijk werker (B1-B3) – contractueel toevoegen; deze functie blijft geblokkeerd tot zolang de functie van hoofd maatschappelijk werker niet is ingevuld
Beleidsmedewerker
Voorstel formatiewijziging: 1 fte bestuursmedewerker (B1-B3) contractueel omzetten naar 1 fte beleidsmedewerker (B4-B5) – contractueel
Overkoepelend wordt voorgesteld om het contigent administratief medewerker en assistent in overgangsregeling aan te passen binnen de diensten naar de werkelijke bezetting (afgerond) tijdens de laatste jaren.
Voormelde wijzigingen werden voorgelegd aan het managementteam op 17 juni 2021 en 5 augustus 2021, en aan het syndicaal overlegcomité op 14 september 2021.
Aan de raad wordt gevraagd om de aanpassingen In de personeelsformatie van de afdeling welzijn goed te keuren.
In de personeelsformatie van de afdeling welzijn volgende aanpassingen door te voeren :
Het algemeen organogram en de organogrammen van de afdeling welzijn aan te passen en vast te stellen zoals voorgesteld.
- Rekening houdend met de hiervoor genomen beslissingen, de personeelsformatie afdeling welzijn vastgesteld bij zijn beslissing van 25 januari 2021, aan te passen en vast te stellen zoals hierna volgt. De betrekkingen zijn uitgedrukt in voltijdse equivalenten.
STATUTAIRE BETREKKINGEN
NIVEAU A
RANG Av
1 diensthoofd maatschappelijk werk A1a-A3a
NIVEAU B
RANG Bv
Graad deskundige
5 maatschappelijk werker B1-B2-B3
NIVEAU C
RANG Cv
Graad administratief medewerker
2 administratief medewerker C1-C2-C3
CONTRACTUELE OF STATUTAIRE BETREKKINGEN
NIVEAU B
RANG Bx
1 hoofd maatschappelijk werker B4-B5
CONTRACTUELE BETREKKINGEN
NIVEAU A
RANG Av
Graad bestuurssecretaris
1 jurist A1a-A2a-A3a
NIVEAU B
RANG Bx
Graad Hoofddeskundige
1 diensthoofd zorg en preventie B4-B5
1 beleidsmedewerker B4-B5
NIVEAU B
RANG Bv
Graad deskundige
0,5 consulent samenleving B1-B2-B3
8,5 maatschappelijk werker B1-B2-B3
NIVEAU C
RANG Cv
Graad administratief medewerker
3 administratief medewerker C1-C2-C3
NIVEAU E
Graad technisch beambte
3.458u op jaarbasis schoonmaak E1-E2-E3
14,5 poetshulp aan huis E1-E2-E3
STATUTAIRE BETREKKINGEN SOCIALE MARIBEL
NIVEAU B
RANG Bv
Graad deskundige
2 maatschappelijk werker B1-B2-B3
CONTRACTUELE BETREKKINGEN SOCIALE MARIBEL
NIVEAU B
RANG Bv
Graad deskundige
0,5 maatschappelijk werker B1-B2-B3
1 consulent samenleving B1-B2-B3
0,5 centrumleider lokaal dienstencentrum B1-B2-B3
NIVEAU C
RANG Cv
Graad administratief medewerker
3,5 administratief medewerker C1-C2-C3
NIVEAU E
Graad technisch beambte
1 chauffeur E1-E2-E3
1,75 poetshulp aan huis E1-E2-E3
CONTRACTUELE BETREKKINGEN FISCALE MARIBEL
NIVEAU B
RANG Bv
Graad deskundige
1 maatschappelijk werker B1-B2-B3
NIVEAU E
Graad technisch beambte
0,5 poetshulp aan huis E1-E2-E3
CONTRACTUELE BETREKKINGEN SINE LDE
NIVEAU E
Graad technisch beambte
0,8 chauffeur E1-E2-E3
BEZETTE STATUTAIRE BETREKKINGEN IN OVERTAL EN IN OVERGANGSREGELING
- 1 fte afdelingshoofd welzijn A4a-A4b
- 1 fte diensthoofd begeleiding B4-B5 (blokkeert 1 fte diensthoofd maatschappelijk werk A1a-A3a)
*Rekening houdend met deze beslissingen, volgende overgangsbepalingen vast te stellen:
- 1 fte afdelingshoofd welzijn A4a-A4b is uitdovend, en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot de uitdiensttreding van de huidige titularis.
- 1 fte diensthoofd begeleiding B4-B5 is uitdovend, en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot de benoeming van de huidige titularis als diensthoofd maatschappelijk werk met salarisschaal A1a-A2a-A3a of uiterlijk tot het vrijkomen van de eerstgenoemde functie. Indien de huidige titularis diensthoofd begeleiding met salarisschaal B4-B5 niet wordt benoemd tot diensthoofd maatschappelijk werk met salarisschaal A1a-A2a-A3a, blijft deze laatste functie geblokkeerd tot het vrijkomen van de functie van diensthoofd begeleiding met salarisschaal B4-B5.
BEZETTE STATUTAIRE OF CONTRACTUELE BETREKKINGEN IN OVERTAL EN IN OVERGANGSREGELING
- 1 fte maatschappelijk werker B1-B3 (blokkeert 1 fte hoofd maatschappelijk werker B4-B5)
*Rekening houdend met deze beslissingen, volgende overgangsbepaling vast te stellen:
- 1 fte maatschappelijk werker B1-B3 (statutair of contractueel) is uitdovend en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot de benoeming of aanstelling van één van de huidige titularissen als hoofd maatschappelijk werker met salarisschaal B4-B5 of uiterlijk tot het vrijkomen van de eerstgenoemde functie. Indien geen van de huidige titularissen maatschappelijk werker met salarisschaal B1-B3 wordt benoemd tot of aangesteld als hoofd maatschappelijk werker met salarisschaal B4-B5, blijft deze laatste functie geblokkeerd tot het vrijkomen van 1 functie van maatschappelijk werker met salarisschaal B1-B3, en blijft tevens 0,5 fte maatschappelijk werker B1-B2-B3 in de contractuele formatie geblokkeerd. Deze functie wordt gedeblokkeerd bij het invullen van de functie van hoofd maatschappelijk werker B4-B5.
BEZETTE CONTRACTUELE BETREKKINGEN IN OVERTAL EN IN OVERGANGSREGELING
- 1 fte diensthoofd zorg en preventie A1a-A2a-A3a (blokkeert de contractuele betrekking van diensthoofd zorg en preventie B4-B5)
- 1 fte bestuursmedewerker B1-B2-B3 (blokkeert 1 fte beleidsmedewerker B4-B5)
- 2 fte administratief assistent D1-D2-D3 (blokkeren 2 contractuele betrekkingen administratief medewerker C1-C2-C3)
- 0,5 fte administratief assistent projectwerking D1-D2-D3
- 0,5 tolk Marokkaans D1-D2-D3
*Rekening houdend met deze beslissingen, volgende overgangsbepalingen vast te stellen:
- 1 fte diensthoofd zorg en preventie A1a-A2a-A3a is uitdovend en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot het vrijkomen van deze functie. 1 diensthoofd zorg en preventie B4-B5 blijft geblokkeerd tot het vrijkomen van de betrekking van diensthoofd zorg en preventie A1a-A2a-A3a.
- 1 fte bestuursmedewerker B1-B3 is uitdovend en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot de aanstelling van de huidige titularis als beleidsmedewerker met salarisschaal B4-B5 of uiterlijk tot het vrijkomen van de eerstgenoemde functie. Indien de huidige titularis bestuursmedewerker met salarisschaal B1-B3 niet wordt aangesteld als beleidsmedewerker met salarisschaal B4-B5, blijft deze laatste functie geblokkeerd tot het vrijkomen van de functie van bestuursmedewerker met salarisschaal B1-B3.
- 2 fte administratief assistent D1-D2-D3 zijn uitdovend en worden bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot de aanstelling van de huidige titularissen in de functie van administratief medewerker C1-C2-C3 of uiterlijk tot het vrijkomen van eerstgenoemde functies. Indien een huidige titularis administratief assistent niet wordt aangesteld tot administratief medewerker C1-C2-C3, blijft deze laatste functie geblokkeerd tot het vrijkomen van de functie van administratief assistent D1-D2-D3.
- 0,5 fte administratief assistent projectwerking D1-D2-D3 is uitdovend en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot het vrijkomen ervan.
- 0,5 fte tolk Marokkaans D1-D2-D3 is uitdovend en wordt bij wijze van overgangsregeling vastgesteld tot het vrijkomen ervan.
Gelet op het decreet Lokaal Bestuur dd. 22.12.2017 art. 84 § 3 3°,
Gelet op het meerjarenplan 2020-2025.
Overwegende dat de 2 bedden voor crisisopvang in VZW Honingraat bij bezetting vaak voor langere duur benomen zijn,
dat OCMW Lokeren vaak wordt geconfronteerd met bijkomende vragen tot onmiddellijke nachtopvang, ook als bovenvermelde bedden bezet zijn.
Overwegende dat in het verleden dergelijke vragen vaak werden doorverwezen naar de nachtopvang van Gent, ingericht door stad Gent en inzake concrete werking waargenomen door CAW Oost-Vlaanderen,
dat de stad Gent heeft beslist om deze nachtopvang niet meer beschikbaar te stellen voor alle steden/gemeenten die niet behoren tot de eigen of onmiddellijk aanpalende eerstelijnszones en Lokeren dus geen beroep meer kan doen op de nachtopvang Gent.
Overwegende dat in het overleg lokale besturen - CAW Oost-Vlaanderen werd overeen gekomen dat nachtopvang Aalst zich wél nog zal openstellen voor andere (lees: verder gelegen) eerstelijnszones mits solidarisering van de kosten.
In het kader van opvang van daklozen heeft OCMW Lokeren sinds 1997 een overeenkomst met opvanghuis VZW Honingraat voor het vrijhouden van 2 bedden voor crisisopvang. Deze bedden zijn bij bezetting vaak voor langere duur benomen.
OCMW Lokeren wordt echter vaak geconfronteerd met bijkomende vragen tot onmiddellijke nachtopvang, ook als bovenvermelde bedden bezet zijn.
In het verleden werden dergelijke vragen vaak doorverwezen naar de nachtopvang van Gent, ingericht door stad Gent en inzake concrete werking waargenomen door CAW Oost-Vlaanderen. Stad Gent heeft beslist om deze nachtopvang niet meer beschikbaar te stellen voor alle steden/gemeenten die niet behoren tot de eigen of onmiddellijk aanpalende eerstelijnszones. Lokeren kan dus geen beroep meer doen op de nachtopvang Gent.
In het overleg lokale besturen - CAW Oost-Vlaanderen werd overeen gekomen dat nachtopvang Aalst zich wél nog zal openstellen voor andere (lees: verder gelegen) eerstelijnszones mits solidarisering van de kosten.
Gezien bovenstaande adviseert het team Wonen van de afdeling Welzijn om de overeenkomst bij wijze van proef voor één jaar af te sluiten. Na één jaar evaluatie van het gebruik, met beslissing van verderzetting of stopzetting mits opzegperiode van 6 maand.
Als bijlage ontwerp van het samenwerkingsakkoord ingaande op 01.01.2022.
Het samenwerkingsakkoord behelst een minimumpakket van 25 nachten aan 57,88,-euro/nacht, zijnde 1.447,- euro./jaar.
Aan de raad wordt gevraagd om het samenwerkingsakkoord 'nachtopvang Aalst' met CAW Oost-Vlaanderen VZW goed te keuren.
Het samenwerkingsakkoord 'nachtopvang Aalst' met CAW Oost-Vlaanderen VZW, Visserij 153, 9000 Gent, wordt goedgekeurd zoals in dit besluit opgenomen.