Terug
Gepubliceerd op 10/11/2020

2020_GR_00194 - Lokale Politie. Formatie van het operationeel personeel. Vacantverklaring van een betrekking van inspecteur van politie-drughondgeleider.

Gemeenteraad
ma 14/09/2020 - 20:00 Sport- en jeugdcomplex Sportlaan - fuifzaal
2020_GR_00194 - Lokale Politie. Formatie van het operationeel personeel. Vacantverklaring van een betrekking van inspecteur van politie-drughondgeleider. 2020_GR_00194 - Lokale Politie. Formatie van het operationeel personeel. Vacantverklaring van een betrekking van inspecteur van politie-drughondgeleider.

Motivering

Argumentatie

Gelet op het besluit van de Burgemeester nr. 267 d.d. 29 oktober 2019 waarbij een inspecteur van politie met ingang van 1 oktober 2020 voldoet aan de voorwaarden van een rustpensioen;

Overwegende dat deze inspecteur van politie voorheen tewerkgesteld was als inspecteur van politie op de dienst onthaal;

Dat deze betrekking van inspecteur van politie – dienst onthaal zal opgevuld worden door een interne verschuiving van een inspecteur van de dienst interventie naar de dienst onthaal;

Overwegende dat deze vrijkomende betrekking van inspecteur van politie – dienst interventie zal opgevuld worden door een interne verschuiving van een inspecteur-hondengeleider naar de dienst interventie;

Overwegende dat er bijgevolg met ingang van 1 oktober 2020 één betrekking van inspecteur met specialisatie drughondengeleider vacant is binnen de formatie van het operationeel personeel;


Overwegende dat onze zone nu kan beschikken over 4 patrouillehonden, waarvan een dual purpose (ook drughond);

Dat, gelet op het verdwijnen van het profvoetbal in de stad Lokeren, niet langer de noodzaak bestaat om nog 4 patrouillehonden aan te houden;

Dat, gelet op de criminaliteitscijfers, het interessant zou zijn om eerder te beschikken over een extra drughond:

Overwegende dat wij om operationele redenen best opteren voor een drughondgeleider;


Overwegende dat het een gespecialiseerde betrekking betreft;

Overwegende dat in deel VI, Titel II, hoofdstuk 2 van het KB d.d. 30 maart 2001, laatst gewijzigd bij K.B. van 14 april 2013, tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten bepalingen zijn opgenomen inzake de regeling van de mobiliteit;

Overwegende dat art. VI.II.15 van voornoemd koninklijk besluit bepaalt dat naast het vacant verklaren van de betrekking, de gemeenteraad ook beslist :

- of het gaat om een gespecialiseerde betrekking,

- over de wijze van selectie,

- of er een wervingsreserve wordt aangelegd voor een gelijkwaardige functionaliteit;

dat indien een beslissing genomen wordt om een wervingsreserve aan te leggen, alle in het raam van de mobiliteit geschikt bevonden kandidaten in principe worden opgenomen in de mobiliteitsreserve die geldt voor een zelfde functionaliteit;

dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;

Overwegende dat voorgesteld wordt om geen wervingsreserve vast te stellen;

Gelet op het KB van 14 april 2013 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten aangaande de eerste aanwijzing van de personeelsleden van het operationeel kader en het MB van 16 april 2013 tot wijziging van het UBPOL;

Gelet op de Nieuwe Gemeentewet;

Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;

Gelet op het K.B. van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;

Gelet op het KB van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;

Gelet op de ministeriële omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;

Gelet op de ministeriële omzendbrief GPI 73 van 14 mei 2013 betreffende de aanwerving, de selectie en de opleiding van de personeelsleden van het basiskader van de politiediensten;


Besluit

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

In de formatie van het operationeel personeel van de politie één betrekking van inspecteur van politie – drughondgeleider vacant te verklaren.

Het betreft een gespecialiseerde betrekking.

De betrekking niet te begeven naar anciënniteit van de kandidaten.


Artikel 2

Volgende selectiewijze vast te stellen:

- het inwinnen, per kandidaat, van het gemotiveerd advies van de korpschef onder wiens bevoegdheid de vacante betrekking valt;

- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de korpschef.


Artikel 3

Geen wervingsreserve aan te leggen voor een gelijkwaardige functionaliteit die geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus.