Gelet op zijn beslissing van heden waarbij de personeelsformatie, vastgesteld bij zijn besluit van 29 april 2019 zoals later gewijzigd, wordt aangepast en vastgesteld; dat het ingevolge dit besluit noodzakelijk is om de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel, vastgesteld bij beslissing van 1 februari 2010, zoals later gewijzigd, aan te passen;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van theatertechnicus (C1-C3) te voorzien;
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van theatertechnicus (C1-C3) binnen de graad technisch medewerker te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van theatertechnicus (C1-C3) te voorzien;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van preventiedeskundige (B1-B3) te voorzien;
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van preventiedeskundige (B1-B3) binnen de graad deskundige te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van preventiedeskundige (B1-B3) te voorzien;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van communicatiedeskundige (B1-B3) te voorzien;
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van communicatiedeskundige (B1-B3) binnen de graad deskundige te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van communicatiedeskundige (B1-B3) te voorzien;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van mobiliteitsconsulent (B1-B3) te voorzien;
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van mobiliteitsconsulent (B1-B3) binnen de graad deskundige te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van mobiliteitsconsulent (B1-B3) te voorzien;
Overwegende dat het in functie van de goede werking van de dienst aangewezen is dat de titularis van de functie consulent vrije tijd (B1-B3) beschikt over een rijbewijs B; dat wordt voorgesteld om deze vereiste toe te voegen aan de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden voor deze functie, en bijgevolg bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden in die zin aan te passen;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van frontoffice consulent (B4-B5) te voorzien;
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van frontoffice consulent (B4-B5) binnen de graad hoofddeskundige te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van frontoffice consulent (B4-B5) te voorzien;
Overwegende dat bij hogergenoemd besluit van heden beslist wordt om een betrekking van bestuursmedewerker (personeelsdienst) om te zetten naar deskundige personeelsbeleid (B4-B5);
dat ingevolge voornoemde wijziging voorgesteld wordt om, in bijlage II van de rechtspositieregeling m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden, de betrekking van deskundige personeelsbeleid (B4-B5) binnen de graad hoofddeskundige te voorzien met aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden;
dat tevens voorgesteld wordt om, in bijlage VI van de rechtspositieregeling, de referteweddeschaal voor de betrekking van deskundige personeelsbeleid (B4-B5) te voorzien;
Overwegende dat de fietsvergoeding voor woon-werkverkeer momenteel € 0,21 bedraagt per afgelegde kilometer; dat deze vergoeding is vrijgesteld van fiscale en sociale lasten; dat intussen het vrijgestelde bedrag is geïndexeerd naar € 0,24; dat voorgesteld wordt om de fietsvergoeding met ingang van 1 juli 2019 te verhogen naar € 0,24 per afgelegde kilometer, en voortaan ook een automatisch mechanisme voor verhoging te voorzien bij indexering van het maximaal van BV en RSZ vrijgestelde bedrag ;
dat bijgevolg voorgesteld wordt om art. 228 §1 van de rechtspositieregeling van de stad in die zin aan te passen;
Overwegende dat het college zich in zitting van 8 april 2019 principieel akkoord heeft verklaard met voornoemde voorgestelde aanpassingen;
Gelet op het overleg in het managementteam van 4 april 2019 en het advies verstrekt in deze vergadering, zoals blijkt uit de verslagen;
Gelet op de notulen en het protocol van het syndicaal onderhandelingscomité van 14 mei 2019;
Gelet op het Gemeentedecreet;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering d.d. 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn;
Gelet op de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel, vastgesteld bij raadbesluit van 1 februari 2010, zoals tot op heden gewijzigd;
Artikel 228§1 van de rechtspositieregeling van het gemeentepersoneel, vastgesteld bij zijn besluit van 1 februari 2010, zoals later gewijzigd, aan te passen en vast te stellen als volgt:
Art. 228 §1. Het personeelslid dat de afstand van en naar het werk geheel of gedeeltelijk aflegt met de fiets ontvangt een fietsvergoeding. Deze vergoeding bedraagt met ingang van 1 juli 2019 0,24 euro per afgelegde kilometer. Wanneer de maximale fietsvergoeding die vrijgesteld is van belastingen en sociale zekerheidsbijdragen wordt verhoogd (door indexatie), wordt het bedrag van de fietsvergoeding daaraan automatisch aangepast, met ingang van het eerste kwartaal daaropvolgend.
In bijlage II m.b.t. de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden van hetzelfde besluit volgende betrekkingen toe te voegen:
° binnen de graad technisch medewerker (C1-C3) de betrekking van theatertechnicus met volgende aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden:
aanwervingsvoorwaarden :
bevorderingsvoorwaarden :
° binnen de graad deskundige (B1-B3) de betrekking van preventiedeskundige met volgende aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden:
aanwervingsvoorwaarden:
bevorderingsvoorwaarden:
° binnen de graad deskundige (B1-B3) de betrekkingen van mobiliteitsconsulent en communicatiedeskundige met volgende aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden:
aanwervingsvoorwaarden:
bevorderingsvoorwaarden:
° binnen de graad hoofddeskundige (B4-B5) de betrekkingen van frontoffice consulent en deskundige personeelsbeleid met volgende aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden:
aanwervingsvoorwaarden :
bevorderingsvoorwaarden:
In bijlage II van hetzelfde besluit voor wat betreft de functie van consulent vrije tijd binnen de graad deskundige (B1-B3) de vereiste van het rijbewijs B toe te voegen aan de aanwervings- en bevorderingsvoorwaarden.
Bijlage VI van hetzelfde besluit m.b.t. de referteweddeschalen aan te passen en vast te stellen als volgt:
Bijlage VI - De referteweddeschalen
|
Graad |
Schaal |
|
|||
|
collectieverzorger
|
E1 |
|
|||
|
E2 |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in E1 beschikken |
||||
|
E3 |
- over 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in E1 en E2 beschikken |
||||
|
|
|
|
|||
|
adjunct theatertechnicus |
D1 |
|
|||
|
D2 |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in D1 beschikken |
||||
|
D3 |
- over 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in D1 en D2 beschikken |
||||
|
Graad |
Schaal |
|
|||
|
accommodatiemedewerker |
C1 |
|
|||
|
C2 |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in C1 beschikken |
||||
|
C3 |
- over 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in C1 en C2 beschikken |
||||
|
|
|
|
|||
|
kinderbegeleider |
C1 |
|
|||
|
C2 |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in C1 beschikken |
||||
|
|
|
|
|||
|
coördinator groendienst (o.s.) administratief |
C4 |
||||
|
C5 |
- over 9 jaar schaalanciënniteit in C4 beschikken |
||||
|
|
|
|
|||
|
Graad |
Schaal |
|
|||
|
adjunct-bibliothecaris |
B1 |
|
|||
|
B2 |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in B1 beschikken |
||||
|
B3 |
- over 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in B1 en B2 beschikken |
||||
lesgevers Lokers tekenatelier B1
|
accommodatiebeheerder |
B4 |
|
|
|
B5 |
- over 9 jaar schaalanciënniteit in B4 beschikken |
||
|
Graad |
Schaal |
|
|
|
ambtenaar integrale veiligheid |
A1a |
|
|
|
A2a |
- over 4 jaar schaalanciënniteit in A1a beschikken |
||
|
A3a |
- over 18 jaar gecumuleerde schaalanciënniteit in A1a en A2a beschikken |
||
|
|
|
|
|
|
afdelingshoofd HR |
A4a |
|
|
|
A4b |
- over 9 jaar schaalanciënniteit in A4a beschikken |
||
|
|
|
|
|
|
sectorhoofd burgerzaken welzijn en |
A5a |
|
|
|
A5b |
- over 9 jaar schaalanciënniteit in A5a beschikken |
||
Forfaitaire vergoedingen
Beiaardier : 3371,35 EUR/jaar indexeerbaar
Gids-bewaarder museum : 12,78 EUR/uur indexeerbaar