Gelet op de beslissing van de korpsleiding om alle taken, die binnen het korps gerelateerd zijn aan wapens, te centraliseren en te laten uitvoeren door een hoofdinspecteur van politie; dat hiertoe een lokale wapenunit (LWU) zal worden opgericht;
Overwegende dat één hoofdinspecteur van politie door de heer Patrick Trienpont, korpschef, geschikt werd bevonden om deze fulltime taak op zich te nemen met ingang van 1 januari 2019;
Overwegende dat deze hoofdinspecteur van politie voorheen was tewerkgesteld op de dienst recherche;
Overwegende dat er bijgevolg met ingang van 1 januari 2019 één betrekking van hoofdinspecteur voor de dienst recherche vacant is binnen de formatie van het operationeel personeel;
Overwegende dat het een gespecialiseerde betrekking betreft;
Overwegende dat de heer Patrick Trienpont, korpschef, voorstelt om deze betrekking vacant te verklaren in de mobiliteitscyclus 2018-05;
Overwegende dat in deel VI, Titel II, hoofdstuk 2 van het K.B. d.d. 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten bepalingen zijn opgenomen inzake de regeling van de mobiliteit;
Overwegende dat art. VI.II.15 van voornoemd koninklijk besluit bepaalt dat naast het vacant verklaren van de betrekkingen de gemeenteraad ook beslist :
- of het gaat om een gespecialiseerde betrekking,
- over de wijze van selectie,
- om, tot de datum van de volgende mobiliteitscyclus, in een wervingsreserve te voorzien die geldt voor een gelijkwaardige functionaliteit;
Overwegende dat indien geen beslissing genomen wordt om geen wervingsreserve aan te leggen, alle in het raam van de mobiliteit geschikt bevonden kandidaten in principe worden opgenomen in de mobiliteitsreserve die geldt voor een zelfde functionaliteit;
Overwegende dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;
Overwegende dat voorgesteld wordt om geen wervingsreserve vast te stellen;
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op het Gemeentedecreet;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op het KB van 14 april 2013 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten aangaande de eerste aanwijzing van de personeelsleden van het operationeel kader en het MB van 16 april 2013 tot wijziging van het UBPOL;
Gelet op het K.B. d.d. 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;
Gelet op het KB d.d. 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op de ministeriële omzendbrief GPI 15 d.d. 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;
In de formatie van het operationeel personeel van de politie één betrekking van hoofdinspecteur van politie voor de zuil recherche vacant te verklaren.
Het betreft een gespecialiseerde betrekking.
De betrekking niet te begeven naar anciënniteit van de kandidaten.
Volgende selectiewijze vast te stellen:
- het inwinnen, per kandidaat, van het gemotiveerd advies van de korpschef onder wiens bevoegdheid de vacante betrekking valt.
- het houden van een interview met de verschillende kandidaten door de korpschef.
Geen wervingsreserve aan te leggen voor een gelijkwaardige functionaliteit die geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus.