Gelet op de gemeenteraadsbesluiten houdende de goedkeuring van de personeelsformatie, het organigram en het personeelsbehoeftenplan, waar een CALog niveau A reeds van bij aanvang als noodzakelijk werd opgenomen;
Gelet op de taakomschrijving van een adviseur-diensthoofd beleid en beheer van het personeel en middelen, meer bepaald :
- Beleid en beheer van het personeel, de logistieke en de financiële middelen;
- Beleid en beheer inzake ICT
- Verzekeren van de integrale kwaliteitszorg en monitoring;
- Beleidsondersteuning inzake het ZVP;
- Beleidsondersteuning inzake AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming) als DPO;
- Lid van het Directiecomité van het korps;
Gelet op het feit dat een adviseur- diensthoofd voordien niet werd aangeworven binnen het korps, aangezien deze noodzakelijke beleidsondersteunende opdrachten gedeeltelijk werden uitgevoerd door het officierenkader binnen het korps;
Gelet op het feit dat de uitvoering van deze administratieve opdrachten door het officierenkader, een belangrijke impact heeft op hun operationele capaciteit die beter aangewend kan worden in het teken van meer en beter blauw op straat;
Gelet het advies van de nieuwe korpschef dat de invulling van deze functie noodzakelijk is teneinde een optimale politionele dienstverlening aan de burger te kunnen garanderen en teneinde het politiekorps intern te kunnen optimaliseren;
Overwegende dat het geen gespecialiseerde betrekking betreft;
Overwegende dat de heer Patrick Trienpont, korpschef, voorstelt om deze betrekking vacant te verklaren;
Overwegende dat in deel VI, Titel II, hoofdstuk 2 van het KB d.d. 30 maart 2001, laatst gewijzigd bij K.B. van 14 april 2013, tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten bepalingen zijn opgenomen inzake de regeling van de mobiliteit;
Overwegende dat art. VI.II.15 van voornoemd koninklijk besluit bepaalt dat naast het vacant verklaren van de betrekkingen, de gemeenteraad ook beslist :
- of het gaat om een gespecialiseerde betrekking,
- over de wijze van selectie,
- of er geen wervingsreserve wordt aangelegd voor een gelijkwaardige functionaliteit;
dat indien geen beslissing genomen wordt om geen wervingsreserve aan te leggen, alle in het raam van de mobiliteit geschikt bevonden kandidaten in principe worden opgenomen in de mobiliteitsreserve die geldt voor een zelfde functionaliteit;
dat deze mobiliteitsreserve geldig is tot de datum van de oproep tot kandidaten van de tweede navolgende mobiliteitscyclus;
- over de samenstelling van de bevoegde selectiecommissie dan wel of een beroep wordt gedaan op de nationale selectiecommissie voor personeelsleden van niveau A van de lokale politie bedoeld in artikelen VI.II.41 tot VI.II.51 van voornoemd KB;
Overwegende dat de selectiecommissie voor de personeelsleden van niveau A van de lokale politie dient samengesteld te zijn uit maximum vijf leden, de voorzitter inbegrepen en derwijze moet samengesteld zijn uit een onpaar leden, de voorzitter inbegrepen;
1e de korpschef of de door hem aangewezen officier of lid van niveau A van het CALog, voorzitter;
2e minstens één, maximum drie officieren van een korps van de lokale politie;
3e minstens één lid van het CALog van de lokale politie, niveau A;
4e een secretaris, aangewezen door de korpschef, staat elke plaatselijke selectiecommissie van de lokale politie bij;
Overwegende dat voorgesteld wordt om geen wervingsreserve vast te stellen;
Gelet op de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op het Gemeentedecreet;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus;
Gelet op het K.B. van 14 april 2013 tot wijziging van verschillende teksten betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten aangaande de eerste aanwijzing van de personeelsleden van het operationeel kader en het MB van 16 april 2013 tot wijziging van het UBPOL;
Gelet op het K.B. van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten;
Gelet op het K.B. van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten;
Gelet op de ministeriële omzendbrief GPI 15 van 24 januari 2002 betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones;