Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur of DLB genoemd;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen of BBC 2020 genoemd;
Gelet op het Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen, de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen of MB BBC 2020 genoemd;
Overwegende dat deze nieuwe BBC-regelgeving normaal pas vanaf 2020 van toepassing is, maar dat lokale besturen zich piloot konden stellen om deze nieuwe regelgeving al vanaf 01 januari 2019 toe te passen;
De stad en het OCMW Lokeren fungeren als piloot BBC 2020 en starten derhalve op met de nieuwe regelgeving per 01.01.2019.
In de regelgeving is nu voor de eerste keer voorzien om jaarlijks de overdrachten vast te stellen door het college (vast bureau voor het OCMW) tegen 01 maart van het volgende boekjaar (in casu 01/03/2019), hiervoor werd uitzonderlijk door ABB Agentschap Binnenlands Bestuur uitstel verkregen als piloot-bestuur BBC2020 om dit in de loop van april 2019 te bezorgen.
Het meerjarenplan wordt jaarlijks aangepast (art. 143 en art. 257 §1 DLB); de overdrachten worden jaarlijks vastgesteld door het college resp. het vast bureau (art. 143 en art. 258 DLB).
De regelgeving voorziet dit principe om een vlotte werking van de lopende investeringskredieten te verzekeren, zoals de memorie van toelichting ook beschrijft.
Artikel 258. Het concept van de investeringsenveloppe, zoals dat bestond in het Gemeentedecreet en het OCMW-decreet, wordt niet hernomen in dit ontwerp van decreet. Voor de vlotte werking van een gemeentebestuur en een OCMW is het echter wel noodzakelijk dat de onderdelen van kredieten voor investeringen die door omstandigheden niet aangewend werden in een bepaald boekjaar, vlot ter beschikking kunnen worden gesteld in het daaropvolgende boekjaar. Hetzelfde geldt voor de kredieten voor financiering, aangezien het leningsvolume dat een bestuur nodig heeft voor een groot deel bepaald wordt door de uitgevoerde investeringen.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn hebben bij het vaststellen van de kredieten voor investeringen en financiering al autorisatie verleend. Daarom wordt de bevoegdheid om de overdracht van de ongebruikte delen van de kredieten voor investeringen te bepalen aan het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau gegeven, als uitvoerende organen. Er wordt niet gekozen voor een automatische overdracht van het volledige ongebruikte krediet voor investeringen, omdat de overdracht enkel nuttig is voor dat deel van de kredieten voor investeringen dat effectief nog gebruikt zal worden.
Het tweede lid van dit artikel legt de verplichting op om na die overdracht opnieuw een digitale rapportering aan de Vlaamse Regering te bezorgen over de inhoud van het meerjarenplan. Die rapportering is noodzakelijk om een correct opvolging van de evolutie van de lokale financiën mogelijk te maken, in het bijzonder wat betreft de investeringen.
Overwegende dat het ontwerp van aanpassing nr. 2019/2 van het geïntegreerd meerjarenplan 2019 voorziet in het manueel hernemen van de beschikbare investeringskredieten uit jaar 2018.
Onderstaande investeringsbedragen worden niet overgedragen naar jaar 2019:
Het totaal van 20.839.669,94 EUR (niet-prior investeringskredieten uitgaven) worden door de stad overgenomen naar jaar 2019.
Het totaal van 4.679.466,48 EUR (prior investeringskredieten uitgaven) worden door de stad overgenomen naar jaar 2019.
Onderstaande investeringsbedragen (niet-prior ontvangstkredieten) worden niet overgedragen naar jaar 2019:
Het totaal van 1.285.920,00 EUR (prior investeringskredieten ontvangsten) worden door de stad overgenomen naar jaar 2019.
Gelet op de bespreking en goedkeuring van de aanpassing nr. 2019/2 van het geïntegreerd meerjarenplan 2019 door het college van burgemeester en schepenen van 25 maart 2019;
Overwegende dat onderhavige aanpassing van het geïntegreerd éénjarig meerjarenplan 2019 in overeenstemming is met de regels van DLB, BBC2020, en de richtlijnen van de omzendbrief BB 2018 KB/ABB 2018/2 opgemaakt werd;
Goedkeuring van de aanpassing nr. 2019/2 van het geïntegreerd éénjarig meerjarenplan 2019 voor juridische entiteit OCMW.
Goedkeuring van de aanpassing nr. 2019/2 van het geïntegreerd éénjarig meerjarenplan 2019 bestaande uit de strategische nota, de financiële nota en de toelichting in het voorliggende beleidsdocument, financieel samengevat volgens schema M2.
| Stad Lokeren | ||||
| M2: Staat van het financieel evenwicht | ||||
| Aanpassing | Aanpassing | |||
| Budgettair resultaat | 2019 | 2019/1 | 2019/2 | |
| I. Exploitatiesaldo | (a-b) | 4.940.948 | 4.940.948 | 0 |
| a. Ontvangsten | 65.403.683 | 65.403.683 | 0 | |
| b. Uitgaven | 60.462.735 | 60.462.735 | 0 | |
| II. Investeringssaldo | (a-b) | -22.621.225 | -8.349.406 | -14.271.819 |
| a. Ontvangsten | 22.632.595 | 11.191.935 | 11.440.660 | |
| b. Uitgaven | 45.253.820 | 19.541.341 | 25.712.479 | |
| III. Saldo exploitatie en investeringen | (I+II) | -17.680.276 | -3.408.458 | -14.271.819 |
| IV. Financieringssaldo | (a-b) | -1.491.597 | -1.491.597 | 0 |
| a. Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | |
| b. Uitgaven | 1.491.597 | 1.491.597 | 0 | |
| V. Budgettair resultaat van het boekjaar | (III+IV) | -19.171.873 | -4.900.054 | -14.271.819 |
| VI. Gecumuleerd budgettair resultaat vorig boekjaar | 12.835.252 | 12.835.252 | 0 | |
| VII. Gecumuleerd budgettair resultaat | (V+VI) | -6.336.621 | 7.935.197 | -14.271.819 |
| VIII. Onbeschikbare gelden | 0 | 0 | 0 | |
| IX. Beschikbaar budgettair resultaat | (VII-VIII) | -6.336.621 | 7.935.197 | -14.271.819 |
| 0 | ||||
| Autofinancieringsmarge | 2019 | 2019 | 2019 | |
| I. Exploitatiesaldo | 4.940.948 | 4.940.948 | 0 | |
| II. Netto periodieke aflossingen | (a-b) | 1.491.597 | 1.491.597 | 0 |
| a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 1.491.597 | 1.491.597 | 0 | |
| b. Periodieke terugvordering leningen | 0 | 0 | 0 | |
| III. Autofinancieringsmarge | (I-II) | 3.449.352 | 3.449.352 | 0 |
| 0 | ||||
| Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 2019 | 2019 | 2019 | |
| I. Autofinancieringsmarge | 3.449.352 | 3.449.352 | 0 | |
| II. Correctie op de periodieke aflossingen | (a-b) | 341.900 | 341.900 | 0 |
| a. Periodieke aflossingen conform de verbintenissen | 1.491.597 | 1.491.597 | 0 | |
| b. Aangewezen aflossingen o.b.v. de financiële schulden | 1.149.697 | 1.149.697 | 0 | |
| III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | (I+II) | 3.791.251 | 3.791.251 | 0 |
| 0 | ||||
| Geconsolideerd financieel evenwicht | 2019 | 2019 | 2019 | |
| I. Beschikbaar budgettair resultaat | 0 | |||
| - Gemeente en OCMW | -6.336.621 | 7.935.197 | -14.271.819 | |
| 0 | ||||
| Totaal beschikbaar budgettair resultaat | -6.336.621 | 7.935.197 | -14.271.819 | |
| 0 | ||||
| II. Autofinancieringsmarge | 0 | |||
| - Gemeente en OCMW | 3.449.352 | 3.449.352 | 0 | |
| 0 | ||||
| Totale autofinancieringsmarge | 3.449.352 | 3.449.352 | 0 | |
| 0 | ||||
| III. Gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 0 | |||
| - Gemeente en OCMW | 3.791.251 | 3.791.251 | 0 | |
| 0 | ||||
| Totale gecorrigeerde autofinancieringsmarge | 3.791.251 | 3.791.251 | 0 | |
Afschrift van dit besluit wordt in het kader van het algemeen administratief toezicht binnen 20 dagen via het digitaal loket overgemaakt aan de heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen.
Het digitaal beleidsrapport wordt in het kader van het algemeen administratief toezicht binnen 20 dagen via BBCDR overgemaakt aan de heer Gouverneur van Oost-Vlaanderen.